In voi si sveglierà una indescrivibile nostalgia, se tendete alla perfezione e pensate alle delizie del Cielo. E questo desiderio contribuirà a sfilare le catene dell’anima, perché il desiderio per il mondo e le gioie terrene retrocederanno nella stessa misura, il senso per il bene terreno scomparirà e sarà desiderato solo ciò che significa felicità per l’anima. Se vi trovate in questo stato, scomparirà anche ogni depressione, perché non vi tocca più nulla di mondano, l’anima sarà libera e lascia inosservato il corpo, ed allora nulla può più aggravarla di ciò che le prepara pena in uno stato meno perfetto. E così cogli questa consolazione e lavora continuamente su te stesso, allora vincerai anche quelle ore in cui grava su di te ancora troppa pressione della Terra. Il Padre nel Cielo sà delle miserie dei Suoi figli, e malgrado ciò queste non possono rimanere del tutto escluse, devono spronare coloro che si stancano e purificare ciò che non è ancora libero da scorie. Pensando a questo ogni giorno ti porterà la sua Benedizione, e ti avvicinerai sempre di più allo stato della liberazione. L’anima si lascia spingere sovente, oscilla qua e là e non è ancora salda in sé stessa, ed allora ci vogliono tali depressioni per consolidarla e per attizzare il desiderio per il suo Creatore. Quando ha superato tali umori, allora si farà di nuovo chiaro e limpido in lei e vive con doppia preoccupazione per la sua liberazione. Agli uomini rimane a volte incomprensibile come l’Amore di Dio-Padre Si manifesta in modo doloroso, non ne trovano nessuna spiegazione, perché non sanno giudicare quale indicibile miseria sarebbe la loro sorte, se si aspettassero sempre soltanto del bello e gioioso sulla Terra e che questa miseria sarebbe molto più dolorosa che la sofferenza della Terra. L’infinito Amore del Padre è sempre soltanto pronto ad aiutare e non ha mai voluto la sofferenza degli uomini. Finché quindi non infrangono l’Ordine divino, ogni sofferenza rimarrebbe lontana da loro e verrebbero sempre soltanto a percepire la Bontà e l’Amore di Dio. Ma se ora li spinge la loro propria volontà di infrangere l’Ordine divino, e con ciò dovrebbero sopportare indicibile sofferenza nell’aldilà, perché Dio deve appunto Essere un giusto Giudice e per Amore per l’uomo non può negare il senso di Giustizia, allora cerca di convincere l’uomo ancora sulla Terra del suo errato pensare ed agire. Egli cerca di influenzarlo favorevolmente e renderlo duttile alla Volontà divina, e questo in ogni modo, attraverso la Sua Parola, che annuncia la Sua Volontà, attraverso Ammonimento e continue Indicazioni a sofferenza e disgrazia dei prossimi ed appunto attraverso la sofferenza, che riguarda l’uomo stesso, che però può essere chiamata soltanto come misura minima contro la sofferenza, che attende l’uomo incorreggibile nell’aldilà. L’uomo sulla Terra non è ricettivo per l’ultragrande Amore del Signore. E’ stato afferrato dall’amore per il mondo, e, abbagliato dal suo scintillio e bagliore, non riconosce la Luce calda, soave dell’Amore divino, perché l’avversario combatte con mezzi violenti. Lui cerca di risvegliare nell’uomo l’amore per lo scintillio ed il fulgore, e quando il cuore umano soccombe a questo amore, non sente più il Soffio dell’Amore divino. E se il Padre nel Cielo vuole farSi ancora riconoscere dall’uomo, allora lo può solamente tramite la sofferenza, perché nella sofferenza egli ritrova prima il ritorno a Lui e la sofferenza può portare ancora ad una Benedizione insospettata, dove diversamente non viene badato sulla Terra al divino Salvatore.
