Het was pas na mijn kruisdood mogelijk dat Ik mijn geest kon uitstorten, omdat tevoren geen mens in staat zou zijn geweest iets goddelijks in zich te dragen, daar de oerschuld van de tegenover God vijandige houding nog op de mensen drukte. Maar mijn geest is de uitstraling van Mij zelf. En nooit kon een mens die met schuld beladen was, ontvanger van deze uitstraling zijn, want er bestond een te diepe kloof tussen hem die schuldig was geworden, en Mij.
Maar Ik heb in de mens Jezus de verzoening tot stand gebracht voor die schuld. En ieder mens die mijn werk van verlossing aanneemt, kan nu ook zichzelf zo op orde brengen dat hij de aanstraling van mijn liefde weer kan ontvangen. En dat wil ook zeggen dat Ik zelf in de mens kan komen wonen en als teken van mijn aanwezigheid hem kan vervullen met mijn geest. Zijn denken en willen wordt nu geleid door de kracht van de geest. Hij kan niets verkeerds denken en willen zolang mijn geest werkzaam is in hem, want hij zal Mij geheel bewust in hem laten werken. Hij opent zich, doordat hij zich innig met Mij verbindt en Ik dus de straal van liefde in zijn hart kan neerlaten, die alles verlicht, die hem nu een weten schenkt in grootste duidelijkheid, zodat de mens uit de duisternis tot nu toe, naar buiten treedt en hij door mijn geest met alle waarheid bekend wordt gemaakt, zoals Ik het beloofd heb.
Aan deze daad van het uitgieten van de geest, dat bij mijn discipelen voor alle mensen zichtbaar gebeurde, moest de kruisdood voorafgaan. Mijn tegenstander moest eerst worden overwonnen, zodat hij niet meer de mensen onder dwang in de duisternis kon houden, maar hij diegenen de vrijheid moest geven die zich naar Mij keerden, die zich door Mij lieten verlossen, dat wil zeggen bewust mijn grote werk van erbarmen erkenden en daaraan wilden deelhebben.
Voor dezen dus was de dood - de grote geestelijke duisternis - overwonnen. Ze konden zichzelf gereed maken om opnamevaten te worden, in welke mijn geest kon uitstromen. Ze bevonden zich nu niet meer in een staat van verkeerd denken, ze herkenden de waarheid en - volledig bewust - streefden ze daar ook naar. Ze traden uit de toestand van algehele onwetendheid naar buiten, er viel hun licht ten deel. Mijn geest doorstroomde hen en ze zochten nu ook weer contact met Mij zelf, het geestvonkje in hen, dat als een deeltje van Mij in hen sluimerde, stuurde aan op de Vadergeest van eeuwigheid, met welke het onlosmakelijk verbonden was. Heel eenvoudig gezegd: de verbinding met Mij, die de wezens zelf eens vrijwillig hadden verbroken, was hersteld en een wezen dat weer met Mij, met het Licht van eeuwigheid was verbonden, moest nu ook met mijn licht doorstraald zijn en heel zijn denken kan nu alleen nog juist zijn. (Hij moet) de waarheid inzien en de mens moet deze waarheid nu ook uitdragen, omdat de geest hem ertoe aanzet de waarheid te verkondigen aan al zijn medemensen. En dat was ook de missie van mijn eerste discipelen die door de uitstorting van de geest ertoe in staat waren in de wereld erop uit te gaan en het evangelie aan alle volkeren te verkondigen. Ze moesten zelf in de waarheid staan om deze verder te kunnen geven. En ofschoon ze ook tijdens de jaren dat Ik onderricht gaf, door Mij zelf binnengeleid werden in de waarheid, zo moest toch eerst de uitstorting van mijn geest hieraan voorafgaan, opdat ze nu ook helder en duidelijk hun taak kenden en hen geen enkele onwetendheid meer kon bezwaren. Want nu waren ze door mijn geest, door Mij zelf onderricht, die bij hen bleef zoals Ik het beloofd had.
En zo zal ook mijn geest zich steeds weer uitgieten over mensen die Mij willen dienen, die zich gereed maken opnamevaten te worden, in welke mijn geest kan binnenstromen en die net als mijn eerste discipelen de medemensen de waarheid willen brengen, in het besef dat alleen de zuivere waarheid hun redding kan brengen in de grote geestelijke nood. En mijn geest zal werkzaam zijn in zulke mensen, opdat de duisternis verjaagd zal worden en zij, die Mij willen dienen en meehelpen bij de verlossing van de dwalende zielen, weer juist zullen denken. Geen mens kan geven wat hij niet bezit.
