Compare proclamation with translation

Other translations:

POTICANJE NE-VJERNIKA NA DJELA LJUBAVI..

Ne-vjerniku se ne može usaditi duhovno znanje pošto on odbija sve što se ne može dokazati nego baš zahtjeva vjeru. No on može biti potaknut na djelovanje u Ljubavi, jer jedino putem Ljubavi može dospjeti do vjere. Srce ne-vjernika ne mora biti otvrdnuto, tako da će on kad mu je nevolja drugih ljudi predočena učiniti djela Ljubavi prema bližnjemu, ako je putem njemu naklonjenog čovjeka potaknut na to da doprinese ublaženju nevolju drugoga.... ako se apelira na njegovo suosjećanje, na njegovu spremnost za pomoći i njegovu materijalnu situaciju koja mu omogućuje da pomogne....

Najveća zasluga čovjeka koji i sam živi u Ljubavi, je potaći drugoga na akcije Ljubavi, jer iz toga onda može proizići vjera, koja je pak bez Ljubavi samo mrtva vjera, tako da ona nije puno vrednija i korisnija nego ne-vjera. Dokle god čovjek pored nevolje drugoga (samo) prolazi, može se smatrati ne-vjernikom, čak i ako sâm sebe naziva vjernikom. Tek kad se istakne čovjekova volja za davanjem, kad se on potrudi drugoga usrećiti ili nastoji od njega odagnati patnju.... kad želi pomoći.... on je i sposoban poslušati pruženo mu znanje i zauzeti stav u odnosu na to, i tek tada je dakle moguće da u njemu zaživi vjerovanje u (jedno) duhovno područje koje postoji izvan zemaljskog područja....

Stoga je uzaludno ne-vjernog čovjeka razumski željeti uvjeriti, njemu dakle htjeti naturati duhovno znanje i željeti ga nagovoriti da prihvati, jer čovjek bez Ljubavi za to nije sposoban. S druge strane, Božansko Učenje Ljubavi može mu biti predstavljeno te mu njegovi rezultati biti učinjeni vjerojatnima kad mu se primjerom pokaže takav jedan život u Ljubavi i kad se apelira na njegovo srce da sudjeluje u ublažavanju patnje drugih ljudi.... ako prvo bude potican na davanje iz svoga izobilja, sve dok onda sâm ne nađe zadovoljstvo u tome da čini dobro.... a tad je već zadobiven, tad će njegov otpor protiv duhovnog znanja biti sve manji, biti će uzdrman u svojoj ne-vjeri.... počinje razmišljati o svom životu i voljnije prihvaća ono što pretpostavlja vjeru.... naučiti će vjerovati, jer je tad putem Ljubavi za to postao sposoban....

AMEN

Translator
Translated by: Lorens Novosel

Het aansporen van een ongelovige om werkzaam te zijn in liefde

De ongelovige kan geen geestelijk weten worden toegevoerd, omdat hij alles afwijst wat niet bewezen kan worden maar juist alleen geloof vraagt. Maar hij kan worden aangespoord om werkzaam te zijn in liefde, want alleen op de weg van de liefde kan hij tot geloof komen. Het hart van een ongelovige hoeft niet verhard te zijn, zodat hij dus heel goed werken van naastenliefde zal verrichten wanneer hem de noodtoestand van de medemens voor ogen wordt gebracht. Wanneer hij door een hem welgezinde medemens wordt aangespoord bij te dragen tot leniging van deze nood. Wanneer er een beroep wordt gedaan op zijn medeleven, op zijn hulpvaardigheid en zijn aardse toestand, die het hem mogelijk maakt te helpen.

De grootste verdienste van een mens, die zelf in liefde leeft, is de medemens aan te sporen werkzaam te zijn in liefde. Want daaruit kan dan ook een geloof voortvloeien, dat zonder liefde slechts een dood geloof is en dus niet veel waardevoller dan ongeloof. Zolang een mens aan de nood van de medemens voorbijgaat, kan hij ook als ongelovige worden beschouwd, ofschoon hij zichzelf gelovig noemt. Pas wanneer bij de mens de wil om te geven doorbreekt, wanneer hij tracht de medemens gelukkig te maken of leed van hem af te wenden, wanneer hij helpen wil, is hij ook in staat een hem aangeboden weten aan te horen en er een standpunt over in te nemen. En dan is het dus pas mogelijk in hem een geloof te laten opleven aan een geestelijk rijk, dat zich buiten het aardse rijk bevindt.

Daarom is het vergeefse moeite een ongelovig mens verstandelijk te willen overtuigen, dus hem een geestelijk weten voor te houden en hem te willen overreden het aan te nemen, omdat een mens zonder liefde hiertoe niet in staat is. Daarentegen kan hem wel de goddelijke leer van de liefde voorgehouden worden en de uitwerking ervan geloofwaardig worden gemaakt, wanneer zo’n leven in liefde wordt voorgeleefd en ook op zijn hart een beroep wordt gedaan om deel te nemen aan het lenigen van de nood van de medemens. Wanneer hij eerst wordt aangespoord van zijn overvloed weg te geven, tot hij er dan zelf een diepe vreugde in vindt goed te doen. En dan is hij ook al gewonnen. Dan neemt zijn weerstand tegen geestelijk weten af. Hij wordt in zijn ongeloof aan het wankelen gebracht. Hij begint over zijn leven na te denken en neemt gewilliger aan wat een geloof vooropstelt. Hij zal leren geloven omdat hij nu door de liefde daartoe in staat is geworden.

Amen

Translator
Translated by: Gerard F. Kotte