Amen
TraduttoreEen onbeschrijfelijk vurig verlangen zal in u ontwaken, als u naar volmaaktheid streeft en denkt aan de gelukzaligheden van de hemel. En dit verlangen zal eraan bijdragen om de boeien van de ziel af te schudden. Want het verlangen naar de wereld en de wereldse vreugden zal in dezelfde mate minder worden. De zin in aardse goederen zal verdwijnen en alleen naar dat, wat geluk voor de ziel betekent, zal verlangd worden. En als u zich in deze toestand bevindt, zal elke depressie van u wijken, want al het wereldse raakt u niet meer. De ziel wordt vrij en slaat geen acht meer op het lichaam. En dan is er niets meer in staat om haar te belasten, wat haar in een minder volmaakte toestand pijn zou bezorgen.
En neem dus deze troost aan en werk nu onverdroten aan uzelf, dan zult u ook zulke momenten, waar de druk van de aarde u nog te zeer belast, overwinnen. De Vader in de hemel kent van de nood van Zijn kinderen. En toch kan deze nood niet geheel wegblijven. Ze moet aansporen wat moe wordt en louteren wat nog niet van afvalstoffen gereinigd is. Met dit in gedachten zal elke dag u zijn zegen brengen. En u zal steeds dichter bij de toestand van bevrijding komen.
De ziel laat zich zo vaak opjagen, ze wankelt en is nog niet stevig in zichzelf. En dan heeft het zo’n depressie nodig om sterker te worden en het verlangen naar haar Schepper op te wekken. Als ze zulke stemmingen overwonnen heeft, dan zal het weer licht en helder in haar zijn en leeft ze met verdubbelde zorg voor haar bevrijding.
Voor de mensen blijft het soms onbegrijpelijk, hoe Gods Vaderliefde vaak op een pijnlijke manier in de mens tot uiting komt. Ze vinden daar geen verklaring voor, omdat ze niet in staat zijn om te beoordelen welke onuitsprekelijke ellende hun lot zou zijn als hen op aarde altijd slechts het mooie en het vredige te wachten zou staan en dat deze ellende toch veel pijnlijker zou zijn dan het leed van de aarde. De eindeloze liefde van de Vader is steeds alleen tot geven bereid en heeft het leed van de mensen nooit gewild. Zolang ze dus niet in strijd handelen met de goddelijke ordening zou elk leed van hen wegblijven en zouden ze steeds alleen maar de goedheid en de liefde van God te bespeuren krijgen.
Maar als nu hun eigen wil hen aandrijft om tegen de goddelijke ordening te handelen en ze daarom dus in het hiernamaals onnoemelijk leed zouden moeten dragen, omdat God toch een rechtvaardige Rechter moet zijn en niet uit liefde voor de mensen de rechtvaardigheidszin kan verloochenen, probeert Hij om de mensen nog op aarde van hun onjuiste denken en handelen te overtuigen. Hij probeert hen gunstig te beïnvloeden en hen aan de goddelijke wil te onderwerpen. En dat op elke manier. Door Zijn woord, dat Zijn wil bekend maakt. Door vermaningen en een voortdurend wijzen op leed en rampspoed van de medemensen en juist door leed, dat de mensen zelf betreft. Wat alleen maar minimaal genoemd kan worden ten opzichte van het leed, dat de onverbeterlijke mensen in het hiernamaals opwacht.
De mens is op aarde niet ontvankelijk voor de enorme liefde van de Heer. De liefde voor de wereld heeft hem zo gegrepen dat hij, door haar glans en schijn verblind, het warme milde licht van de goddelijke liefde niet herkent. Want de tegenstander strijdt met paardenmiddelen. Hij probeert in de mensen de liefde voor pracht en praal op te wekken. En als het menselijke hart voor deze liefde bezwijkt, wordt het de ademtocht van de goddelijke liefde niet meer gewaar.
En als de Vader in de hemel Zich dan nog aan de mensen in herinnering wil brengen, dan kan het alleen nog maar door leed. Want bij leed vindt de mens de weg naar Hem nog het makkelijkst terug. En het leed kan dan nog tot onvermoede zegen worden, waar anders op de liefde van de goddelijke Heiland op aarde geen acht geslagen wordt.
Amen
Traduttore