Maar Ik wil u, mijn dienaren, rijkelijk bedenken, opdat u weer zult kunnen uitdelen aan uw medemensen, die dringend ondersteuning nodig hebben omdat ze alleen de band met Mij niet aanknopen. Maar u die op de hoogte bent van alle samenhang, u zult ze opheldering kunnen verschaffen en hen toch nog ertoe brengen hun wil te veranderen. En u zult steeds overvloedig geestelijk goed kunnen ontvangen en altijd, wanneer u vragen stelt, zullen ze u beantwoord worden, zodat u aan het antwoord ook de Gever ervan zult kunnen herkennen, wat u nu zult moeten doorgeven. Want veel mensen en veel zielen in het rijk hierna zullen vragen en een juist antwoord wensen. En dit kunnen ze nu ook door u in ontvangst nemen, want Ik ben van alle gedachten op de hoogte die in de harten naar boven komen en Ik zal ieder mens in overeenstemming met zijn vraagstuk (bevattingsvermogen) bedenken.
En dat is mijn werkzaam zijn in u, het werkzaam zijn van mijn geest, dat de eerste discipelen bij zichzelf mochten ervaren na mijn hemelvaart. Ook hun moest steeds weer mijn liefde te hulp komen, want om de opdracht uit te voeren die Ik hun had gegeven was zeer veel kennis nodig. En nooit zouden ze deze opgave hebben kunnen uitvoeren zonder mijn duidelijke ondersteuning, want Ik onderrichtte hen voortdurend door de geest. En zo hoefden ze niet te vrezen, onbekwaam te zijn om onderwijzend werkzaam te zijn of een verkeerd geestelijk goed te verbreiden en ze konden nu hun ambt goed uitoefenen. Ze konden mijn evangelie verkondigen, zoals het mijn wil was.
En dezelfde taak stel Ik ook nu aan mijn laatste discipelen op deze aarde, dat ze de mensen de waarheid brengen die nu van Mij zelf uit kan gaan. Want de aarde bevindt zich in diepste duisternis. Dwaling en leugen zijn zo verbreid dat de mensen de ernstige wil moeten opbrengen om de weg naar de waarheid te vinden en deze dan ook te herkennen als zodanig. Ze kunnen echter alleen door de waarheid zalig worden, omdat ze Mij alleen leren herkennen en liefhebben wanneer hun zuivere waarheid over Mij en mijn wezen wordt gebracht. En dit weten, de zuivere waarheid, kan hun alleen maar door mijn geest worden overgebracht, maar ze wordt u ook overgebracht omdat Ik u liefheb en u alleen de innige band met Mij eveneens door liefde tot stand zult hoeven te brengen, om de geestvonk in u die met de Vadergeest van eeuwigheid onlosmakelijk verbonden is ertoe te brengen zich volledig te uiten. Dan kan Ik dus zelf tot u spreken en u verplaatsen in een staat van inzicht en u zult nu ook weten wat u zult moeten doen om uw doel - de vereniging met Mij - nog op aarde te bereiken. Want wanneer Ik zelf u onderricht, dan wordt u waarlijk juist onderwezen en u zult dan zeker ook uw taak op aarde vervullen en u veranderen tot liefde. U zult weer uw oerwezen aannemen en gelukzalig zijn zoals u het was in het allereerste begin.
Amen
VertalerSó depois da Minha crucificação é que fui capaz de derramar o Meu espírito, porque nenhum ser humano teria sido capaz de conter algo divino dentro de si antes, uma vez que a culpa original de se opor a Deus ainda pesava sobre as pessoas. O meu espírito, porém, é a emanação de Mim mesmo, e uma pessoa culpada nunca poderia ser o destinatário desta emanação, pois havia um abismo demasiado profundo entre a pessoa culpada e Mim. Mas fiz expiação por esta culpa no ser humano Jesus, e cada pessoa que aceita o Meu acto de Salvação pode agora também preparar-se de tal forma que possa receber novamente a Minha iluminação de amor, ou seja, que Eu próprio possa tomar morada no ser humano e, como sinal da Minha presença, enchê-lo com o Meu espírito.... Os seus pensamentos e intenções são agora determinados pela força do espírito, ele não pode pensar ou querer nada de errado enquanto o Meu espírito estiver activo nele.... Pois permite-me trabalhar nele com plena consciência, ele abre-se a si próprio unindo-se intimamente comigo e assim posso baixar o raio de luz do amor no seu coração que ilumina tudo.... o que agora lhe dá conhecimento com a mais brilhante clareza, para que o ser humano saia da escuridão anterior e seja introduzido a toda a verdade através do Meu espírito, como prometi. Este acto de efusão do espírito, que visivelmente teve lugar com os Meus discípulos para todas as pessoas, teve de ser precedido pela morte na cruz, o Meu adversário teve de ser derrotado de antemão para que não pudesse mais manter as pessoas na escuridão à força, mas que tivesse de dar liberdade àqueles que se voltaram para Mim, que se deixaram redimir por Mim, isto é, que conscientemente reconheceram a Minha grande obra de misericórdia e quiseram participar nela.... Para estes, portanto, a morte.... a grande escuridão espiritual.... tinha sido superada, eles foram capazes de se tornarem eles próprios. puderam preparar-se como recipientes nos quais o Meu espírito podia verter.... Já não estavam a pensar