Vergelijk Kundgabe met vertaling

Meer vertalingen:

Heeft de mens zich ontwikkeld of werd hij nieuw geschapen?

Er kunnen geen tegenstrijdigheden zijn in het geestelijke goed dat u door Mij zelf ontvangt en dat mijn geest u doet toekomen door hen die in mijn dienst staan. Die de opdracht hebben, de zuivere waarheid van Mij aan de medemensen door te geven en mijn woord uit te dragen dat u opheldering moet geven. Want Ik wil de geestelijke duisternis waarin de mensen wandelen, verlichten - vooral wanneer u zelf opheldering verlangt.

Het scheppingswerk aarde had eindeloze tijden nodig om te worden tot dat wat ze nu is, een scheppingswerk dat voor de mensheid de laatste voltooiing brengen moet. In deze eindeloos lange tijd zijn de in kleinste deeltjes opgeloste oergeesten door talloze scheppingswerken gegaan om zich steeds hoger te ontwikkelen. En het verstarde geestelijke kwam langzaam tot leven, zoals Ik het u al vaak geopenbaard heb. Het legde de eindeloos lange weg in de toestand van de gebonden wil af, dat wil zeggen: alle scheppingswerken volbrachten de bestemming die Ik ze had toegewezen. Geen van de gekluisterde wezens kon over zichzelf beslissen, zij ontwikkelden zich langzaam verder en er werden steeds nieuwe vormen geschapen voor iedere graad van rijpheid voor het opwaarts strevende geestelijke. De stenen-, planten- en dierenwereld was oneindig veelvoudig in haar vormen, en alle waren bezield door de partikeltjes van die gevallen oergeesten die zich steeds meer aaneensloten. Die tenslotte tot kleinere en grotere levende wezens werden die zich bij het verlaten der vormen weer verenigden, en uiteindelijk in vormen ingelijfd werden die reeds meer op de vorm van een mens leken.

Die gehele lange weg van ontwikkeling stond onder mijn wet, dat wil zeggen: volgens de wet der natuur speelden zich alle gebeurtenissen af in deze schepping, die door mijn wil was ontstaan. De oergeesten hadden door hun val in de diepte hun zelfbewustzijn verloren. Maar eenmaal zullen zij dat zelfbewustzijn terug ontvangen om zich in de laatste vorm, als mens, te kunnen belichamen en de weg van ontwikkeling ten einde te brengen. De laatste vormen in een toestand van gebonden wil werden daarom steeds "mensachtiger", maar zij bevonden zich nog niet in het stadium van het zelfbewustzijn. Zij handelden instinctief volgens mijn wil, ofschoon zij reeds functies konden uitoefenen welke op die van mensen geleken. Maar zij waren nog niet tot denken bekwaam, verstand en vrije wil ontbrak hun, en zo waren zij zich niet bewust van verantwoordelijkheid. Zij werden door geestelijke intelligenties tot hun doen gedreven, zoals alles wat een vorm heeft onder het gezag van geestelijke verzorgers staat, die mijn wil volgens de wetten der natuur op deze gekluisterde wezens overdragen. En de tijd kwam waarin de rijp geworden geesten de vrije wil teruggegeven kon worden, waardoor zij nu beproefd konden worden of zij weer tot Mij wilden terugkeren of bij mijn tegenstander wilden blijven. En voor deze oergeesten schiep Ik de vorm van de mens.

Mijn wil heeft alle scheppingswerken en in het bijzonder de steeds groter gevormde levende wezens laten ontstaan, doordat mijn gedachten tot vorm werden. Daarom waren deze levende wezens in de grootste verscheidenheid van vormen aanwezig. Maar elke vorm was anders. Er waren de meest verschillende soorten van allerlei aard die geen overeenkomst met elkaar hadden en zich steeds voortplantten maar steeds dezelfde schepsels bleven. Toen de vorm van mens nodig werd voor de eerste zo ver tot rijpheid gekomen oergeesten, schiep Ik weer een scheppingswerk dat waarlijk ook een meesterwerk in mijn gehele schepping was. Een wezen dat wonderbaarlijk samengesteld was en naar mijn wil geschapen om zijn opdracht op aarde te kunnen vervullen, dat Ik geschapen heb en dat zich niet uit de reeds aanwezige scheppingen ontwikkeld heeft. Want deze vorm zou een oergeest bergen, een door Mij eertijds voortgebracht wezen dat mijn "evenbeeld" is geweest en dit nu weer moest worden. En daarom moest het met verstand, vrije wil en zelfbewustzijn uitgerust zijn. En dat ontwikkelde zich niet langzaam uit de dierlijke wezens maar werd aan de vorm van de mens toegevoegd toen de oergeest bezit nam van die eerste vorm, en ook aan ieder mens als behorend bij zijn ziel, wanneer deze als "goddelijke adem" de mens bij zijn geboorte tot leven wekt.

