Kundgabe mit Übersetzung vergleichen

Weitere Übersetzungen:

"Jesus, mein Erlöser, lebt...."

In der geistigen Welt ist ein Jubeln und Frohlocken über Mein Erlösungswerk, denn allen Lichtwesen wird es immer wieder von neuem offenbar, was sich auf Erden abgespielt hat, und sie loben und preisen Mich als ihren Erretter von Sünde und Tod, Der ihnen das Tor zum Lichtreich geöffnet hat.... Sie wissen um die geistige Bedeutung Meines Leidens und Sterbens, des Kreuzestodes und der Auferstehung am dritten Tage.... Sie wissen es, daß durch dieses größte Erbarmungswerk für die Menschheit eine "Auferstehung" gesichert ist, daß sie nicht dem ewigen Tode verfallen ist und daß für alle Menschen einmal die Stunde der Erlösung schlägt nach endlos langer Zeit härtester Gefangenschaft. Und darum ist ihr Dank, ihr Jubel und ihre Liebe zu Mir unermeßlich und steigern sich, sowie sie teilnehmen an dem Werk der Erlösung, das sie als gegenwärtig immer wieder erleben dürfen, weil es im Lichtreich keine Zeitbegrenzung gibt, weil sie auch alle Geschehnisse der Vergangenheit und Zukunft als gegenwärtig erleben. Und würden sich auf Erden die Menschen gleichfalls hineinzuversetzen suchen in jenen Vorgang der Kreuzigung und der Auferstehung Jesu, so würden auch sie größten Segen daraus ziehen, und in ihre Herzen würde{n} der Jubel und tiefe Dankbarkeit einziehen, daß Ich Selbst in Jesus Christus euch Menschen Befreiung brachte von Sünde und Tod. Denn es war dieser Vorgang einmalig, es hat niemals ein Mensch so unermeßliches Leid auf sich genommen, und es ist niemals ein Mensch in völliger Schuldlosigkeit den bittersten Kreuzweg gegangen, der mit seinem Tod am Kreuz endete, wenngleich sehr oft Menschen in eine Lage geraten, wo Grausamkeit der Mitmenschen ihnen ein Los bereitet, das untragbar scheint. Doch es spielten bei dem Erbarmungswerk Jesu Christi geistige Vorgänge mit, die Sein körperliches Leid noch ums Vielfache steigerten, weil die Seele in höchster Erkenntnis stand und darum alles durchschauen konnte.... sowohl die geistige Not, die alle Menschen überfallen hatte, als auch den Geisteszustand derer, die Ihn peinigten und das Schandwerk an Ihm vollbrachten, die Seinen reinen Leib sich ihren erbärmlichen Gelüsten und bösen Triebe dienen ließen und die Er empfand als Abgesandte der Hölle. Aber Er hielt durch bis zu Seinem Tode.... Und Er erstand in aller Glorie am dritten Tage wieder dem Grabe, das Ihn nicht gefangenhalten konnte.... Und so krönte diese Seine Auferstehung das Erlösungswerk, denn allen, die sich erlösen lassen durch Jesus Christus, ist das eine gewiß, daß auch sie auferstehen werden zum ewigen Leben.... Zuvor zwar war das Leben der Menschen mit ihrem Leibestode auch nicht beendet, denn die Seele kann nicht sterben, sie bleibt ewig bestehen. Aber ob der Zustand der Seele dann ein Zustand des Lebens oder des Todes ist, das ist allein vom göttlichen Erlöser Jesus Christus abhängig.... Denn nur Er kann der Seele das Leben geben, und nur Er ist die Pforte zum Leben in Seligkeit.... Also kann eine Seele auch im Zustand des Todes eingehen in das jenseitige Reich, und sie wird auch so lange in diesem Zustand verbleiben, bis sie zu Jesus Christus rufet, daß Er ihr das Leben geben möge.... "Wer aber glaubt an Mich, der wird nicht sterben in Ewigkeit...." Es kann für jeden Menschen schon die Stunde des Leibestodes auch die Stunde der Auferstehung sein, es braucht kein Mensch seine Sterbestunde zu fürchten, weil Einer den Tod überwunden hat und dieser Eine jedem das Leben verspricht, der an Ihn glaubt.... Und so könnten auch auf Erden die Menschen jubeln und frohlocken, wenn sie das Erlösungswerk Jesu Christi in seiner ganzen Bedeutung erfassen und auch daran teilnehmen möchten.... Dann hat für alle Menschen der Tod seinen Stachel verloren.... Und alle Menschen könnten einstimmen in den Lobgesang der geistigen Wesen: "Er ist wahrhaft auferstanden.... Jesus, mein Erlöser lebt...."