erroneamente, reconheceram a verdade e também lutaram por ela de forma totalmente consciente, emergiram do estado de completa falta de conhecimento, tornaram-se luz.... O meu espírito permeou-os e eles agora também se aproximaram de Mim mesmo novamente, a pequena centelha espiritual dentro deles, que tinha adormecido à medida que a Minha parte neles adormecera, lutou em direcção ao eterno Pai-Espírito com o qual estava indissoluvelmente ligado. Foi.... muito simplesmente colocado.... tinha restaurado a ligação comigo que os próprios seres tinham interrompido voluntariamente, e um ser que estava novamente unido comigo, Quem é a luz da eternidade, agora também tinha de ser permeado pela Minha luz, e todo o seu pensamento só pode estar certo. Ele deve reconhecer a verdade, e o ser humano deve agora também representar esta verdade, porque o espírito o impele a proclamar a verdade a todos os seus semelhantes.... E esta foi também a missão dos Meus primeiros discípulos que foram capacitados pela efusão do espírito a ir ao mundo e a proclamar o Evangelho a todas as nações. Eles próprios tiveram de conhecer a verdade para a poderem transmitir, e embora tenham sido introduzidos à verdade por Mim mesmo durante os Meus anos de ensino, tiveram contudo de ser precedidos pela efusão do Meu espírito, de modo que agora também eles conheciam a sua tarefa clara e brilhantemente e nenhuma ignorância os podia oprimir por mais tempo, pois agora foram ensinados por Mim mesmo através do Meu espírito, que permaneceu com eles como eu tinha prometido. E assim o Meu espírito irá derramar constantemente sobre as pessoas que Me querem servir, que se preparam como vasos para onde o Meu espírito pode fluir e que, como os Meus primeiros discípulos, querem trazer a verdade aos seus semelhantes na compreensão de que só a pura verdade lhes pode trazer salvação na grande adversidade espiritual.... E o Meu espírito trabalhará neles para que as trevas sejam expulsas e as pessoas voltem a pensar correctamente, que querem servir-Me e ajudar a redimir as almas em erro. Nenhum ser humano pode dar o que não possui.... Mas eu quero dar-vos, Meus servos, para que possais dar novamente aos vossos semelhantes que necessitam urgentemente de apoio porque não podem estabelecer um vínculo comigo por si mesmos.... Mas vós, que conheceis todas as correlações, podeis iluminá-las e ainda induzi-las a mudar a sua vontade. E poderá sempre receber um rico conhecimento espiritual, e sempre que fizer perguntas serão respondidas por si, para que também possa reconhecer na resposta o Doador do que deve agora passar.... Para muitas pessoas e muitas almas no reino do além perguntarão e desejarão a resposta certa.... E agora também o podem receber através de si, pois conheço todos os pensamentos que surgem no coração e considerarei cada pessoa de acordo com a sua tarefa (percepção). E isto é o Meu trabalho em vós.... o trabalho do Meu espírito que os primeiros discípulos tiveram a oportunidade de experimentar em si mesmos após a Minha ascensão. Uma e outra vez o Meu amor também teve de vir em seu auxílio, pois era necessário muito conhecimento para realizar a tarefa que lhes tinha dado, e eles nunca teriam sido capazes de realizar esta tarefa sem o Meu apoio óbvio, pois eu instruí-os constantemente através do espírito, e assim eles não precisam de temer ser incapazes de ensinar ou difundir conhecimentos espirituais errados, e agora eles eram capazes de administrar bem o seu ministério.... podiam proclamar o Meu Evangelho como se fosse a Minha vontade.... E também estabeleci a mesma tarefa para os Meus últimos discípulos nesta terra hoje, que eles trazem às pessoas a verdade que só pode vir de Mim mesmo. Porque a terra está na mais profunda escuridão, o erro e a mentira estão tão disseminados que as pessoas têm de reunir a vontade mais séria para encontrar a verdade e depois também reconhecê-la como tal. Mas eles só podem tornar-se felizes através da verdade, porque só aprendem a reconhecer e a amar-Me quando lhes é dada a verdade pura sobre Mim e a Minha natureza. E este conhecimento, a pura verdade, só lhes pode ser transmitido através do Meu espírito, mas também vos é transmitido porque vos amo e só precisais de estabelecer a ligação íntima comigo do mesmo modo, através do amor, para que a centelha espiritual em vós, que está indissoluvelmente unida ao Pai-Espírito desde a eternidade, se expresse.... Depois eu próprio poderei falar consigo e pô-lo num estado de realização, e agora também saberá o que tem de fazer para alcançar o seu objectivo.... a união com Me.... ainda na terra. Porque quando Eu mesmo vos instruir, então sereis verdadeiramente ensinados correctamente, e então certamente também cumprireis a vossa tarefa terrena e vos transformareis em amor, aceitareis de novo a vossa natureza original e sereis felizes como éreis no início...._>Ámen
Vertaler