• Zurück

Gebet um Gnade und Kraft....

So ihr euch innig an Mich wendet um Zuleitung von Kraft und Gnade, empfanget ihr auch solche ungemessen, wenn auch zuweilen nicht als sofortige Hilfe erkennbar, weil Gnade und Kraft die Seele mehr berührt als den Körper. Es kann der Mensch als solcher noch Drangsalen ausgesetzt sein, die aber die Seele nicht so hart empfindet, so daß der Mensch auch in größter Not ruhig und besonnen bleibt, weil seine Seele stark ist, und dennoch die körperliche Drangsal überwunden werden muß. Also nehme Ich nicht immer diese dem Menschen ab, gebe ihm aber die Kraft, zu tragen, was Ich ihm auferlege. Und er wird nichts so schwer empfinden wie ein Mensch ohne Glauben, der nicht Meine Kraftzuwendung begehrt und erbittet. Nicht das Unglück selbst macht die Größe dessen aus, sondern der Zustand des Menschen, der, so er kraftlos ist, jede Not doppelt schwer empfindet. Meine Gnade und Kraft aber steht euch Menschen ständig zur Verfügung, und so ihr euch ihrer bedienet, wird auch das schwerste Erdenleben für euch ertragbar sein und immer von Nutzen für eure Seele. Denn deren Hülle wird langsam aufgelöst, was Meine Kraft und Gnade bewirket.... Denn sowie sich der Mensch Mir anschließet, sowie er sich Mir verbindet durch sein Gebet um Kraft und Gnade, kann Ich Selbst Mich ihm mitteilen in Form von Kraftzufuhr, und im gleichen Maße, wie Ich an seiner Seele tätig sein kann, verringert sich sein materielles Streben.... Denn Meine Gnadenkraft drängt die Seele dem Geist in sich entgegen und von materiellen Gütern hinweg. Und darin kommt Meine Gnade und Kraft zur Auswirkung, daß sie den Menschen innerlich festigt, ihn von der Außenwelt löset und er Fühlung sucht mit dem Geist in sich und also geistigen Fortschritt erzielt, so er irdische Not mit Meiner Unterstützung, mit Zufuhr von Gnade und Kraft zu heben sucht. Niemals bleibt eine solche Bitte unerfüllt, niemals geht ein Mensch leer aus, der sich Mir mit dieser Bitte naht. Und er wird es auch stets erkennen, um wie vieles kraftvoller er ist nach innigem Gebet zu Mir, wenngleich die irdische Not noch nicht behoben ist. Doch diese bezwecket einerseits, daß der Mensch seine Schwäche und Kraftlosigkeit erkenne und sich Dem zuwende, Der sie beheben kann, wie sie aber andererseits auch den Glauben stärken soll, so offensichtlich Hilfe kommt nach innigem Anruf zu Mir. Eine Mir zustrebende Seele ziehet immer geistigen Vorteil aus der Not des Leibes, weil sie sich stets zu Mir flüchtet und jedes innige Gebet ihr Kraft und Gnade einträgt, die je nach ihrem Reifezustand nun zur Auswirkung kommt.... sichtbar und fühlbar auch für den Körper oder aber nur der Seele spürbar, wie es Meine Weisheit und Meine Liebe für zweckvoll erachtet. Doch ohne Kraft lasse Ich keinen, der sie von Mir erbittet.... Denn jede Bitte um geistiges Gut erhöre Ich und, so es euch zum Segen gereichet, auch die Bitten um irdische Hilfe. Und so werdet ihr auch in größter Not Mich spüren können, ihr werdet nicht mutlos und verzagt zu sein brauchen, so ihr euch vertrauensvoll Meiner Liebe und Gnade empfehlet, so ihr Meine Kraft in Anspruch nehmen wollet und dies durch innige Zwiesprache mit Mir bezeuget. Ich kenne alle eure Nöte, eure Schwächen und Zweifel, doch Ich will, daß ihr euch deren entäußert im Gebet zu Mir, auf daß ihr auch inne werdet, wenn jene durch Meine Liebe, durch Meine Kraft- und Gnadenzuwendung behoben wird.... auf daß ihr Mich erkennen lernet in allem, was euch berühret. Ich spreche durch die Not zu euch, wie Ich auch Mich zu erkennen gebe durch die Hilfe.... Und so ihr innig mit Mir verbunden bleibet, wird euch keine Not schrecken, und erscheinet sie noch so groß, weil euch jedes Maß von Kraft und Gnade zur Verfügung steht durch Meine Liebe. Ich betreue euch bis an euer Lebensende, leiblich und geistig, und so ihr dies ungezweifelt glaubet, wird jede Furcht einer großen Not gegenüber von euch fallen, denn ihr werdet sie überwinden jederzeit mit Meiner Gnade und mit Meiner Kraft....

