• Terug

Wat was het lichaam van Jezus?

Voor Mij, als uw God en Schepper, is niets onmogelijk. Wat Ik wil, dat gebeurt. En wat Ik wil scheppen, staat al als verwezenlijkte gedachte voor Me. Mij zijn geen grenzen gesteld, noch in ideeën noch in uitgevoerde werken, of ze nu geestelijke dan wel aardse substantie zijn. Want van oorsprong is alles geestelijks, om het even of u aardse of geestelijke scheppingen voor ogen staan.

Hoe echter deze geestelijke substantie in zichzelf geaard is, dat kan alleen Ik zelf beoordelen. Alleen Ik weet of het eens van Mij afgevallene geestelijks is dat hard geworden is tot vaste materie, of dat geestelijke kracht door Mij rechtstreeks is uitgestraald en vorm heeft aangenomen volgens mijn wil. Want elke kracht kan Ik veranderen of vormen tot scheppingswerken van allerlei aard.

Ik kan ook de door Mij rechtstreeks uitgestraalde kracht de karakteristieke eigenschappen geven die het eens zondig geworden geestelijke aankleven wanneer de uitgestraalde kracht als laatste vorm als menselijk lichaam een ziel in zich draagt ten behoeve van haar vervolmaking. Een door Mij voortgebracht lichaam dat geen zondig geworden geestelijks is, kan zich door mijn wil in een toestand van zwakte bevinden of kenmerken in zich hebben die elk ander lichaam aankleven, wanneer dit een bepaald doel dient. Alles ligt besloten in mijn wil en mijn macht. Maar steeds zal al het reine, al het goddelijke, beïnvloed worden en in benauwenissen geraken door de band met de wereld, met de materie die onrein geestelijks is. En daar het bij het verlossingswerk van Jezus om een uitermate belangrijke missie ging, waren de onzuivere vijandige krachten in het bijzonder bezig om op het zuivere goddelijke, de buitenkant van Jezus, in te werken. Want deze goddelijk-geestelijke uitstraling van kracht die als Zijn lichaam was te beschouwen, werd niet zodanig werkzaam dat ze al het vijandelijke vernietigde of zijn werkzaam zijn verhinderde, maar het volstond op dezelfde wijze als elke andere lichamelijke buitenkant, weerstand te bieden, het haar kwellende geestelijke tot bedaren te brengen en dus dezelfde strijd te voeren tegen alle verzoekingen. Want de mens Jezus wilde de medemensen het leven voorleven dat ze allen moesten leiden om van de krachten der duisternis vrij te worden.

Maar dat het lichaam van Jezus aardse materie was, valt niet te ontkennen. Maar deze aardse materie was het werk van mijn liefde, wijsheid en macht. Het was geen gevallen geest aan wie deze substantie was ontnomen, maar van Mij uitgegane kracht, die zich door mijn wil had verdicht tot een vorm, maar die geenszins minder harde eisen stelde aan de mens Jezus. Want zodra er kracht uit Mij naar de aarde komt, waar dus volmaakt geestelijks in het rijk van Mijn tegenstander komt, wordt dit volmaakte in het nauw gebracht door onrijpe geestelijke substanties. En al deze substanties moesten verlost worden - substanties die zich aan de ziel van Jezus vastklampten en ook het lichaam als het ware in bezit namen, dat nu moest strijden om niet het onderspit te delven, maar ook niet bovennatuurlijk zijn kracht mocht gebruiken, omdat het de mensen als voorbeeld moest dienen, om welke reden er aan de mens Jezus geen voordeel door buitengewone kracht was gegeven.

Hij moest als mens geaard zijn, zoals alle andere mensen. En ook de omstandigheid dat Zijn lichaam een voortbrengsel van Mijn kracht was, leverde Hem geen voordeel op in Zijn streven naar vergoddelijking. Het was voor Zijn ziel alleen maar een keten die haar eindeloos kwelde, omdat de ziel uit de vrijheid en het helderste licht kwam en in de duisternis verblijf moest nemen. En deze duisternis overviel ook het lichaam en bereidde het kwellingen, welke de ziel voelde en welke het lichaam toch niet bespaard konden blijven. Want als gevolg van Zijn liefde zag Jezus alle samenhang in en berustte Hij in Zijn noodlot dat Hij precies voorzag en waardoor Hij al onbeschrijfelijke kwellingen moest verdragen.

