Kundgabe mit Übersetzung vergleichen

Weitere Übersetzungen:

Liebende Hilfe an Mitmenschen in der Not....

Denen sollet ihr Trost und Hilfe spenden, die in irdischer oder geistiger Not sind. Dann übet ihr wahrhaft Nächstenliebe, und ihr erwecket auch in eurem Nächsten Liebe. Es kann die Endzeit nicht ohne Kummer und Not an den Menschen vorübergehen, denn es sind dies die letzten Mittel, die Ich anwende, um sie für Mich zu gewinnen. Jedes Menschenherz will Ich ansprechen durch solche Not, und wenn sie nun Mich hören, wenn sie in der Not Meine Stimme erkennen und nun Herz und Ohr Mir zuwenden, dann sind sie einen Schritt vorwärts gegangen, sie haben den Weg betreten, der nach oben führt. Aber es sind noch unzählige Menschen, die Herz und Ohr Meiner Stimme verschlossenhalten.... Und diese sollet ihr anreden und sie in ihrer Not zu Mir verweisen, wo sie rechten Trost und Hilfe finden werden.... Ihr leistet ihnen dadurch schon Hilfe, daß ihr an ihrer Not nicht vorübergehet, und diese Hilfe wird dankend angenommen.... Glaubet es, daß immer nur Liebe das rechte Heilmittel ist, daß Liebe die Wunden vernarben lässet, daß Liebe Schmerzen lindert und daß kein Mensch für ein Liebewerk unempfindlich ist. Und also wird jedes Liebewerk am Nächsten Gegenliebe erwecken, und nur auf diese Weise sind Seelen zu gewinnen. Nur durch Liebe reifen die Seelen aus, und ist eine Seele zur Liebe fähig, dann wird ihr auch Leid großen Segen eintragen, denn dann reinigt sich die Seele von allen Schlacken und lässet jeden Liebestrahl auf sich wirken.... Darum sprechet alle diese Menschen an, die ihr in großer Not wisset, die tiefes Leid tragen und hoffnungslos und verzagt sind. Gebet ihnen Trost und verweiset sie auf Mich.... Überlasset sie nicht ihrem Schmerz, damit sie sich nicht einsam fühlen und verzweifeln.... Jedes Liebewort ist ihnen eine Wohltat, und Mitgefühl lässet sie ihren Schmerz weniger hart empfinden.... Gebet ihnen irdischen und geistigen Trost, auf daß auch alles Leid einen segensreichen Erfolg hat für ihre Seelen.... Denn vor euch allen liegt noch viel Not und Elend, ihr alle werdet noch in Lagen geraten, wo ihr dankbar sein werdet für tröstenden Zuspruch, für Hilfeleistung jeglicher Art. Es wird einer auf den anderen angewiesen sein in kommender Zeit, und wo sich die Menschen nicht gegenseitig beistehen, dort wird die Not fast unerträglich scheinen, es sei denn, sie wenden sich an Mich, Der Ich niemals einen Menschen verlasse, so er Mich rufet. Und das nur will Ich erreichen, daß die Menschen eine so innige Bindung mit Mir anknüpfen, daß sie sich niemals einsam und verlassen fühlen, sondern immer ihren Beschützer und Helfer neben sich wissen und sie dann auch die Not nicht mehr so hart und bitter empfinden werden wie jener, der Mir noch fernsteht. Jegliche Not ist erträglich für den Menschen, der zu Mir seine Zuflucht nimmt, aber ihr, die ihr Mir dienen wollet, ihr könnet als Mittler zwischen Mir und jenen tätig sein.... ihr könnet ihnen den Weg zeigen, ihrer Not ledig zu werden, und so ihr dies in Liebe tut, werdet ihr auch Erfolg haben. Ihr Menschen verhärtet eure Herzen nicht, gehet nicht an der Not eurer Mitmenschen vorüber, schauet um euch, und ihr werdet viel Not sehen, und es wird eure Hilfe stets wohltätig empfunden werden. Ihr alle aber könnet helfen, denn die rechte Hilfe besteht in liebenden Gedanken, liebenden Worten und in Werken, die die Liebe euch zu tun heißt.... Die rechte, erbarmende Liebe zum Mitmenschen, der in Not ist, lässet euch auch immer Mittel und Wege finden, deren Not zu lindern, und oft ist geistiger Zuspruch von größerem Wert als irdische Hilfeleistung, denn dadurch öffnet ihr Mir die Tür zu ihren Herzen, und kann Ich Selbst erst einmal zu ihnen eingehen, dann werden sie auch getröstet sein und ihr Kreuz gern tragen um ihrer Seelen willen. Und dann ist ihre Not von Segen gewesen, dann haben sie heimgefunden zum Vater, Ich habe sie gewonnen für ewig....

