Donc écoute à la Voix qui sonne en toi: Ce que la sagesse de l'homme recherche est son patrimoine spirituel terrestre, c'est-à-dire qu’à travers les fonctions corporelles il est produit un résultat que l’on doit attribuer à un courant de force, mais dans un sens purement matériel. L’afflux de force est seulement reconnu lorsqu’il est tourné vers le corps, donc vers la pure matière, et ainsi est stimulée pour ainsi dire l'activité corporelle des organes. Ils accomplissent la fonction qui leur est assignée, et vu que la force de poussée n’a aucun motif spirituel parce qu'il s'agit simplement de l'exécution de processus naturels, alors le résultat sera du même genre, donc c’est un résultat purement intellectuel et donc démontrable. L'homme pourra examiner la fonction purement naturelle du corps humain, et pourra ne pas donner de fausses conclusions, mais il résoudra toujours seulement des problèmes purement humains ou terrestres grâce à son cerveau, parce que cette faculté lui a été donnée par le divin Créateur. Mais lorsqu’il essaie de résoudre la grande question, qui est une énigme pour chaque homme, là l'esprit humain ne résoudra rien et toutes les fonctions corporelles seront insuffisantes, et la science humaine peut faire les efforts les plus impensables, elle n'aura aucun accès au domaine spirituel, elle devra reconnaître que toutes les explications sur la constitution de l'homme, pour aussi sages qu’elles soient, sont caduques vu que chaque homme devrait avoir de toute façon la même prédisposition, étant donné que tous les hommes sont créés organiquement égaux, et que les minuscules différences que le scientifique voudrait présenter comme cause des pensées et des sentiments différents de la vie, ne donneront aucune justification pour les facultés totalement différentes des hommes, qui de toute évidence existent, mais cette grande différence n'existe pas chez les hommes corporellement et organiquement dans la même mesure où les effets se manifestent chez les différents hommes. Et si l’on considère que toutes les affirmations doivent être prouvées scientifiquement, alors le patrimoine mental de l'homme n'a pas encore trouvé d’explication définitive, si on prend en considération que l'homme est lui-même en mesure de penser autrement que ce qui est seulement visiblement explicable comme aussi ce qui est explicable dans le monde matériel. La pensée en soi est seulement la volonté de l'homme portée à l'expression. La volonté de l'homme est à nouveau le facteur principal de la vie; la vie se forme seulement si celle-ci devient active. La pensée prend donc la direction que lui prescrit la volonté. Si maintenant toute la vie spirituelle ainsi que la pensée se laissait expliquer aussi facilement que la façon dont des organes corporels exécutent continuellement leur fonctions, et étant donné que ces derniers sont simplement une exécution mécanique des petites et très petites parties qui sont nécessaires à la construction du corps humain, que l'homme appelle sagement des molécules, cela ne peut pas en soi être nié, mais toujours seulement la seconde explication, qui cependant n'exclut pas que le patrimoine des pensées est une Force spirituelle qui n'a rien de commun avec la constitution du corps, parce qu’il est manifeste que des centaines et des milliers d'hommes peuvent avoir la même constitution du corps sans jamais présenter la même activité du cerveau, ce qui devrait être le cas selon l'opinion des sages chercheurs qui cherchent à nier tout le spirituel. Ils ne parviendront jamais et encore jamais à forcer les hommes à une pensée déterminée, et si donc la pensée est libre, il doit être laissé à homme de s'occuper spirituellement selon sa libre volonté, chose qui ne serait cependant pas le cas si la pensée de l'homme dépendait de sa constitution corporelle, et si l'homme était pour ainsi dire forcé à certaines pensées parce que le corps exercerait sa fonction selon une régularité qui est fondée sur sa construction et sur l’assemblage des cellules les plus intérieures et les plus fines. L'activité mentale est reliée à la vraie vie du corps, mais seulement dans la mesure où la vie du corps est nécessaire pour pouvoir manifester cette activité mentale par rapport aux hommes, mais si la vie terrestre, la vie du corps finit, la pensée de l'être ne cesse pas, parce que pour cela ce ne sont pas les fonctions du corps qui servent, et seulement alors il sera compréhensible à l'homme jusqu'où le patrimoine spirituel dépend du corps et de sa constitution, et les chercheurs mondains reconnaîtront leur erreur.
