• Retour

(Philippiens) – la prédestination

Vous êtes tous élus à la Béatitude, seulement vous-mêmes déterminez l'instant où le Règne de la Lumière peut vous accueillir. Ainsi l'être peut toujours de nouveau tendre en arrière vers l'abîme, il peut allonger à l'infini son chemin du retour vers Moi, il peut se trouver certes pour l'Éternité dans un état compatissant, dans l’éloignement de Moi sur lequel il ne peut pas jeter un pont avec sa propre force et donc on pourrait parler d'un genre de damnation que cependant Ma Volonté n'a pas émise sur l'être, mais dans laquelle il est tombé lui-même avec sa propre volonté. Malgré cela même l'être le plus obscur arrivera un jour à la Lumière et même Mon adversaire se trouvera un jour dans la Lumière de Mon Soleil d'Amour, et Mon Rayon d'Amour le rendra incommensurablement bienheureux. Mais il faudra encore une l'Éternité avant qu'il renonce à sa résistance contre Moi. Ainsi il existera des êtres qui se donnent toujours et toujours de nouveau à son pouvoir, et dont la résistance contre Moi ne diminue pas et qui donc sont malheureux pour l'Éternité, bien qu’ils aient toujours de nouveau la possibilité de saisir Ma Main qui les attire dans la Maison Paternelle. Je sais le destin de chaque âme, mais malgré cela elle expérimente sans interruption Ma Grâce et dans le stade d’homme Je retire toujours Ma volonté, pour que la volonté se décide totalement librement. Donc il est erroné de dire que le sort d'une âme est déterminé par Moi pour la Béatitude ou bien pour la damnation. Il est erroné parce que Moi-même Je veux attirer à Moi tous les hommes et donc Je suis mort sur la Croix pour tous les hommes. Le fait que Je connaisse la volonté de chaque âme ne signifie pas que Je guide leur volonté, parce que si seulement Ma volonté était déterminante, toutes les âmes seraient déjà vraiment revenues dans la Maison du Père, vu que pour cela J’ai à Disposition le Pouvoir et la Force. Donc Je ne peux jamais avoir déterminé l'âme d'un homme à la «damnation». Je ne pourrais jamais Me «complaire» à voir tomber de nouveau une âme dans la ruine, parce que Je Suis l'Amour Même. Seulement un esprit non réveillé peut comprendre les Mots de l’Ecriture de façon aussi erronée, et seulement un esprit non réveillé peut les interpréter de sorte que Je choisisse Moi-même les âmes pour les faire devenir bienheureuses ou bien les repousser pour la damnation. Vous les hommes êtes vraiment libre de comment vous vous décidez, et ainsi vous vous créez à vous-même votre sort après la mort de votre corps. Vous pouvez être bienheureux sans limites, mais vous pouvez aussi vous créer vous-mêmes le sort de damnation, parce que Je n’exerce aucune contrainte sur vous, comme de même vous ne pouvez pas être forcé par Mon adversaire, pour combien son pouvoir soit encore grand. Pendant le temps de votre vie terrestre vous avez cependant à disposition des Grâces illimitées que J’ai conquises pour vous par Ma mort sur la Croix. Donc il n'est pas nécessaire que vous soyez faibles. Mais seulement la liberté de votre volonté détermine votre pensée, votre volonté et vos actes, et vous n'auriez vraiment aucune libre volonté, si votre sort après la mort était déjà prédestiné par Moi. Vous êtes tous appelés, mais le fait que seulement peu sont élus est basé seulement sur la libre volonté, pas sur des Grâces accordées arbitrairement. Cette opinion erronée doit toujours de nouveau être réfutée, parce qu'elle a un effet paralysant sur beaucoup d'hommes auxquels ce manque donne la bienheureuse certitude de ne pas pouvoir atteindre le but sur la Terre, et donc ils sont tièdes dans leur tendance. Vous devez toujours vous rappeler que Je Suis un Dieu d'Amour, de Sagesse et d’Omnipotence, et une doctrine qui met cette chose en doute, est une doctrine erronée. Mais comment pouvez-vous concilier le fait que Mon Amour rende bienheureux ou bien condamne selon «Ma Complaisance» ? Donc vous devez sérieusement essayer de ne pas renvoyer à plus tard l'heure de votre Libération, parce que vous-mêmes décidez du temps dans lequel vous revenez vers Moi, lorsque Je peux de nouveau vous accueillir dans votre Maison Paternelle.

