• Zurück

Verkörperte Lichtwesen.... Mission geistiger Führer....

Was mit Gott sich zusammenschließt, kann sich ewiglich nicht mehr von Ihm lösen.... Und also kann auch niemals ein Lichtwesen, das sich zum Zwecke einer Mission auf Erden verkörpert, von Ihm abfallen und den Kräften der Finsternis anheimfallen, sondern es wird stets und ständig Gott zustreben, wenngleich es auch auf Erden als Mensch allen Versuchungen unterworfen ist und den Gang der Entwicklung genau so zurücklegen muß wie jeder andere Mensch. Doch seine Seele verlangt nach Gott und wendet sich voller Abscheu vom Gegner Gottes ab. Es wird ein solcher Mensch von Grund aus gut sein und darum auch Fähigkeiten entwickeln, die ihn als Werkzeug Gottes erkenntlich machen. Er wird Kraftempfänger sein auf Erden und daher die Mitmenschen führen und belehren können, denn die Mission, die seinen Erdenlebenswandel veranlaßt hat, besteht darin, den Menschen auf Erden als geistiger Führer zu dienen. Die innige Verbindung des Menschen mit Gott, in der seine Seele schon vor dem Erdenleben stand, macht ihn zu einem ständigen Kraftempfänger, es treibt ihn zu seiner Lebensaufgabe, die er mit Freudigkeit und Hingabe an Gott pflichtgetreu erfüllt. Dennoch wird er hart bedrängt werden von Kräften der Finsternis, denn diese nehmen jede Gelegenheit wahr, um das Fleisch des Lichtträgers zu schwächen, um ihn zum Fall zu bringen; denn in ihrer Verblendung wissen sie nichts von den Lichtwesen, die dem auf Erden verkörperten Lichtwesen zur Seite stehen. Sie wissen auch nichts von der Kraft, die ihm selbst innewohnt, und von der tiefen Liebe zu Gott, die dem Menschen auch den ständigen Schutz Gottes einträgt. Sie sehen in ihm nur den Menschen, an dem sie ihre Verführungskünste zur Anwendung bringen können und den sie zu schwächen versuchen in jeder Weise. Doch er ist von Lichtwesen umgeben, und da er selbst empfänglich ist für jede Kraftausstrahlung aus der geistigen Welt, verfügt er auch über ein Maß von Kraft und Gnade, daß er jeder derartigen Versuchung widersteht.... Die geistige Not unter der Menschheit erfordert außergewöhnliche Hilfeleistung, und darum lässet Gott Seine Boten zur Erde niedersteigen, teils geistig wirkend, teils selbst als Mensch unter Menschen wandelnd, um veredelnd auf diese einzuwirken, und vor allem, um sie zu unterweisen, zu belehren dem göttlichen Willen gemäß. Diese werden aber wenig Gefallen finden an dem Erdenleben, denn die ewige Heimat zieht sie unaufhörlich wieder an sich. Doch die Mission müssen sie erst zu Ende führen, um derentwillen sie die Verkörperung als Mensch auf sich genommen haben. Denn in der Notzeit ist ihr Wirken für das Reich Gottes von größter Bedeutung.... Es erfordert ungewöhnliche Kraft und Ausdauer und einen völlig Gott-zugewandten Willen. Zudem sind in der Endzeit die Lebensbedingungen so schwer, daß die Menschen leicht versagen würden, so ihnen nicht Helfer und Berater zur Seite stehen, die ihre Kraft direkt von Gott beziehen, weil sie zutiefst Gott verbunden sind. Sie werden sehr segensreich wirken können auf der Erde und also auch gewissenhaft ihre Mission zu Ende führen, bis sie wieder in das geistige Reich eingehen können, bis sie wieder sich eng zusammenschließen mit Gott, von Dem sie jedoch niemals getrennt waren, wenngleich sie auf Erden dieser innigen Verbindung mit Gott sich nicht bewußt waren....

Amen

Belichaamde lichtwezens - Missie Geestelijke leiders

Wat zich met GOD verenigt, kan zich voor eeuwig niet meer van HEM scheiden. Daarom kan ook een lichtwezen dat zich ten behoeve van een missie op aarde belichaamt nooit meer van HEM afvallen en in de macht komen van de krachten der duisternis. Het zal alsmaar op GOD aansturen, ofschoon het ook op aarde als mens aan alle verzoekingen is blootgesteld en de ontwikkelingsgang af moet leggen als ieder ander mens. Maar zijn ziel verlangt naar GOD en keert zich vol afschuw af van de tegenstander van GOD.

Zo'n mens zal door en door goed zijn en daarom ook bekwaamheden ontwikkelen die hem aanmerken als een werktuig van GOD. Hij zal een ontvanger van kracht zijn op aarde en daarom de medemensen kunnen leiden en onderrichten. Want de missie, die de aanleiding is van zijn aards bestaan, is de mensen op aarde als geestelijke leider te dienen. De innige verbinding van die mens met GOD die zijn ziel reeds vóór het leven op aarde had, maakt hem tot een voortdurende ontvanger van kracht, het spoort hem aan tot zijn levensopdracht die hij met vreugde en overgave aan GOD ook plichtsgetrouw vervult. Toch zal hij erg in het nauw worden gebracht door de krachten der duisternis, want die nemen elke gelegenheid te baat om het vleselijke lichaam van de lichtdrager te verzwakken en hem ten val te brengen, want in hun verblinding weten zij niets over de hogere wezens die het op aarde belichaamde lichtwezen ter zijde staan. Zij weten ook niets van de kracht waarmee het innerlijk vervuld is en van de meest innige liefde tot GOD, die de mens ook de voortdurende bescherming van GOD verzekert. Zij zien in hem alleen maar de mens op wie zij hun verleidingskunsten kunnen toepassen, en die zij op elke mogelijke manier trachten te verzwakken. Maar hij is door lichtwezens omgeven, en omdat hij zelf ontvankelijk is voor elke uitstraling van kracht uit de geestelijke wereld, beschikt hij ook over zo'n mate van kracht en genade dat hij dergelijke verzoekingen weerstaat.

De geestelijke nood onder de mensheid vereist buitengewone hulpverlening en daarom laat GOD Zijn boden naar de aarde neerdalen, deels geestelijk werkend, deels zelf als mens onder de mensen levend om op hen in te werken en voor alles om hen te onderrichten overeenkomstig de goddelijke Wil. Zij zullen echter weinig genoegen vinden aan het aardse leven, want het eeuwige VADERLAND trekt hen onophoudelijk weer naar zich toe.

Maar zij moeten eerst de missie ten einde brengen terwille waarvan zij de belichaming als mens op zich hebben genomen, want in tijden van nood is hun werken voor GOD's rijk van het grootste belang. Het vereist buitengewone kracht en uithoudingsvermogen en een wil die geheel op GOD gericht is. Bovendien zijn in de eindtijd de levensomstandigheden zo moeilijk dat de mensen makkelijk zouden falen als hen geen helpers en raadgevers terzijde staan, die hun kracht direct van GOD betrekken, omdat zij geheel met HEM verbonden zijn.

Zij zullen zeer zegenrijk op de aarde kunnen werken en dus ook nauwgezet hun missie ten einde brengen, tot zij weer in het geestelijke rijk kunnen ingaan, tot zij zich weer nauw met GOD verenigen van WIE zij echter nooit gescheiden waren ofschoon zij zich op de aarde van deze verbinding met GOD niet bewust waren.

Amen