Amen
TraducteursGeef dus gehoor aan de stem die in jou klinkt. Dat wat de menselijke wijsheid onderzoekt, zijn aardse geestelijke goederen. Dat wil zeggen, dat door lichamelijke werking een resultaat tot stand gebracht wordt, dat ook wel aan krachtstroming toe te schrijven is. Echter in puur materialistische zin. De toevloed van kracht wordt enkel en alleen voor het lichaam gebruikt. Het geldt dus de pure materie. Het stimuleert als het ware de lichamelijke activiteit van de organen. Ze voeren de hun toegewezen taak uit en, omdat dus geen enkel geestelijk motief de drijfveer is, omdat het onderzoek enkel en alleen om natuurlijke gebeurtenissen handelt, zal het resultaat ook van dezelfde soort zijn. Dus een puur verstandelijk overwogen, en daarom te bewijzen, resultaat. De mens zal nauwkeurig de puur natuurlijke functies van het menselijke lichaam kunnen berekenen. Het zal geen valse informatie hoeven te geven. Maar het zal echter steeds enkel zuiver menselijke of aardse vraagstukken oplossen op grond van zijn hersencentrum, want deze bekwaamheid werd hem door de goddelijke Schepper gegeven.
Maar waar het erom gaat de grote vraagstukken op te lossen, die voor elk mens raadselen zijn, daar zal het menselijke verstand niets uitrichten en zullen alle lichamelijke functies ontoereikend zijn. En de menselijke wetenschap kan de denkbaarste moeite doen, ze heeft echter geen enkele toegang tot het geestelijke gebied. Ze zal moeten beseffen, dat alle nog zo wijze verklaringen over de aard van de mens gebrekkig zijn, gezien het feit dat elk mens toch dezelfde aanleg zou moeten hebben. Dat alle mensen organisch hetzelfde geschapen zijn en dat het kleinste verschil, die de wetenschappers als oorzaak van het verschillende denken en gevoelsleven graag voor zou willen stellen, nu eenmaal geen houvast geeft voor de volledig verschillende bekwaamheden van de mensen. Dat voor laatstgenoemde duidelijke bewijzen voorhanden zijn, maar dat het grote verschil, lichamelijk en organisch, tussen de mensen niet in die mate bestaat, zoals de effecten zich bij de verschillende mensen openbaren.
En zo blijft te overdenken, dat wetenschappelijk wel alle beweringen aangetoond kunnen worden, maar dat het gedachtengoed van de mens nog geen volledige verklaring gevonden heeft, als er rekening mee gehouden wordt, dat de mens immers ook in staat is om anders te denken, dan alleen aan dat, wat er in de materiële wereld zichtbaar is en dus ook verklaarbaar is. Op zich is de gedachte de tot uitdrukking gebrachte wil van de mens. Opnieuw is de wil de belangrijkste factor in het leven. Als die werkzaam wordt, krijgt het leven pas gestalte. De gedachte zal daarom elke richting gaan, die de wil hem voorschrijft.
Wanneer al het geestelijke leven, het denken, zich op zo’n manier liet verklaren, dat de lichaamsorganen voortdurend hun functies verrichten, en dat deze functies slechts een mechanische uitoefening zijn van de kleine en kleinste componenten, die nodig zijn voor de constructie van het menselijk lichaam, die de mens dan zo vol wijsheid moleculen noemt, dan valt dit op zichzelf niet te ontkennen, maar het is altijd pas de tweede verklaring. Maar deze sluit evenwel niet uit, dat het gedachtengoed geestelijke kracht is, die niets met de aard van het lichaam te maken heeft. Want er kunnen honderden en duizenden mensen duidelijk hetzelfde lichamelijke gestel hebben en toch kan nooit dezelfde hersenactiviteit aangetoond worden, wat echter het geval zou moeten zijn volgens de opvatting van de wijze onderzoeker, die probeert om al het geestelijke te ontkennen.
Het zal nooit lukken om mensen tot een bepaalde gedachte te dwingen. En als het denken dus vrij is, moet het aan de individuele mens overgelaten zijn om zich naar believen met geestelijke zaken bezig te houden. Dit zou echter niet het geval zijn, wanneer het denken van de mens afhankelijk zou zijn van zijn lichamelijke gesteldheid. Wanneer de mens, bij wijze van spreken, tot een bepaald denken gedwongen zou zijn, omdat het lichaam, zogenaamd volgens een wetmatigheid, die in zijn constructie en vereniging op de meest innerlijke en fijnste cellen gebaseerd is, zijn functie uitoefent.
De werkzaamheid van de gedachten is op zich wel samenhangend met het eigenlijke leven van het lichaam, maar alleen in zoverre als het leven van het lichaam nodig is om deze werkzaamheid van de gedachten tegenover mensen te kunnen uiten. Maar als ook het aardse leven, het leven van het lichaam, ten einde is, dan zal het denken van het wezen niet ophouden, want de werking van het lichaam is daar niet absoluut voor nodig. En pas dan zal het voor de mensen begrijpelijk zijn in hoeverre geestelijk goed afhankelijk van het lichaam en diens gesteldheid is. En de wereldse onderzoekers zullen hun dwaling beseffen.
Amen
Traducteurs