Kundgabe mit Übersetzung vergleichen

Weitere Übersetzungen:

Ausmaß des Zerstörungswerkes....

In welchem Ausmaß der Zerstörungsakt im Willen Gottes vor sich gehen wird, davon könnet ihr Menschen euch noch keine Vorstellung machen, denn es wird alles übertroffen, was je gewesen ist. Länder und Meere werden sich verändern, Flüsse werden aus den Ufern treten und so Bilder geschaffen werden, daß die Menschen sich in andere Gegenden versetzt glauben und dadurch schon ein unbeschreibliches Chaos entsteht, weil die Menschen einander nicht mehr finden. Ohne Ruhe werden sie umherirren, bis sich willensstarke Menschen finden, die Ordnung zu schaffen suchen, und sich der schwachen Menschen annehmen. Es wird die Not so groß sein, daß nur allein Liebe sie ertragen läßt, und wo einer für den anderen tätig ist, wird auch bald Erleichterung und Hilfe zu spüren sein, die ihnen sichtlich von oben zuteil wird. Wer sich nun an Gott wendet und Ihn im Herzen anrufet, dem wird geholfen werden, denn nun zeigt Sich Gott mit Seiner Liebe und Allmacht so deutlich, daß es den Schwachgläubigen leicht wird, einen festen Glauben zu erlangen, und diese Zeit ist für den Ungläubigen eine Gnadenzeit, wo er sich noch leicht wandeln kann angesichts der Erscheinungen, die in der Kraft des Glaubens begründet sind.

Diese Erscheinungen werden allen zu denken geben, doch nur allein der Glaubenswillige wird seinen Nutzen daraus ziehen, während die anderen stets nur von Zufall sprechen und verbittert der großen Not gegenüberstehen, einen Schöpfer ablehnen oder Sein Handeln verurteilen. Die Größe des Unglücks kann sie nicht zur Besinnung bringen, alles suchen sie sich natürlich zu erklären, und geistige Zusammenhänge lehnen sie gänzlich ab. Sie bleiben auch hart und gefühllos dem Erleben des Mitmenschen gegenüber und scheuen sich nicht, sich selbst die Lage zu verbessern auf Kosten der Mitmenschen, die zu schwach sind, sich zu wehren. Not wird überall sein, wo Gott gesprochen hat, und sprechen wird Er dort, wo größte geistige Not ist, auf daß die Überlebenden ein Warnzeichen erhalten, damit die Zeit bis zum Ende genützet werden kann und auch die Menschen der nicht betroffenen Länder zur Besinnung kommen angesichts der Katastrophe, die zu gewaltig ist, um außer acht gelassen werden zu können. Denn es wird die gesamte Menschheit von Angst erfaßt werden, daß sich die Naturkatastrophe wiederholt und eine völlige Zerstörung der Erde zur Folge haben könnte. Diese wird zwar kommen, jedoch nicht unmittelbar nach der Naturkatastrophe. Die Angst davor aber ist heilsam für viele, wird doch der Gedanke an ein plötzliches Ableben und an das Leben nach dem Tode in vielen Menschen rege und kann einen Wandel der Lebensführung zeitigen. Die Welt wird helfend eingreifen wollen, doch in dem Ausmaß es nicht können, wie Hilfe erforderlich wäre. Dennoch wird jeder liebe- und hilfswillige Mensch von Gott gesegnet sein, denn die große Not kommt darum über die Menschen, daß sie ihre Herzen erweichen und ihrer eigentlichen Aufgabe gerecht werden, daß sie in Liebe wirken auf Erden, um die Seelenreife zu erlangen. Solange die Menschen nur sich selbst versorgen, stehen sie in der Eigenliebe und schreiten geistig nicht vorwärts. Die Not der Mitmenschen aber kann ihre Liebetätigkeit rege werden lassen, und dann erfüllen sie den Willen Gottes und also ihre Erdenaufgabe.... Dann ist auch die größte Not von Segen, und sie erfüllet ihren Zweck....