De totale vergoddelijking echter kon alleen tot stand worden gebracht door buitengewoon lijden en een overmaat van liefde. En daartoe droeg alleen al het verblijf van een zuiver lichaam zonder zonden en een ziel uit het rijk van het licht in het gebied van de vorst der duisternis bij, omdat ze zich voortdurend teweer moesten stellen tegen hem en zijn krachten, die alles probeerden om ook het lichaam tot zonde te verleiden, om ook de mens Jezus in schuld te storten, wat hem echter niet lukte.

Maar de strijd was zwaar en toch heeft de mens Jezus deze doorstaan en ook alle mensen het bewijs geleverd dat ze door de liefde ook de kracht verwerven om weerstand te bieden aan alle verzoekingen van de kant van de tegenstander. Bovendien heeft Hij door Zijn kruisdood ook voor alle mensen de genade van een versterkte wil verworven, zodat het ook voor alle mensen mogelijk is vrij te worden uit de keten van hun gevangenbewaarder. Dat ze niet aan de tegenstander zijn uitgeleverd, maar in Jezus Christus een Helper hebben, aan Wie ze zich kunnen toevertrouwen en Die hen toch begrijpt als mens en ze waarlijk aan de macht van de tegenstander zal ontrukken wanneer ze Hem daarom vragen. Want Hij weet hoe deze uw lichaam in het nauw brengt om uw ziel te verhinderen rijp te worden.

Hij weet dat de strijd in het leven op aarde zwaar is, omdat het lichaam nog een deel van de tegenstander is en deze het niet vrij wil geven. Maar Jezus heeft voor u het offer aan het kruis gebracht, opdat u vrij zult kunnen worden. Hij heeft u verlost door Zijn bloed, opdat u vrij zult worden van alle zonden.

Amen

Qu'était le Corps de Jésus ?

