Het welzijn van de gemeenschap vereist heel vaak een afstand doen van het eigen welzijn. En er moet dus een bepaald offer gebracht worden om de naaste daardoor te kunnen dienen. Niets is bevorderlijker voor de ziel, dan een bereidwillig afstand doen van alle genoegens van het leven ten gunste van zijn medemensen. Dit is de ware naastenliefde, die een onbeschrijfelijk zegenrijk effect heeft. Zulk handelen levert op aarde al de grootste zegen op, want de liefde wekt wederliefde op en draagt zo bij aan de veredeling van de mensen. En de Vader in de hemel laat Zijn kinderen hetzelfde toekomen, als wat deze voor elkaar doen en aan elkaar geven. En zo worden ook de aardse goederen vermeerderd tot zegen van de gevers, zolang het niet ter wille van het loon gedaan wordt. Maar het effect van al zulke daden is in de eeuwigheid veel groter.
Er leven wel talloze mensen op aarde, wie deze bereidwillige hulp voor de naasten totaal niet bevallen zal. Ze verzetten zich tegen alles, wat hen aan zulke helpende daden zou kunnen doen denken en ze berokkenen zichzelf de grootste schade, want eens zullen ze een gebrek op te tekenen hebben en dit zal hen bitter berouwen. Want hetzelfde, waar eens de naaste naar verlangde, is nu hun vurigste wens, als ze in dezelfde armoede en behoeftigheid die liefde en het erbarmen van de andere zielen nodig hebben en het hun nu ontzegd wordt.
En geef daarom. Geef met volle handen, als jullie daarom gevraagd wordt en probeer de nood te lenigen, waar jullie kunnen. Lijd zelf gebrek, wanneer jullie de medemensen daardoor kunnen helpen en weet, dat de Vader in de hemel jullie Zijn erbarmen niet ontzegt, als jullie Hem vragen om aardse gaven. Want Hij laat Zijn kind niet in de nood, maar net zo moeten jullie ook al datgene weggeven, wat jullie aan de medemensen kunnen geven om daarmee zijn nood te lenigen.
En wanneer jullie de goedheid en liefde van de Vader aan jezelf gewaarworden, denk dan altijd aan de armen en wend hen ook steeds jullie liefde en barmhartigheid toe en laat hen geen gebrek lijden. Want God de Heer heeft jullie bijeengebracht, opdat jullie elkaar helpen, elkaar troosten en alle leed verminderen, opdat jullie je door werken van onbaatzuchtige naastenliefde bevrijden en tegelijkertijd liefde opwekken en dus aan de veredeling van de mensheid bijdragen.
Amen
VertalerLe bien commun demande très souvent une prestation de renoncement à son bien-être. C’est pourquoi il doit être fait un certain sacrifice pour pouvoir servir le prochain avec cela. Il n’y a rien de plus avantageux pour l’âme qu'un renoncement volontaire à tous les plaisirs de la vie en faveur de son prochain. Cela est le vrai amour pour le prochain et il a un effet indescriptiblement bénéfique. Il entraîne déjà sur la Terre la plus grande bénédiction, parce que l’amour réveille l’amour en retour et contribue aussi à l'ennoblissement de l’homme. Et le Père dans le Ciel fait arriver à Ses fils la même chose qu'ils font et Il leurs donne réciproquement. Et ainsi même le bien terrestre devient une grande bénédiction pour le donateur, si le don n'est pas fait pour obtenir une récompense. Mais l’effet de toutes ces actions est beaucoup plus grand dans l’Eternité. Sur la Terre un grand nombre d’hommes vivent confortablement, mais cette aide volontaire du prochain ne leur plait en rien, ils repoussent tout ce qui pourrait les inciter à de telles actions d’aide, et ils se causent ainsi de grands dommages à eux-mêmes, parce que chaque fois qu’ils refuseront une aide, ils s'en repentiront amèrement. Car la même chose que le prochain désirait est devenu maintenant leur désir le plus ardent, ils se trouveront dans la même pauvreté et indigence de compassion que les âmes à qui ils avaient refusé. Ce que vous donnez, donnez-le les mains pleines, lorsqu’il vous est demandé, et cherchez à adoucir la misère partout où vous le pouvez. Lamentez-vous vous-mêmes, si vous ne pouvez aider le prochain et sachez que votre Père dans le Ciel ne refuse pas Sa compassion, lorsque vous Lui demandez un Don terrestre, parce qu’Il ne laisse pas dans la misère Ses fils, et vous-même vous devez vous priver de tout ce que vous pouvez procurer au prochain pour adoucir avec cela sa misère. Et lorsque vous percevez sur vous-mêmes la Bonté et l’Amour du Père, alors rappelez-vous toujours des pauvres et tournez vers eux votre amour et votre miséricorde et ne les laissez pas languir. Parce que Dieu le Seigneur vous a mis ensemble afin que vous vous aidiez réciproquement, que vous vous réconfortiez et adoucissez toute souffrance, afin que vous vous rachetiez par des œuvres d’amour désintéressé pour le prochain afin de réveiller en même temps l’amour et de contribuer ainsi à l'ennoblissement de l’humanité.
Amen
Vertaler