De tijd vliegt en de instelling van de mensen verandert niet. Er gaan ontelbare zielen ten onder als de Heer hun niet op het allerlaatst nog Zijn liefde aanbiedt en hun de vreselijke ondergang van al het aardse voor ogen houdt. Let daarom op de dagen die zich wezenlijk zullen onderscheiden van het anders gebruikelijke jaargetijde. Hoe lager de zon staat, des te helderder licht zal ze uitstralen en een ongewone temperatuur zal de mensen verbaasd doen staan. En dit zal aanleiding geven tot vermoedens van allerlei aard. Deels zal men hoopvol de komende tijd tegemoet zien, deels angstige bedenkingen hebben. En de mens zal geneigd zijn er een bovennatuurlijk werkzaam zijn in te erkennen.
Toch denken slechts enkelen aan hun verhouding tot God. Ze beseffen niet dat God zelf hun denken naar zich toe zou willen keren en doen ook niet hun best een samenhang te zoeken in de buitengewone natuurverschijnselen. Ja, ze zijn er zeer snel aan gewend en halen er niet het geringste voordeel uit voor hun ziel. Want als ze maar zouden willen opletten, zou de roep van boven voor hen begrijpelijk zijn. Maar als ze niet denken aan hun verhouding tot de Schepper, blijven ze aards gezind en nemen niets aan van wat hun geestelijk wordt aangeboden. En al deze buitengewone natuurverschijnselen zijn uitingen van geestelijke activiteiten van die krachten die aan God onderdanig zijn en gewillig Hem te dienen.
Steeds opnieuw zullen geestelijke stromingen merkbaar worden en voor de mensen zichtbaar op menigvuldige wijze. En toch zal het denken van de mensheid zich er weinig mee bezighouden, want ook de macht der duisternis is zeer actief en deze strijdt tegen al het geestelijke onderkennen. Ze tracht het goddelijke af te zwakken en zo zal de mensheid alleen maar steeds aan het aardse gebeuren aandacht schenken en onverschillig tegenover het werkzaam zijn van de Godheid in de natuur staan, ofschoon de mensen er op duidelijk weldadige wijze door worden geraakt. Slechts een klein aantal ziet Gods hand zich naar de mensen uitstrekken en tracht de medemensen opheldering te verschaffen, maar men erkent alleen de weldaad die lichamelijk voelbaar is, maar niet een opdracht van boven die een verandering van het menselijk denken moet bewerkstelligen.
En in deze tijd van welbehagen, teweeggebracht door een buitengewone werking van de zon op een ongewone tijd, vindt er een gebeurtenis plaats die ook iedere geestelijk blinde te denken moest geven: een ster maakt zich los van het firmament en verandert zijn baan. Deze ster zal een lichtsterkte hebben die die van alle andere ver overtreft. Hij zal 's nachts helder stralen en de aarde naderen, zo dat ook dit verschijnsel weer ongewoon is voor de mensen en er toch tegelijkertijd een bewijs van is dat de Schepper van hemel en aarde alle macht heeft en dus ook de sterren hun baan voorschrijft volgens Zijn wil. Als deze ster zichtbaar is gaat de mensheid steeds meer het geestelijke keerpunt tegemoet. Er wordt haar in geestelijk opzicht zoveel hulp geboden dat ze waarlijk alleen haar wil nodig heeft om zich deze hulp eigen te maken, doch haar instelling wordt steeds verstokter, haar denken steeds meer verblind. En de tijd is niet meer ver waarvan de Heer gewag maakte op aarde, dat een deur uit haar scharnieren wordt gelicht als de mens zijn hart sluit voor alle geestelijke stromingen.
Het licht zal ook daar schijnen waar het gemeden wordt, want de lichtstraal zal zo helder zijn dat hij alles doordringt, en ook de geestelijk blinde zal moeten zien, alleen zal zijn wil toch afwijzend zijn en het einde zal zijn dat hij door het licht wordt verteerd. Want de duisternis wordt verdreven door alles wat helder, licht en duidelijk is. En het licht overwint de duisternis in zoverre, dat het donker moet wijken waar eens het licht van de waarheid zich baan heeft gebroken. En de leugen en de schijn zullen onhoudbaar worden, de waarheid echter zal blijven tot in alle eeuwigheid.
