• Zurück

Die wahre Kirche.... Sekten.... Geistwirken....

Die Tatsache, daß so viele Geistes- oder Glaubensrichtungen bestehen und die Menschen zumeist ohne ihren eigenen Willen in jene aufgenommen wurden, müßte euch Menschen zu denken geben. Nicht der Wille des Kindes bestimmt es, in welche Glaubensrichtung es "hineingeboren" wurde, und also ist es gleichsam keines Menschen eigenes Verdienst oder eigenes Verschulden, in einer bestimmten Glaubensrichtung erzogen zu werden.... Und wäre nun die eine oder die andere "allein selig machend....", wäre die eine oder die andere die vor Gott allein rechte oder Ihm wohlgefällige, dann könnten sich mit Recht die in andere Geistesrichtungen versetzten Menschen von Gott aus benachteiligt fühlen, daß ihnen die "wahre Kirche" vorenthalten worden sei durch ihre Geburt. Es ist aber keineswegs so, daß ein Mensch ohne eigenes Zutun zur Wahrheit kommen kann, und es ist wiederum ganz belanglos, in welche Glaubensrichtung er durch seine Geburt versetzt worden ist.... Denn ein jeder Mensch muß sich selbst zum Licht der Wahrheit durchringen. Und ebenso ist es gewiß, daß sich die Wahrheit nicht erziehungsmäßig einpflanzen lässet, solange nicht der Mensch selbst in sich den rechten Boden angesammelt hat, in dem die Wahrheit sich verwurzeln kann, um nun sein Eigentum zu werden und zu bleiben. Aber es müßte auch jene vorerwähnte Tatsache allen Menschen zu denken geben, die auf ihre Zugehörigkeit zu einer bestimmten Geistesrichtung pochen und sich "als in der Wahrheit wandelnd" ansehen.... Es ist ein anmaßender Gedanke, zu glauben, das Privileg zu besitzen für das Himmelreich.... Aber diesen anmaßenden Gedanken haben viele Menschen, denn alle Anhänger von Sekten sind voll überzeugt, die alleinige Wahrheit zu besitzen.... Und doch haben sie zumeist nur übernommen, was ihnen wieder von denen gelehrt wurde, die ebenso fanatisch sich für unfehlbar hielten. Und keiner von ihnen hat darüber nachgedacht, wie Gott Selbst Sich denn dann zu jenen stellt, die nicht ihrer Geistesrichtung angehören.... Solange nur die Liebe zu Gott und zum Nächsten und das Erlösungswerk Jesu Christi einer Geistesrichtung zugrunde liegt, können auch aus dieser Geistesrichtung wahre Christen hervorgehen, denen bald auch das Licht der Wahrheit leuchten wird.... Denn werden die Liebegebote Gottes erfüllt im Glauben an Jesus Christus, den göttlichen Erlöser, dann wird der Mensch selbst tätig, und er ist dann aus eigenem Antrieb in die "Gemeinschaft der Gläubigen" eingetreten, in die Kirche, die Jesus Christus Selbst auf Erden gegründet hat.... Und diese Selbstentscheidung muß jeder Mensch treffen, oder auch: Die Grundreligion ist die Erfüllung der Liebegebote, und solange diese außer acht gelassen wird, befindet sich der Mensch außerhalb der Kirche Christi, außerhalb der Wahrheit, und ob er gleich einer Glaubensrichtung angehört, die sich als die "allein wahre" und "seligmachende" ausgibt. Die Seligkeit kann sich kein Mensch erwerben nur durch seine Zugehörigkeit zu einer bestimmten Geistesrichtung oder durch von dieser geforderte Handlungen.... Erst die wahre uneigennützige Nächstenliebe und dadurch auch beweisende Gottesliebe führt zur Seligkeit, und diese kann in einer jeden Geistesrichtung geübt werden, und das wird dann auch zur Erkenntnis der reinen Wahrheit führen. Solange es aber abgegrenzte Gemeinden gibt, solange eine jede versucht, Mitglieder für sich zu gewinnen, die ihre Mitgliedschaft dadurch beweisen sollen, daß sie das anerkennen, was sie selbst lehren.... solange die Freiheit des Denkens diesen Mitgliedern beschnitten wird, sind auch diese nur Mitläufer, aber keine lebendigen (24.3.1958) Christen, die sich zur Kirche Christi zählen können.... Sowie aber ein Mensch "lebendig" geworden ist, was also nur ein Leben in Liebe zur Voraussetzung hat, erkennt er auch, wieweit eine Geistesrichtung Anspruch auf Wahrheit erheben kann. Er wird dann zwar seine Mitmenschen besser belehren können als die Führer jener Geistesrichtungen, aber er wird auch nicht seine Erkenntnis übertragen können auf den Mitmenschen, sondern dieser muß die gleichen Bedingungen erfüllen, die zum Erkennen der reinen Wahrheit führen: Er muß auch vorerst durch ein Liebeleben zum "lebendigen" Christen werden, denn dann wird sein Glaube stark werden, und dann also gehört er zur Kirche Christi, die Er Selbst erbaut hat auf dem Fels des Glaubens. Jedem denkenden Menschen müßte es einleuchten, daß Gott die Seligwerdung eines Menschen niemals davon abhängig machen wird, welcher Glaubensrichtung oder Gemeinschaft er angehört, denn schon der Umstand, daß die Menschen ohne eigene Willensbekundung geburtsmäßig solchen Gemeinschaften angegliedert werden, müßte ihnen zu denken geben.... vorausgesetzt, daß sie noch so weit gläubig sind, einen Gott und eine Bestimmung des Menschen anzuerkennen. Für die Ungläubigen sind solche Gedanken ohnehin nicht diskutabel, weil sie jegliche Glaubensrichtung verwerfen. Doch denen, die allzu eifrig ihre Ansicht vertreten und immer wieder versuchen, als Beweis für deren Wahrheit Worte aus der Schrift anzuführen, die sie jedoch auch nur verstandesmäßig auslegen, gelten diese Worte, daß allein nur die Liebe den Geist im Menschen wirksam werden lässet. Der Geist aber wird dann auch der Wahrheit gemäß sie belehren, dann aber werden auch die irrigen Lehren in jeder Geistesrichtung beleuchtet werden, von denen der Mensch sich frei machen muß, will er ein lebendiger Christ, ein Anhänger der wahren "Kirche Christi" sein, die keine äußerlichen Merkmale aufzuweisen hat als nur das Wirken des göttlichen Geistes....