Pour votre Dieu et Créateur rien n’est impossible, ce que Je veux se produit, et ce que Je veux créer est déjà devant Moi en tant que Pensée accomplie. À Moi il n’est pas posé de limites, ni en ce qui concerne les Idées ni dans l’exécution des Œuvres, qu’elles soient de substance spirituelle ou terrestre. Parce qu'au fond tout est spirituel, peu importe si devant vos yeux il y a des Créations terrestres ou spirituelles. Mais comment cette substance est constituée en elle-même, Moi Seul peux en juger. Moi Seul sait si c’est du spirituel autrefois tombé de Moi et qui s'est durci en matière solide, ou bien si c’est une Force spirituelle rayonnée directement de Moi qui a assumé une forme selon Ma Volonté. Parce que Je peux changer et former chaque Force en Œuvres de Création de toutes sortes. Je peux même donner à la Force directement rayonnée de Moi les caractéristiques qui sont attachées au spirituel autrefois devenu impie lorsque comme dernière forme, comme corps humain, il reçoit en lui une âme dans le but de son perfectionnement. Un corps engendré par Moi à partir de substances spirituelles non coupables peut se trouver dans un état de faiblesse par Ma Volonté ou bien avoir en lui des caractéristiques qui sont attachées à tout autre corps, si elles servent à un but déterminé. Tout est dans Ma Volonté et dans Ma Puissance. Mais tout ce qui est pur, divin, sera toujours influencé par le lien avec le monde, par la matière qui est du spirituel impur et qui subit des oppressions, et vu qu’avec l'Œuvre de Libération de Jésus il s'agissait d'une Mission outre mesure importante, les forces adverses impures étaient particulièrement à l'œuvre pour agir sur le purement divin, la Forme extérieure de Jésus, parce que ce Rayonnement de Force divine-spirituelle, et c’est ainsi que Son Corps doit être considéré, n'est pas devenu efficace en détruisant tout ce qui était contraire ou bien en l’empêchant dans son action, mais il se contentait de la même manière que tout autre forme extérieure corporelle de prêter résistance, d’adoucir le spirituel qui l'opprimait et donc de mener la même lutte contre toutes les attaques, parce que l'Homme Jésus voulait vivre une vie d'exemple pour le prochain, que tous devrait mener pour se libérer des forces de l'obscurité. Mais le fait que le Corps de Jésus était matière terrestre ne peut pas être nié, mais cette matière terrestre était l’Œuvre de Mon Amour, de Ma Sagesse et de Ma Puissance, cette substance ne provenait pas d’un esprit tombé, mais d’une Force procédée de Moi, qui était condensée à travers Ma Volonté dans une Forme, néanmoins les exigences qui étaient imposées à l’Homme Jésus n’étaient en rien moins dures parce que dès que Ma Force arrive sur la Terre, c’est-à-dire dès que du spirituel parfait arrive dans le règne de Mon adversaire, ce spirituel parfait est opprimé par des substances non-spirituelles, et toutes ces substances qui s'agrippaient à l'Âme de Jésus, devaient être rachetées et elles prenaient vite possession du Corps qui maintenant devait combattre pour ne pas succomber, mais il ne devait pas employer Sa Force surhumaine, parce qu’il devait servir d’exemple pour les hommes et donc à l'Homme Jésus il n'était concédé aucun avantage du fait de sa Force inhabituelle. En tant qu’Homme Il devait Être constitué comme tous les autres hommes et le fait que Son Corps Était un produit de Ma Force, ne lui procurait aucun avantage pour tendre à la Divinisation. Pour Son Âme c’était seulement une chaîne qui la tourmentait infiniment, parce que l'Âme provenait de la Liberté et de la Lumière la plus claire, et devait prendre demeure dans l'obscurité. Et cette obscurité assaillait le Corps et lui préparait des tourments que l'Âme percevait et qui ne pouvaient de toute façon pas être épargnés au Corps. Parce que Jésus suite à Son Amour reconnaissait toutes les liaisons et il s'est soumis à Son Destin qu'Il prévoyait précisément et déjà pour cela il devait tolérer d’indescriptibles tourments. Néanmoins la Divinisation pouvait être procurée seulement par des souffrances extraordinaires et une très grande mesure d'Amour. Et à cela contribuait déjà seulement un Corps pur, sans péché et une Âme du Règne de la Lumière dans le royaume du prince de l'obscurité, parce qu'il devait constamment se défendre contre lui et ses forces qui tentaient tout pour séduire le Corps au péché, pour faire tomber dans la faute l'Homme Jésus, chose que cependant il n’a pas réussie. Mais la lutte était difficile, et malgré cela l'Homme Jésus l'a dépassée et a donné à tous les hommes la preuve qu’au travers de l'amour on peut conquérir la Force pour prêter résistance à toutes les attaques de la part de l'adversaire, et en outre à travers Sa mort sur la Croix il a conquis aussi pour tous les hommes une volonté fortifiée, de sorte qu’il soit possible pour tous les hommes qui veulent sortir des mains de l'adversaire de se libérer des chaînes de leur geôlier, car ils ont en Jésus Christ un Aide auquel ils peuvent se confier et qui en tant qu’Homme les comprend bien et Il les arrachera vraiment du pouvoir de l’adversaire s'ils le Lui demandent. Parce qu'Il sait comment il opprime le corps pour empêcher le mûrissement de votre âme. Il sait que la lutte dans la vie terrestre est difficile, parce que le corps est encore une partie de l'adversaire et celui-ci ne veut pas le libérer, mais Jésus a porté le Sacrifice sur la Croix pour vous, pour que vous puissiez devenir libres, Il vous a rachetés avec Son Sang, pour que vous deveniez libres de tous les péchés.

Amen