Amen

Übersetzer
Dies ist eine Originalkundgabe von Bertha Dudde

Omvang van het vernietigingswerk

In welke omvang de daad van verwoesting volgens de wil van God zal plaatsvinden, daar zult u mensen u nog geen voorstelling van kunnen maken. Want het zal alles wat ooit geweest is overtreffen. Landen en zeeën zullen veranderen. Rivieren zullen buiten hun oevers treden. En zo zullen taferelen geschapen worden, dat de mensen menen in andere streken te zijn verplaatst. En daardoor ontstaat er al een onbeschrijfelijke chaos, omdat de mensen de weg naar elkaar niet meer vinden. Rusteloos zullen ze ronddolen tot er wilskrachtige mensen te vinden zijn die proberen orde te scheppen en die zich bekommeren om de zwakke mensen. De nood zal zo groot zijn dat alleen liefde ze doet uithouden. En waar de een voor de ander werkzaam is, zal ook spoedig verlichting en hulp te merken zijn die hun duidelijk van boven ten deel valt.

Wie zich nu tot God zal wenden en Hem in zijn hart aanroept, zal worden geholpen. Want nu laat God zich zien met Zijn liefde en almacht, zo duidelijk dat het de zwakgelovige gemakkelijk wordt een vast geloof te verkrijgen. En deze tijd is voor de ongelovige een tijd van genade waarin hij nog gemakkelijk kan veranderen bij het zien van de verschijnselen die gebaseerd zijn op de kracht van het geloof.

Deze verschijnselen zullen allen te denken geven. Maar alleen hij die gewillig is te geloven zal zijn voordeel daaruit trekken, terwijl de anderen steeds alleen van toeval spreken en verbitterd tegenover de grote nood staan, een Schepper verwerpen of Zijn handelen veroordelen. De omvang van de ramp kan hen niet tot bezinning brengen. Ze proberen voor zichzelf alles natuurlijk te verklaren en geestelijke verbanden wijzen ze totaal af. Ze blijven ook hard en gevoelloos tegenover dat wat de medemens meemaakt en ze schrikken er niet voor terug voor zichzelf de situatie te verbeteren ten koste van de medemensen die te zwak zijn zich te verweren.

Overal zal er nood zijn, waar God heeft gesproken. En spreken zal Hij daar waar de grootste geestelijke nood is opdat de overlevenden een waarschuwingsteken ontvangen, opdat de tijd tot aan het einde toe benut kan worden en ook de mensen van de niet getroffen landen tot bezinning komen bij het zien van de catastrofe die te geweldig is om buiten beschouwing te kunnen worden gelaten. Want de gehele mensheid zal bevangen worden door angst dat de natuurcatastrofe zich herhaalt en een algehele verwoesting van de aarde tot gevolg zou kunnen hebben. Deze zal weliswaar komen, echter niet onmiddellijk na de natuurcatastrofe.

Maar de angst hiervoor is heilzaam voor vele. Want de gedachte aan een plotseling sterven en aan het leven na de dood zal in veel mensen opkomen en kan een verandering van de leefwijze tot gevolg hebben. De wereld zal helpend willen ingrijpen, maar het niet kunnen in die mate, zoals hulp noodzakelijk zou zijn. Toch zal ieder die bereid is liefde en hulp te geven, door God gezegend zijn. Want de grote nood komt over de mensen, opdat zij hun harten vertederen en aan hun eigenlijke taak beantwoorden: dat ze in liefde op aarde werkzaam zijn om de rijpheid van de ziel te verkrijgen. Zolang de mensen in de eigenliefde leven en alleen maar voor zichzelf zorgen, gaan ze geestelijk niet vooruit. Maar de nood van de medemensen kan bij hen hun werkzaam zijn in liefde actief laten worden. En dan vervullen ze de wil van God en dus hun taak op aarde. Dan is ook de grootste nood tot zegen en zal ze aan haar doel beantwoorden.

Amen

Übersetzer
Übersetzt durch: Gerard F. Kotte