Amen

De ware kerk - Sekten - Het werkzaam zijn van de geest

Het feit, dat er zoveel geestelijke of geloofsrichtingen bestaan en de mensen meestal zonder hun eigen wil daarin werden opgenomen, zou u mensen te denken moeten geven. Niet de wil van het kind bepaalt, in welke geloofsrichting het is "geboren", en dus is het als het ware geen eigen verdienste of eigen schuld van de mens in een bepaalde geloofsrichting te worden opgevoed.

En zou nu die ene of andere geloofsrichting "alleen zalig makend" zijn, zou die ene of andere de voor God alleen juiste of Hem welgevallige zijn, dan zouden de mensen die in andere geestelijke richtingen terecht zijn gekomen, zich met recht van God uit benadeeld kunnen voelen, dat de "ware kerk" hun is onthouden door hun geboorte. Maar het is in het geheel niet zo, dat een mens zonder eigen toedoen tot de waarheid kan komen, en het is wederom helemaal niet van belang, in welke geloofsrichting hij door zijn geboorte terecht is gekomen.

Want ieder mens moet zelf tot het licht van de waarheid doordringen. En net zo is het zeker, dat de waarheid zich niet door opvoeding zal laten inprenten, zolang de mens in zichzelf niet de juiste bodem heeft vergaard, waarin de waarheid wortel kan schieten, om nu zijn eigendom te worden en te blijven. Maar het bovengenoemde feit zou ook alle mensen te denken moeten geven, die op hun lidmaatschap van een bepaalde geestelijke richting pochen en zich beschouwen als "wandelend in de waarheid".

Het is een arrogante gedachte te geloven het privilege voor het hemelrijk te bezitten.

Maar veel mensen hebben deze aanmatigende gedachte, want alle aanhangers van sekten zijn er volledig van overtuigd, de enige waarheid te bezitten.