Amen

Predestinatie

U allen bent uitverkoren om gelukzalig te zijn, alleen bepaalt u zelf het tijdstip, waarop het lichtrijk u kan opnemen. En zo kan het wezen wel steeds weer terug op de diepte afstevenen en het kan zijn weg terug naar Mij eindeloos verlengen. Het kan zich wel eeuwigheden in een beklagenswaardige toestand bevinden, op een afstand van Mij, die het niet uit eigen kracht kan overbruggen en er daarom van een soort verdoeming zou kunnen worden gesproken, die echter niet Mijn Wil over het wezen heeft uitgesproken, maar waarin het zelf is gevallen uit eigen wil. Toch komt eens het meest duistere wezen tot het licht. En zelfs Mijn tegenstander zal eens weer in het licht van de zon van Mijn Liefde staan en de straal van Mijn Liefde zal hem onmetelijk gelukkig maken. Maar het zal nog eeuwigheden duren, tot hij zijn weerstand tegen Mij opgeeft. En zo ook zullen er wezens bestaan, die zich steeds en steeds weer in zijn macht begeven, wier weerstand tegen Mij niet vermindert en die daarom ook eeuwigheden ongelukkig zijn, ofschoon ze steeds weer de mogelijkheid hebben Mijn Hand vast te pakken, Die hen thuis haalt in het Vaderhuis. En Ik ben op de hoogte van het lot van iedere ziel, maar toch ondervindt ze onafgebroken Mijn genade en in het stadium als mens trek Ik steeds Mijn Wil terug, opdat hun wil helemaal vrij een beslissing neemt.

Daarom is het verkeerd te zeggen, dat het lot van een ziel van Mij uit is bepaald om gelukzalig te worden of verdoemd. Het is daarom verkeerd, omdat Ik Zelf alle mensen tot Mij wil trekken en daarom ook voor alle mensen ben gestorven aan het kruis. Dat Ik de wil van iedere ziel ken, betekent niet dat Ik de wil richt. Want zou alleen Mijn Wil bepalend zijn, dan zouden waarlijk alle zielen al in het Vaderhuis zijn teruggekeerd, daar Mij daartoe ook de macht en de kracht ter beschikking staan. Dus kan Ik nooit de ziel van een mens tot verdoeming hebben voorbestemd. Het zou Mij nooit kunnen “welgevallen” een ziel weer in het verderf te storten, want Ik ben de Liefde Zelf.

Alleen een niet gewekte geest kan de woorden van de Schrift zo verkeerd begrijpen. En alleen een niet gewekte geest kan ze zo uitleggen, dat Ik Zelf voor Mij Zielen zal uitkiezen om zalig te worden, of zal verstoten om te worden verdoemd. Het staat u mensen waarlijk vrij hoe u beslist en zo bepaalt u ook zelf uw lot na de lichamelijke dood. U zult grenzenloos zalig kunnen zijn, maar ook voor uzelf het lot van de verdoeming kunnen veroorzaken, omdat Ik op geen enkele manier dwang op u uitoefen, zoals u evenmin door Mijn tegenstander kunt worden gedwongen, al is diens macht nog zo groot. Gedurende de tijd van uw leven op aarde staan u echter ook onbeperkt genaden ter beschikking, die Ik voor u heb verworven door Mijn dood aan het kruis. U hoeft dus niet zwak te zijn. Maar alleen úw wilsvrijheid bepaalt uw denken, willen en handelen. En u zou beslist geen vrije wil hebben, wanneer uw lot na de dood van Mij uit al zou zijn voorbestemd.

U bent allen geroepen. Dat er echter maar weinigen zijn uitverkoren, is alleen gebaseerd op de vrije wil van de mens, niet op willekeurig verleende genaden. Deze onjuiste opvatting moet steeds weer worden weerlegd, want ze heeft een verlammende uitwerking op veel mensen, die het daardoor ontbreekt aan de gelukkige zekerheid, hun doel op aarde te kunnen bereiken, en die daarom ook lauw zijn in hun streven. U moet er altijd aan denken, dat Ik een God ben van Liefde, Wijsheid en Macht. En een leer, die iets daarvan in twijfel trekt, is een dwaalleer. Maar hoe zult u Mijn Liefde daarmee in overeenstemming brengen, dat Ik zalig maak of verdoem naar “Mijn welbehagen”? Streef er daarom ernstig naar het uur van uw verlossing niet uit te stellen, want u zelf bepaalt de tijd waarin u naar Mij terugkeert, waarin Ik u weer kan opnemen in uw Vaderhuis.

Amen