Amen

Übersetzer
Dies ist eine Originalkundgabe von Bertha Dudde

"Jezus, mijn Verlosser, leeft"

In de geestelijke wereld is het een jubelen en juichen over mijn verlossingswerk. Want het wordt alle lichtwezens steeds weer opnieuw duidelijk wat zich op aarde heeft afgespeeld. En ze loven en prijzen Mij als hun Redder van zonde en dood, die voor hen de poort naar het lichtrijk heeft geopend. Ze zijn op de hoogte van de geestelijke betekenis van mijn lijden en sterven, van de kruisdood en de verrijzenis op de derde dag. Ze weten, dat door dit grote werk van erbarmen voor de mensheid een "opstanding" is verzekerd, dat ze niet vervallen is aan de eeuwige dood en dat voor alle mensen eens het uur van de verlossing slaat na eindeloos lange tijd van uiterst zwaar gevangenschap.

En daarom is hun dank, hun jubelen en hun liefde voor Mij onmetelijk en nemen deze toe zodra ze deelnemen aan het werk van de verlossing, dat ze als in het nu steeds weer mogen meemaken, omdat in het lichtrijk de tijd onbegrensd is, omdat ze ook alle gebeurtenissen van het verleden en de toekomst als tegenwoordige tijd beleven.

En zouden de mensen op aarde zich eveneens proberen te verplaatsen in die gebeurtenis van de kruisiging en de verrijzenis van Jezus, dan zouden ook zij daar de grootste zegen uit halen. En in hun harten zou de vreugde en diepe dankbaarheid doordringen, dat Ik zelf in Jezus Christus u mensen bevrijding bracht van zonde en dood. Want dit gebeuren was eenmalig. Nooit had een mens een dergelijk onmetelijk lijden op zich genomen. En nooit is een mens in totale onschuld de meest bittere kruisweg gegaan, die met zijn dood aan het kruis eindigde, ofschoon heel vaak mensen in een situatie terechtkomen waar wreedheid van medemensen hun een lot bereidt dat ondraaglijk schijnt.

Maar er speelden bij het erbarmende werk van Jezus Christus geestelijke voorvallen mee die Zijn lichamelijk leed nog in het veelvoudige vergrootten, omdat de ziel het allesomvattende inzicht had en daarom alles kon doorzien, zowel de geestelijke nood die alle mensen had overmand, als ook de geestelijke toestand van hen die Hem pijnigden en het schandelijke werk bij Hem voltrokken, die hun afschuwelijke begeerten en kwade lusten botvierden op Zijn rein lichaam en die Hij ervoer als afgezanten van de hel. Maar Hij hield vol tot Zijn dood. En op de derde dag stond Hij in alle glorie weer op uit het graf dat Hem niet gevangen kon houden. En zo bekroonde Zijn opstanding het verlossingswerk, want voor allen die zich laten verlossen door Jezus Christus is één ding zeker: dat ook zij zullen verrijzen tot het eeuwige leven.

Weliswaar was voordien het leven der mensen met hun lichamelijke dood ook niet beëindigd, want de ziel kan niet sterven, ze blijft eeuwig bestaan, maar of de toestand van de ziel dan een staat is van leven of van de dood, is alleen van de goddelijke Verlosser Jezus Christus afhankelijk. Want alleen Hij kan de ziel het leven geven en alleen Hij is de poort naar het leven in gelukzaligheid. Dus kan een ziel ook in de toestand van de dood het rijk hierna binnengaan. En ze zal ook zolang in deze toestand blijven, tot ze naar Jezus Christus roept, of Hij haar het leven wil geven. "Maar wie in Mij gelooft zal in eeuwigheid niet sterven."

Voor ieder mens kan het uur van de lichamelijke dood ook al het uur van de opstanding zijn. Geen mens hoeft zijn stervensuur te vrezen, omdat Eén de dood heeft overwonnen en deze Ene het leven belooft aan ieder die in Hem gelooft. En zo zouden ook op aarde de mensen kunnen jubelen en juichen, wanneer ze het verlossingswerk van Jezus Christus in zijn volle betekenis zouden begrijpen en er ook aan zouden willen deelhebben. Dan heeft de dood voor alle mensen zijn angel verloren. En alle mensen zouden kunnen instemmen met het lofgezang van de geestelijke wezens: "Hij is waarlijk verrezen. Jezus, mijn Verlosser leeft".

Amen

Übersetzer
Übersetzt durch: Gerard F. Kotte