Amen

Gebed om genade en kracht

Als u zich innig tot MIJ wendt om het toezenden van kracht en genade, ontvangt u deze ook onbeperkt, al is dit soms niet onmiddellijk duidelijk zichtbaar omdat genade en kracht de ziel meer beroeren dan het lichaam. De mens als zodanig kan nog aan kwellingen zijn blootgesteld, die de ziel echter niet zo onaangenaam ondergaat, zodat de mens ook in de grootste nood rustig en bezonnen blijft, omdat zijn ziel sterk is en de lichamelijke tegenspoed toch overwonnen moet worden. Dus neem IK deze niet steeds van hem af, maar geef hem de kracht te dragen wat IK hem opleg. En hij zal niets zo zwaar ervaren als een mens zonder geloof, die het toezenden van Mijn Kracht niet verlangt of afsmeekt. Niet de tegenspoed zelf maakt de grootte ervan uit, veeleer de toestand van de mens, die, als hij zonder kracht is, elke nood dubbel voelt.

Mijn Genade en Kracht staan u, mensen echter voortdurend ter beschikking en als u er zich van bedient, zal ook het zwaarste bestaan op aarde draaglijk voor u zijn en steeds tot voordeel van uw ziel. Want haar omhulling wordt langzaam opgelost, wat bewerkstelligd wordt door Mijn Kracht en Genade. Want zodra de mens zich bij MIJ aansluit, zodra hij zich met MIJ verbindt door zijn gebed om kracht en genade, kan IK Zelf ME tegenover hem uiten in de vorm van toezending van kracht, en in dezelfde mate als IK werkzaam kan zijn aan zijn ziel, vermindert zijn streven naar de materie. Want de Kracht van Mijn Genade drijft de ziel de Geest in zich tegemoet en weg van materiële goederen. En daarin doen zich Mijn Genade en Kracht gevoelen, dat ze de mens innerlijk stabiliseren, hem van de buitenwereld losmaken en hij contact zoekt met de Geest in zich en dus geestelijke vooruitgang boekt als hij met Mijn ondersteuning, door het toezenden van genade en kracht, tegen de aardse nood wil ingaan. Nooit blijft zo'n verzoek onvervuld, nooit vertrekt een mens met lege handen die MIJ met dit verzoek nadert. En hij zal het ook steeds beseffen hoeveel krachtiger hij is na 'n innig gebed tot MIJ, ofschoon de aardse nood nog niet is opgeheven. Maar deze heeft enerzijds tot doel dat de mens zijn zwakheid en krachteloosheid inziet en zich tot DIEGENE wendt, DIE ze kan opheffen, terwijl die echter anderzijds ook het geloof versterken moet wanneer er duidelijk zichtbaar hulp komt nadat IK innig ben aangeroepen.

Een ziel die op MIJ aanstuurt, trekt steeds geestelijk voordeel uit de nood van het lichaam, omdat ze steeds naar MIJ snelt en elk innig gebed haar kracht en genade oplevert, die al naar haar toestand van rijpheid zich nu doen gevoelen, zichtbaar en voelbaar ook voor het lichaam of alleen merkbaar voor de ziel, zoals Mijn Wijsheid en Mijn Liefde het voor doeltreffend houden. Maar IK laat niemand zonder kracht die haar van MIJ afsmeekt, want elk verzoek om geestelijk goed verhoor IK, en, als het u tot zegen strekt, ook de vragen om aardse hulp. En zo zult u MIJ ook in de grootste nood kunnen gewaarworden, u zult niet moedeloos of vreesachtig hoeven te zijn, als u zich vol vertrouwen aan Mijn Liefde en Genade overgeeft, als u beroep wilt doen op Mijn Kracht en dit door innige samenspraak met MIJ laat zien.

IK ken al uw noden, zwakheden en twijfels, maar IK wil dat u zich daarvan ontdoet in het gebed tot MIJ, opdat u ook gewaar wordt wanneer ze door Mijn Liefde, door het schenken van Mijn Kracht en Genade worden opgeheven, opdat u MIJ herkennen leert in alles wat u raakt. Want door de nood spreek ik tot u, zoals IK ME ook bekend maak door de hulp. En als u innig met MIJ verbonden blijft, zal geen nood u schrik aanjagen, al lijkt ze nog zo groot, omdat elke hoeveelheid kracht u ter beschikking staat door Mijn Liefde. IK draag zorg voor u tot aan het einde van uw leven, lichamelijk en geestelijk, en als u hier zonder te twijfelen aan gelooft, zal elke vrees (die u voelt) tegenover een grote nood van u afvallen, want u zult haar te allen tijde te boven komen met Mijn Genade en Mijn Kracht.

Amen