Confronta annuncio con traduzione


L’assenza del buon costume - Leggi non scritte

Un’assenza generale di buon costume accompagna il tempo del disamore degli uomini, ed anche questo è un segno della decadenza spirituale, che gli uomini non hanno più nessun riguardo della sensibilità dei prossimi e quindi verso di loro non si danno nessun ritegno. Ed una razza che è senza buoni costumi e senza profonda morale, va incontro al naufragio. Questo è bensì incomprensibile per gli uomini, dato che la moralità viene considerata solamente come opera umana secondaria e considerano come adeguato al tempo il vivere tutti gli istinti fino in fondo. In quest’opinione vengono sostenuti tramite l’interpretazione totalmente sbagliata che le leggi della moralità ostacolano gli uomini solamente nel vivere fino in fondo e perciò devono essere estinte. Un popolo che non vuole farsi nessuna legge come filo conduttore, non può mai e poi mai sussistere, dato che queste danno loro un sostegno morale e vivono la loro vita in un certo ordine sociale. Queste sono delle leggi non scritte che però venivano accettate finora dagli uomini, perché tutti riconoscevano sia la necessità che anche la benedizione di tali leggi e vi si sono adeguati senza resistenza per via dell’ordine umano. Queste leggi vengono sempre più dimenticate, oppure vengono sapientemente rigettate dagli uomini, perché sono d’impedimento ad un vivere fino in fondo la loro istintività. In ciò è visibilmente riconoscibile una retrocessione dello sviluppo spirituale, perché più l’uomo è istintivo, meno tende verso Dio; desidera il mondo, cioè tutto ciò che crea benessere al corpo, e per via del corpo lascia cadere ogni riguardo per il prossimo. La conseguenza è che l’uomo cade alle forze spirituali che hanno portato sulla Terra ad una vita del godimento sfrenato, che godono delle loro brame e quindi conducono una vita peccaminosa. Queste forze spirituali hanno una grande influenza su quegli uomini e li sfruttano in un modo che l’uomo bada sempre di meno alle leggi non scritte, per darsi senza pensare ad un cammino di vita dissoluto e per lui non esistono nemmeno più dei limiti per l’esaudimento delle sue brame. Lo sviluppo spirituale è per una tale predisposizione e non è mai di promozione per le gioie del mondo, perché ciò che pretende il corpo, sarà sempre a svantaggio dell’anima. Inoltre un tendere spirituale verrà deriso e schernito e questo nuovamente senza limite, perché gli uomini hanno perduto la sensazione per il comportamento e buoni costumi. Quindi non viene nemmeno considerata l’opinione del singolo, ma osservata come avversa e perciò rigettata, sovente in modo vergognoso, perché la moralità e la decadenza spirituale vanno mano nella mano. Gli uomini parlano bensì di essere emancipati, ma lo sono meno che mai. Parlano di progresso spirituale e sono comunque rimasti molto indietro, perché con ciò non intendono il progresso dell’anima, solo unicamente un pensare deformato che a loro sembra però desiderabile. Cercano di edificarsi una nuova moralità che presta vantaggio ad un leggero cammino di vita e tendono presentarlo come ideale. Così vengono rilasciate nuove leggi, le leggi vecchie vengono rovesciate così rispettivamente camminerà anche l’umanità e perderà ogni norma per una vita virtuosa compiacente a Dio, che deve procurare agli uomini un progresso dell’anima.

Amen

Traduttore
Tradotto da: Ingrid Wunderlich

Zedeloosheid - Ongeschreven wetten

Een algemene zedeloosheid begeleidt de tijd van de liefdeloosheid van de mensen, en ook dit is een teken van geestelijk verval, dat de mensen geen enkel respect meer hebben voor de fijnere gevoelens van de medemensen en zich dus tegenover hen helemaal niet inhouden. En een geslacht dat zonder zeden en zonder hoge moraal is, gaat z'n ondergang tegemoet.

Dit is weliswaar onbegrijpelijk voor de mensen, daar zij ingetogenheid slechts als menselijke bijzaak beschouwen en vinden dat een uitleven van alle driften bij de tijd hoort. En ze worden in deze mening gesterkt door de totaal valse opvatting dat de zedenwetten de mensen alleen maar hinderen in het zich uitleven en daarom moeten worden afgeschaft.

Nooit of te nimmer zal een volk blijven bestaan als het voor zichzelf helemaal geen wetten tot richtsnoer wil maken, die de mensen een zedelijk halt toeroepen en zij in het kader van een zekere maatschappelijke ordening hun leven leiden. Dit zijn ongeschreven wetten die echter tot nu toe door de mensen werden geaccepteerd, daar ze allen zowel de noodzaak als ook de zegen van zulke wetten inzagen en terwille van de menselijke ordening zich daar zonder tegenspraak naar voegden.

Deze wetten raken steeds meer in vergetelheid, ofwel worden ze door de mensen opzettelijk verworpen omdat ze voor een uitleven van de instinctieve driften hinderlijk zouden zijn. En daarin is duidelijk een achteruitgang van de geestelijke ontwikkeling te herkennen, want hoe meer de mens op zijn instincten is gericht, des te minder is hij gericht op GOD, hij begeert de wereld, d.w.z. alles wat het lichaam welbehagen verschaft en laat vanwege het lichaam elk rekening houden met de medemensen vallen.

En het gevolg daarvan is dat de mens een prooi wordt van geestelijke krachten die op aarde een leven van ongeremd genot geleid hebben, die hun begeerten op de eerste plaats stelden en dus een zondig leven leidden. Deze geestelijke krachten hebben grote invloed op die mensen en ze gebruiken deze op een wijze, dat de mens steeds minder acht slaat op de ongeschreven wetten, dat hij zonder nadenken zich aan een lichtzinnige levenswandel overgeeft, dat er voor hem ook geen grenzen bestaan dan alleen het voldoen aan zijn begerigheid. Voor de geestelijke ontwikkeling is zo'n instelling wat betreft de vreugden van de wereld nooit bevorderlijk, want wat het lichaam verlangt, zal steeds tot nadeel van de ziel zijn.

Tevens zal echter een geestelijk streven bespot en belachelijk gemaakt worden, en dat weer, zonder enige scrupules, omdat de mensen het gevoel voor fatsoen en goede zeden verloren hebben. Dus wordt ook de mening van de enkeling niet geacht, veeleer beschouwd als van de tegenpartij en daarom verworpen, vaak op schaamteloze wijze. Want zedeloosheid en geestelijk verval gaan hand in hand.

De mensen spreken wel van vooruitstrevendheid, maar ze zijn het minder dan ooit. Ze spreken van geestelijke vooruitgang en zijn toch ver achtergebleven, want daaronder verstaan ze niet de vooruitgang van de ziel, maar alleen een misvormd denken, dat hun toch waard toeschijnt om na te streven. Ze trachten een nieuwe moraal op te bouwen die een lichtzinnige levenswandel in de hand werkt en streven ernaar dit als ideaal voor te stellen. En dus zullen er nieuwe wetten worden afgekondigd en oude wetten ongedaan gemaakt en hiermee in overeenstemming zal ook de mensheid veranderen en elke norm verliezen voor een deugdzaam GODgevallig leven, dat de mens een vooruitgang van de ziel moet opleveren.

Amen

Traduttore
Tradotto da: Gerard F. Kotte