Amen

Übersetzer
Dies ist eine Originalkundgabe von Bertha Dudde

Liefdevolle hulp aan medemensen die in nood zijn

U moet troost en hulp geven aan diegenen die in aardse of geestelijke nood zijn. Dan beoefent u ware naastenliefde en u wekt ook in uw naaste liefde op. De eindtijd kan niet zonder kommer en nood aan de mensen voorbij gaan, want dit zijn de laatste middelen die Ik aanwend om hen voor Mij te winnen. Elk mensenhart wil Ik aanspreken door dergelijke nood en wanneer ze Mij dan horen, wanneer ze in de nood mijn stem herkennen en nu hart en oor op Mij richten, dan zijn ze een stap vooruit gegaan. Ze zijn de weg opgegaan die naar boven leidt. Maar er zijn nog talloze mensen die hart en oor voor mijn stem gesloten houden. En dezen moet u aanspreken en hen in hun nood op Mij wijzen, bij wie ze echte troost en hulp zullen vinden.

U verleent hun al hulp doordat u niet aan hun nood voorbijgaat en deze hulp wordt dankbaar aangenomen. Geloof het, dat altijd alleen de liefde het ware geneesmiddel is, dat liefde de wonden zal laten helen, dat liefde smarten verzacht en dat geen mens niet ontvankelijk is voor een werk van liefde. En dus zal elk werk van liefde bij de naaste wederliefde opwekken en alleen op deze manier zijn zielen te winnen. Alleen door liefde worden zielen rijp en is een ziel tot liefde in staat. Dan zal ook leed haar grote zegen opleveren, want dan reinigt de ziel zich van alle aanklevingen en zal ze elke straal van liefde op zich in laten werken. Spreek daarom al deze mensen aan, van wie u weet dat ze in grote nood zijn, zwaar leed dragen en zonder hoop en moedeloos zijn. Geef hun troost en wijs ze op Mij. Laat hen niet over aan hun smart, opdat ze zich niet eenzaam voelen en wanhopig worden. Elk woord van liefde is voor hen een weldaad en medegevoel zal ze hun smart minder hard laten ondervinden. Geef hun aardse en geestelijke troost, opdat ook alle leed een zegenrijk resultaat heeft voor de zielen. Want er ligt voor u allen nog veel nood en ellende in het verschiet, u allen zult nog in situaties terecht komen waarin u dankbaar zult zijn voor troostende en bemoedigende woorden, voor hulpverlening op elke manier.

In de komende tijd zal de een op de ander zijn aangewezen en waar de mensen elkaar niet bijstaan zal de nood haast ondraaglijk lijken, tenzij ze zich tot Mij wenden, Die nooit een mens verlaat als hij Mij roept. En dat wil Ik alleen maar bereiken, dat de mensen een zo innige band met Mij aangaan dat ze zich nooit eenzaam en verlaten voelen, doch steeds hun Beschermer en Helper naast zich weten en zij dan ook de nood niet meer zo hard en bitter zullen voelen als diegene die nog ver van Mij afstaat. Elke nood is voor de mens, die tot Mij zijn toevlucht neemt, te verdragen. Maar u die Mij zult willen dienen, zult als tussenpersoon tussen Mij en die anderen werkzaam kunnen zijn. U zult hun de weg kunnen wijzen vrij van nood te zijn en als u dit in liefde doet zult u ook resultaat hebben.

U mensen, verhard uw harten niet, ga niet aan de nood van uw medemensen voorbij. Kijk om u heen en u zult veel nood zien en uw hulp zal steeds als weldadig worden ondervonden. Maar u allen zult kunnen helpen, want de ware hulp bestaat in liefdevolle gedachten, liefdevolle woorden en in werken die de liefde u zegt te doen. De ware erbarmensvolle liefde tot de medemens die in nood is, zal u ook altijd middelen en wegen laten vinden om hun nood te verzachten. En vaak is geestelijk toespreken van grotere waarde dan aardse hulpverlening, want daardoor opent u voor Mij de deur van hun hart en kan Ik pas zelf eens bij hen binnenkomen. Dan zullen ze ook getroost zijn en hun kruis graag dragen ter wille van hun zielen, en dan is hun nood zegenrijk geweest, dan hebben ze de Vader teruggevonden, Ik heb hen voor eeuwig gewonnen.

Amen

Übersetzer
Übersetzt durch: Gerard F. Kotte