En toch hebben ze meestal alleen maar overgenomen wat hun weer geleerd is door hen die zich net zo fanatiek voor onfeilbaar hielden. En geen van allen heeft erover nagedacht hoe God zich zelf dan tegenover diegenen opstelt die niet bij hun geestelijke richting behoren.

Zolang maar de liefde tot God en tot de naaste en het werk van verlossing van Jezus Christus aan een geestelijke richting ten grondslag liggen, kunnen ook uit deze geestelijke richtingen ware christenen voortkomen, voor wie spoedig ook het licht van de waarheid zal schijnen.

Want worden Gods geboden van de liefde vervuld in het geloof in Jezus Christus, de goddelijke Verlosser, dan wordt de mens zelf actief, en is hij uit eigen beweging toegetreden tot de "gemeenschap van de gelovigen", tot de kerk, die Jezus Christus zelf op aarde heeft gesticht.

En deze eigen beslissing moet iedere mens nemen, oftewel: de basisreligie is de vervulling van de geboden der liefde, en zolang deze niet in acht worden genomen, bevindt de mens zich buiten de kerk van Christus, buiten de waarheid, om het even of hij lid is van een geloofsrichting, die zich voor de "enige ware" en "zaligmakende" uitgeeft. Geen mens kan de gelukzaligheid verwerven door alleen zijn behoren tot een bepaalde geestelijke richting of door handelingen die door deze worden geëist.

Pas de ware onbaatzuchtige naastenliefde - en de daardoor aangetoonde liefde tot God - leidt naar de gelukzaligheid, en deze kan in elke geestelijke richting worden beoefend. En dit zal dan ook voeren naar het inzicht in de zuivere waarheid. Zolang er echter afgebakende gemeenten zijn, zolang elke tracht leden voor zich te winnen, die hun lidmaatschap moeten bewijzen, doordat ze datgene erkennen wat ze zelf onderrichten, zolang de vrijheid van denken bij deze leden wordt beknot, zijn ook dezen slechts meelopers, maar geen levende christenen, die zich kunnen rekenen tot de kerk van Christus.

Maar zodra een mens "levend" is geworden, wat dus alleen maar een leven in liefde als vereiste heeft, ziet hij ook in, in hoeverre een geestelijke richting aanspraak kan maken op de waarheid. Hij zal dan weliswaar zijn medemensen beter kunnen onderrichten dan de leiders van die geestelijke richtingen, maar hij zal ook niet zijn inzicht kunnen overdragen op de medemens. Veeleer moet deze dezelfde eisen vervullen, die tot inzicht in de zuivere waarheid leiden: Ook hij moet eerst door een leven in liefde een "levende" christen worden, want dan zal zijn geloof sterk worden en dan behoort hij dus tot de kerk van Christus, die Hij zelf heeft gebouwd op de rots van het geloof. Voor ieder denkend mens zou het duidelijk moeten zijn, dat God het zalig worden van een mens nooit afhankelijk zal maken van de geloofsrichting of -gemeenschap tot welke hij behoort, want alleen al de omstandigheid, dat de mensen zonder hun eigen wil te kennen te geven bij geboorte in zulke gemeenschappen worden opgenomen, zou hun toch te denken moeten geven, vooropgesteld dat ze in zoverre gelovig zijn, dat ze een God en een bestemming van de mens erkennen. Voor de ongelovigen zijn zulke gedachten zonder meer niet bespreekbaar, omdat ze elke geloofsrichting verwerpen. Maar voor degenen die al te ijverig hun mening uitdragen en steeds weer proberen, als bewijs voor de waarheid ervan, woorden uit de schrift erbij te betrekken, die ze echter ook slechts verstandelijk uitleggen, gelden deze woorden: dat alleen maar de liefde de geest in de mens werkzaam zal laten worden. Maar de geest zal hen dan ook volgens de waarheid onderrichten. Dan echter zullen ook de onjuiste leerstellingen in elke geestelijke richting belicht worden, waarvan de mens zich vrij moet maken, wil hij een levende christen zijn, een aanhanger van de ware "Kerk van Christus", die geen uiterlijke kenmerken kan laten zien dan alleen het werkzaam zijn van de goddelijke geest.

Amen