8336 Verandering tot liefde

23 november 1962: Boek 88

Al Mijn onderrichtingen komen dus alleen daarop neer, u mensen duidelijk te maken om welke reden u op aarde bent en welk doel het aardse bestaan voor u heeft. Alleen één ding zult u moeten weten, dat u geheel zonder liefde uw aardse bestaan begint en dat u zich tegen het einde veranderd zult moeten hebben tot liefde. Dat is alles wat Ik van u verlang. Maar het vereist uw vrije wil. U zult zelf deze verandering tot liefde moeten willen. Al het andere wil Ik nu doen, terwijl Ik dus eerst de wil zo tracht te beïnvloeden, dat die zich naar Mij keert.

Dan zal Ik u van kracht voorzien om ook de wil te kunnen realiseren. En daar de verandering tot liefde het eerste en het laatste doel van ieder mens moet zijn, is er in uw hart een vonk van liefde gelegd, vanuit Mij. En u bent nu niet meer onbekwaam u te veranderen. Maar u zult voortdurend moeten worden aangemaand en aangespoord. En dit nu moet door Mijn aanspreken tot stand worden gebracht. Door Mijn Woord dat u Mijn Liefde doet toekomen, welke vurig verlangt naar uw terugkeer naar Mij.

Zolang u zonder liefde bent, bezit u ook geen enkel inzicht. U weet niets over uw oorsprong, over uw toestand van weleer, waarin u onuitsprekelijk gelukzalig was. U weet niet dat u zelf deze gelukzaligheid had verspeeld door uw opstand tegen Mij. Dat u dus uw wezen geheel veranderde in het tegendeel. Dat u uw liefde weggaf en elke bestraling door Liefde van Mijn kant afwees en daarom in een ongelukkige toestand terecht kwam.

Maar pas wanneer u dit weten weer bezit, komt u dichter bij de vroegere staat van volmaaktheid. Want een dergelijk weten zal altijd het gevolg zijn van een leven in liefde en kan zonder liefde nooit worden verkregen. Dat weten zal u echter ook gelukkig maken. Want u onderkent nu ook Mij Zelf, uw God en Schepper. En u weet dat u met Mij in verband staat, dat u de Liefde van uw God en Schepper bezit en daarom ook van Mij steeds weer Liefde zult mogen ontvangen als u zelf u uitspreekt bereidwillig te zijn deze aan te nemen.

Mijn Woord schenkt u dus dit weten. En daarom is het waarlijk een genadegave van onmetelijke waarde, omdat het tegelijkertijd een bewijs is van Mijn bestaan, dat volledig liefdeloze mensen willen loochenen, omdat ze helemaal zonder enig inzicht zijn als gevolg van een liefdeloze levenswandel. Maar het geloof in Mij is voor de mens al een gelukkig makende stap vooruit. Want in Mij te kunnen geloven, stelt ook een graad van liefde voorop. En dan is ook het bewijs gegeven, dat u zich op de terugweg naar Mij bevindt, wanneer dit levendige geloof in u is.

Het gaat Mij er alleen om, dat u tijdens uw leven op aarde uit de duisternis van geest naar buiten treedt, in het licht. Dat u inzicht verkrijgt, al is het nog zo gering, een waarheidsgetrouw weten. Want dan is er een licht van liefde in u ontstoken, dat steeds helderder zal opvlammen, wanneer de liefde in u toeneemt. Maar zolang het niet mogelijk is u aan te sporen om werkzaam te zijn in liefde uit eigen aandrang, zolang u Mijn Woord niet vrijwillig aanneemt en het naleeft, zolang blijft het ook duister in u. Dan is uw terugkeer naar Mij tijdens het leven op aarde onzeker, zo niet helemaal zonder hoop.

Mijn Liefde wendt waarlijk alle middelen aan om u naar het licht te leiden. En ze zal u daarom steeds weer gelegenheden verschaffen, waarbij de liefde in u kan ontvlammen. Waar dus de vonk van liefde die in u is gelegd, opvlamt, en u van binnen uit aanspoort om in liefde te werken. En verweert u zich niet innerlijk, luistert u naar deze zachte aanmaning in u, naar de uiting van uw geweten, dan gaat u ook zeker het licht van de dag tegemoet. Want het zal de liefde steeds vaker worden toegelaten werkzaam te zijn. U zult er zelf diepe vreugde in vinden, de medemensen te helpen in elke nood. Want alleen de gevende, onzelfzuchtige liefde die gelukkig wil maken, is te verstaan onder de liefde die Ik van u vraag, opdat u zich voltooit.

Ik kan dus alleen uw gedachten beïnvloeden, opdat uw wil zich juist zal richten, en u steeds weer mogelijkheden verschaffen, uw wil tot daad te laten worden. En Ik kan u steeds alleen liefde prediken. En vervult u nu Mijn wil, dan zult u ook nog op aarde tot het helderste inzicht komen. En wanneer uw leven op aarde is beëindigd, zult u waarlijk met rijke schatten het rijk hierna binnen kunnen gaan. Maar wekt u nooit de geest van liefde tot leven, dan zult u in geestelijke duisternis verblijven en uw aardse leven zal nutteloos zijn, maar altijd door eigen schuld. Want van Mij uit wordt alles gedaan, opdat u uit uw ongelukkige toestand een uitweg vindt. Uw vrije wil beslist evenwel en daarom zult u zich er eens voor moeten verantwoorden, hoe u deze wil hebt gericht en gebruikt.

Amen

Vertaald door: Gerard F. Kotte

Deze openbaring is opgenomen in het volgende themaboekje:
Themaboekje Titel Downloaden
102 De stem van het geweten De stille maner in u ePub   PDF   Kindle  

Downloads

Download-aanbod voor boek _book
 ePub  
 Kindle  
  Meer downloads

Deze openbaring

 als MP3 downloaden  
Afdrukvoorbeeld
 Kladschriften