I brought help to the enslaved souls in their distress, for they felt the bondage and were unable to free themselves from it on their own.... They were imprisoned by a master who was strong and brutal, who lacked all love and therefore put his servants in hard fetters which they were unable to loosen without help. I brought this help to the people because I, as lord, also had the power to loosen the chains. However, I first had to defeat him, I had to confront him, I first had to acquire the right to liberate his property, for you humans were his property because you had surrendered yourselves to him through your will.... Your adversity was self-inflicted but humanity endured Me because I loved My creatures despite their voluntary turning away from Me.... And so I faced My adversary for battle.... and I defeated him with the weapon of love.... I offered him a great ransom.... I voluntarily let Myself be crucified, I gave My life on the cross to prove to him that My love was capable of anything for you men, to bring you salvation.... I let His servants and executioners perform their despicable deeds on Me unhindered.... My love for you humans was so profound that I took all suffering and pain upon Myself to deliver you from it.... My adversary and his followers were allowed to practice on Me what you had earned through your apostasy from Me and what he constantly wanted to practice on you if I did not release you from his power.... I therefore paid the guilt of sin for you, I gave Myself into his hands so that he went wild on Me, even though I was not his own. And he had to release you in return because I made atonement for you. I confronted him.... but I only waged the battle with the weapon of love. However, I broke his power which he could now no longer prove on you because you became free from his power through My act of salvation. He can only still rule unrestrictedly where I and My act of salvation are not recognized.... For these voluntarily remain under his control and are now also at his mercy until they also call for Me to help them in their adversity. I have paid the ransom for all souls, thus no soul can be kept in the abyss by My adversary which desires to ascend, which is willing to let itself be redeemed by Me, which acknowledges Me as its lord and therefore also wants to belong to Me.... Yet against its will I cannot release it from My adversary, for then he will have a claim on this soul because it inwardly professes him. The soul's will determines whether it will also benefit from My act of salvation, whether it will partake of the blessings of the act of salvation which are available to it without measure but which cannot be bestowed upon it against its will.... I certainly descend into the abyss and bring salvation to the souls of the deep.... yet I don't force any soul to follow Me, but I also loosen the heaviest chains if the soul appeals to Me for it, if it is willing to follow Me, if it wants to escape My adversary's power.... I give everyone the freedom they desire, for I died on the cross for all people, because all people are My creations whom I love from the beginning....
Amen
TranslatorIk bracht de geknechte zielen hulp in hun nood, want ze voelden de slavernij en konden zich er niet alleen uit bevrijden. Ze waren gevangen genomen door een gebieder die sterk was en meedogenloos, bij wie elke liefde ontbrak en die daarom zijn slaven in harde boeien sloeg die ze zonder hulp niet konden losmaken.
Deze hulp nu bracht Ik de mensen, omdat Ik als eveneens Heer en Gebieder ook de macht had boeien los te maken. Maar eerst moest Ik hem overwinnen. Ik moest met hem de strijd aanbinden. Ik moest eerst het recht verwerven zijn eigendom te bevrijden. Want u mensen waren zijn eigendom, omdat u zichzelf aan hem had overgegeven door uw wil.
Uw nood was uw eigen schuld, maar Ik had medelijden met de mensheid, omdat Ik Mijn schepselen liefhad ondanks dat ze zich vrijwillig van Mij afkeerden. En dus dwong Ik Mijn tegenstander tot de strijd. En Ik overwon hem met het wapen van de Liefde. Ik bood hem een hoge losprijs.
Ik liet Me vrijwillig aan het kruis slaan. Ik gaf Mijn leven aan het kruis om hem te bewijzen dat Mij Liefde voor u mensen tot alles in staat was, om u redding te brengen. Ik liet zijn knechten en beulen ongehinderd hun afschuwelijke daden jegens Mij voltrekken.
Mijn Liefde voor u mensen was zo diep, dat Ik alle lijden en smart op Me nam om u daarvan te bevrijden. Mijn tegenstander en zijn aanhang mochten bij Mij dat verrichten, wat u door uw afval van Mij had verdiend en wat hij bij u voortdurend wilde uitoefenen, wanneer Ik u niet verloste uit zijn macht.
Ik betaalde dus voor u de zondeschuld. Ik gaf Me in zijn handen, zodat hij zich op Mij kon uitrazen, ofschoon Ik niet van hem was. En hij moest u daarvoor vrijlaten, omdat Ik voor u de boete deed. Ik nam de strijd tegen hem op, maar Ik voerde die alleen met het wapen van de Liefde. Ik brak echter zijn macht, die hij nu niet meer op u kon uitoefenen, omdat u vrij werd uit zijn macht door Mijn verlossingswerk.
Hij kan alleen nog daar onbeperkt heersen, waar Ik en Mijn verlossingswerk niet worden erkend. Want dezen blijven vrijwillig in zijn macht en zijn daar nu ook zolang aan prijsgegeven, totdat ook zij naar Mij roepen opdat Ik hen help in hun nood.
Het losgeld heb Ik voor alle zielen betaald. Dus door Mijn tegenstander kan geen ziel in de diepte worden gehouden, die naar boven verlangt, die voornemens is zich door Mij te laten verlossen, die Mij als haar Heer erkent en daarom ook Mij wil toebehoren.
Maar Ik kan haar niet tegen haar wil bevrijden van Mijn tegenstander, want dan heeft hij recht op deze ziel, omdat ze inwendig voor hem kiest. De wil van de ziel is bepalend of Mijn verlossingswerk ook haar ten goede komt, of ze deel heeft aan de genaden van het verlossingswerk, die haar onmetelijk ter beschikking staan, maar haar niet tegen haar wil kunnen worden gegeven.
Ik daal wel af in de diepte en breng de zielen in de diepte redding, maar Ik dwing geen ziel Mij te volgen. Ik maak echter ook de zwaarste ketenen los, wanneer de ziel Mij daarom vraagt, wanneer ze bereid is Mij te volgen, wanneer ze de macht van Mijn tegenstander wil ontvluchten. Ik geef allen de vrijheid die ze begeren, want Ik ben aan het kruis gestorven voor alle mensen, omdat alle mensen Mijn schepselen zijn die Ik liefheb vanaf het allereerste begin.
Amen
Translator