Confronta annuncio con traduzione

Altre traduzioni:

La fede nell’immortalità dell’anima è necessaria per il lavoro su sé stessi

Gli uomini devono avere la chiarezza che la vita terrena è soltanto un mezzo allo scopo, ma mai lo scopo stesso. Soltanto questa conoscenza sprona allo sforzo di raggiungere la meta per cui l’uomo cammina sulla Terra. Di conseguenza gli deve essere trasmessa la fede nella continuazione della vita dell’anima dopo la morte, l’immortalità dell’anima gli deve essere motivata, benché questa non possa essere dimostrata all’uomo. Gli deve essere dischiuso un sapere che gli rende comprensibile l’immortalità, in modo che sarà ora facile per lui di credere anche senza dimostrazione. Soltanto allora considera la Terra come mezzo allo scopo e predispone tutta la sua vita sulla continuazione della vita dopo la morte. Solo questo pensiero lo lascia considerare i beni terreni con altri occhi, perché ora impara a valutare la loro caducità e rivolge la sua attenzione su cose che hanno consistenza per l’Eternità. E quello che ora fa, lo mette in collegamento con la vita nell’aldilà. Appena l’uomo crede che la vita non ha nessuna fine con la morte, riflette su quale genere di vita ci possa essere dopo la morte; cioè invia in Alto il suo spirito, in regioni che sono il soggiorno dell’anima dopo la conclusione della vita terrena. In queste regioni gli viene ora data una chiarificazione e cioè mentalmente, in modo che l’uomo ora considera con piena convinzione sé stesso come un viandante terreno, il cui percorso di vita presto sarà terminato e cerca di sfruttare abbondantemente questo breve tempo terreno. La fede nell’immortalità è perciò inevitabilmente necessaria, se l’uomo deve iniziare il lavoro sulla sua anima, come però questa fede impedisce anche all’uomo di vivere la vita in modo soltanto puramente mondano. Ma non si può portare una dimostrazione irrefutabile sulla continuazione della vita dell’anima. Anche questa è una Dottrina che non può mai essere dimostrata, ma mediante una fervente riflessione può diventare una profondissima convinzione, come tutto lo spirituale non può essere dimostrato, affinché la libera volontà dell’uomo non venga limitata e la fede perciò non sia sottoposta a costrizione.

Amen

Traduttore
Tradotto da: Ingrid Wunderlich

Geloof aan de Onsterfelijkheid van de ziel is nodig om aan zichzelf te werken

De mensen moeten er zich duidelijk van bewust worden, dat het aardse leven alleen middel tot het doel is, maar nooit doel op zichzelf. Pas dit inzicht spoort hen aan om te streven het doel te bereiken terwille waarvan de mens op aarde leeft. Bijgevolg moet hem het geloof aan een voortleven van de ziel na de dood worden overgebracht, de onsterfelijkheid van de ziel moet hem met redenen worden omkleed, ofschoon deze de mens niet kan worden bewezen. Er moet hem een weten worden ontsloten dat hem de onsterfelijkheid begrijpelijk maakt zodat het hem makkelijk valt, ook zonder bewijs te geloven.

Dan pas beschouwt hij de aarde als middel tot het doel en stelt zijn hele leven in op het voortleven na de dood. Pas deze gedachte laat hem dan de aardse goederen met andere ogen bekijken, want hij leert nu de vergankelijkheid ervan te beoordelen en hij richt zijn aandacht op zaken die voor eeuwig blijven bestaan. En wat hij dan doet, brengt hij in verband met het leven hierna.

Zodra de mens er aan gelooft dat het leven niet ophoudt met de dood, denkt hij erover na van welke aard het leven na de dood mag zijn, hij stuurt dus zijn Geest ten hogen, d.w.z. in regionen die woonplaats zijn van de ziel na beëindiging van het leven op aarde. En in deze regionen wordt hem dan uitsluitsel gegeven, en wel d.m.v. gedachten, zodat de mens nu in volle overtuiging zichzelf als een pelgrim op aarde beschouwt, wiens levensloop spoedig beeindigd is en tracht hij deze korte tijd op aarde vruchtbaar te benutten.

Het geloof aan de onsterfelijkheid is bijgevolg onvermijdelijk onontbeerlijk, wil de mens aan de arbeid aan zijn ziel beginnen, zoals echter ook dit geloof de mens verhindert het leven alleen zuiver werelds te leven. Maar een onweerlegbaar bewijs is niet te leveren over het voortleven van de ziel. Dit is ook een leerstuk dat nooit bewezen kan worden, echter door ijverig nadenken tot de diepste overtuiging kan uitgroeien, zoals al het geestelijke niet te bewijzen valt, opdat de vrije wil van de mens niet wordt begrensd en het geloof niet wordt afgedwongen.

Amen

Traduttore
Tradotto da: Gerard F. Kotte