Amen
VertalerIl tempo corre ed il senso degli uomini non cambia, innumerevoli anime vanno in rovina, se il Signore non offre loro ancora nell’ultima ora il Suo Amore presentando davanti ai loro occhi l’orrenda fine di tutto il terreno. E perciò badate ai giorni che saranno essenzialmente diversi dall’altrimenti solita stagione. Più basso si trova il sole, più chiaro splendore darà di sé, ed una insolita temperatura stupirà gli uomini. E questo darà motivo per supposizioni di ogni genere. In parte si guarderà speranzosi al tempo in arrivo, in parte si avranno timorose riflessioni, e l’uomo sarà incline, a riconoscere un Agire soprannaturale. Ma i meno pensano ai loro rapporti con Dio. Non riconoscono, che Dio Stesso vorrebbe rivolgere nel loro pensare a Sé, non si sforzano nemmeno, di cercare un nesso negli insoliti fenomeni della natura. Anzi, si abituano molto presto a questi e non ne traggono il minimo vantaggio per la loro anima. Perché se soltanto volessero fare attenzione, la Chiamata dall’Alto sarebbe per loro comprensibile. Ma se non pensano ai loro rapporti verso il Creatore, rimangono di sentimenti terreni e non accettano nulla dello spirituale offerto a loro. E tutti questi straordinari fenomeni della natura sono manifestazioni dell’Agire spirituale di quelle Forze che sono subordinate a Dio e volonterose a servirGli. Si faranno nuovamente notare delle Correnti spirituali, e queste si manifesteranno davanti agli uomini in modo molteplice, e ciononostante il pensare dell’umanità se ne occuperà poco, perché anche il potere dell’oscurità opera insolitamente e questo combatte contro ogni conoscenza spirituale, cerca di indebolire il Divino, e così l’umanità farà attenzione solamente sempre agli avvenimenti terreni e starà indifferente di fronte all’Agire di Dio nella natura, benché gli uomini ne vengono toccati visibilmente in modo benevolo. Solo un piccolo numero vede la Mano di Dio stendersi verso gli uomini e che cerca di chiarire ai prossimi, ma si riconosce soltanto il beneficio, che è percettibile corporeamente, ma non una Indicazione dall’Alto, che deve produrre un cambiamento del pensare umano. Ed in questo tempo del benessere, provocato dallo straordinario agire del sole in un tempo insolito, accade un evento che dovrebbe dare da pensare anche ad un cieco spirituale. Si stacca una Stella dal firmamento e cambia la sua orbita. Questa Stella avrà una forza luminosa, che supera di molto tutte le altre, risplenderà chiaramente nella notte e si avvicina alla Terra, in modo che anche questo fenomeno è di nuovo insolito per gli uomini ed anche contemporaneamente una dimostrazione, che il Creatore del Cielo e della Terra ha tutto il Potere e quindi prescrive anche alle Stelle la loro orbita secondo la Sua Volontà. Quando questa Stella diventa visibile, l’umanità va incontro sempre di più alla svolta spirituale. Le viene offerto così tanto Aiuto in relazione spirituale, che ha veramente solo bisogno della sua volontà, per appropriarsi di questo Aiuto, ma il suo sentimento diventa sempre più caparbio, il suo pensare sempre più abbagliato. Ed il tempo non è più lontano, di cui il Signore ha parlato sulla Terra, che una Porta viene tolta dal suo stipite, se l’uomo chiude il suo cuore a tutte le correnti spirituali. La Luce splenderà anche là, dove viene evitata, perché il Raggio di Luce sarà così chiaro, che penetra attraverso tutto, e lo dovrà vedere anche il cieco spirituale, solo la sua volontà sarà ancora di rifiuto, e la fine sarà, che verrà consumato dalla Luce, perché tutto ciò che è chiaro, luminoso e limpido bandisce l’oscurità. E la Luce vince la tenebra in quanto che l’oscurità, deve svanire dove una volta la Luce della Verità si è fatta strada. E la menzogna e l’apparenza cadranno in sé, ma la Verità rimarrà in tutte le Eternità.
Amen
Vertaler