De mensen planten zich dan wel voort volgens mijn wet van de natuur, maar zij zullen steeds dezelfde schepselen blijven zoals de eerste werkelijke mens Adam is geweest. Zij zullen niet in andere schepsels veranderen, want deze verandering zal steeds een daad zijn van de ziel, die Mij eerst nog weerstrevend kan zijn, maar in de tijd als mens tot hoogste voltooiing kan komen. Het menselijk lichaam echter zal blijven zoals Ik het geschapen heb, toen de ziel van Adam het in bezit nam. Weliswaar heeft het scheppen van de aarde met alles wat in, op en boven de aarde is en van alle dode en levende dingen een eindeloos lange tijd nodig gehad, maar voor het gevallen geestelijke was er als het ware aan de periode van opwaartse ontwikkeling een einde gekomen, toen alle deeltjes van een oergeest zich weer verzameld hadden en het laatste proces van de terugkeer tot Mij begon.

Want deze weg over de aarde als mens eiste van Mij ook een nieuw scheppingswerk, een vorm die aan alle eisen voldeed om de laatste proef in vrije wil te kunnen doorstaan. De mens kan zich dus als een bijzonder scheppingswerk van Mij beschouwen, want hij is het enige wezen op aarde dat begaafd is met onderscheidingsvermogen en een vrije wil als teken van zijn goddelijke afkomst. En daardoor is hij ook in staat een God en Schepper boven zich te erkennen die hem het leven gaf. Juist daarom kan hij ook de laatste voleinding op deze aarde bereiken, als zijn vrije wil dat ernstig nastreeft.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Gerard F. Kotte

L’homme s’est-il développé ou est-ce une création nouvelle ?

Il ne peut pas y avoir de contradictions dans le bien spirituel que vous recevez de Moi-même, que Mon esprit vous a communiqué, à vous qui êtes à Mon service, qui avez la mission de passer aux autres hommes la vérité pure venant de Moi, de diffuser Ma parole qui doit vous donner de la lumière. Car Je veux éclaircir les ténèbres spirituelles où cheminent les hommes et surtout quand c’est vous-mêmes qui désirez une explication.

A l’ouvrage de création « terre », il a fallu des périodes de temps infinies pour qu’il devienne ce qu’il est maintenant : … une création qui doit permettre à l’homme de gagner l’ultime perfection. Et pendant ce temps infiniment long, les esprits originels – désintégrés en particules élémentaires – ont passé par d’innombrables ouvrages de création afin de se développer de plus en plus haut. Lentement, le spirituel durci s’est vivifié (ainsi qu’il vous a déjà été annoncé plusieurs fois). Il a parcouru ce chemin dans un état guidé par la « loi d’il faut», c'est-à-dire que toutes les créations ont accompli le but et la destination que Je leur avais assignés…. Aucune des essences liées ne pouvait agir à son gré, mais elle mûrissait peu à peu.... Des formes ont été créées pour tous les degrés de maturation du spirituel aspirant à la hauteur ; les règnes des roches, des plantes et des animaux étaient chacun infiniment variés dans leurs formes ; et tous étaient animés par les particules de ces esprits originels déchus se rassemblant toujours plus pour devenir des êtres vivants plus ou moins grands qui, en abandonnant leurs formes, s’unissaient encore et toujours, et étaient engendrés dans des formes qui ressemblaient déjà beaucoup à la forme d’un homme.

Toute cette longue course de développement se déroulait sous Ma loi ; autrement dit : dans cette création, surgie par Ma volonté, tout se passait sous les lois naturelles. Les esprits originels, par leur chute dans la profondeur, avaient perdu la conscience de leur moi, mais un jour à venir, ils devraient regagner cette conscience, et s’incorporer dans la dernière forme – la forme humaine – pour accomplir le chemin du développement vers le haut. C’est pourquoi les dernières formes vivant dans l’état d’« il faut » ressemblaient de plus en plus à l’homme, tout en agissant toujours instinctivement, d’après Ma volonté.... même si elles exerçaient déjà des fonctions ressemblant à celles d’un homme.... Pourtant, elles n’étaient pas capables de penser, il leur manquait la raison et le libre arbitre, aussi n’étaient-elles pas conscientes d’une responsabilité, mais elles étaient poussées à leurs actions par des intelligences spirituelles, de même que tout spirituel encore lié à la forme était surveillé par des intelligences qui, pour ainsi dire, sous forme de lois naturelles, transmettaient Ma volonté à cet être primordial lié. Et puis, le temps est arrivé où le libre arbitre pouvait être restitué aux esprits originels mûris, libre arbitre qui les mettait en état de prouver s’ils voulaient retourner à Moi, ou rester auprès de Mon adversaire.... Et pour ces esprits originels J’ai créé la forme de l’homme....

Tous les ouvrages de création, et plus spécialement les êtres vivants de formes de plus en plus grandes, ont surgi par Ma volonté en transformant Mes pensées en formes.... Et c’est pourquoi ces êtres vivants étaient représentés dans les formes les plus variées, mais chaque forme se distinguait de l’autre.... Il y avait les genres les plus divers qui ne se ressemblaient pas, qui continuaient à se procréer en restant toujours le même genre de créatures.... Quand pour les premiers esprits originels suffisamment mûris il a fallu la forme de l’homme, J’ai extériorisé par Ma volonté un nouvel ouvrage de création qui a été, à la vérité, un ouvrage merveilleux de Mon entière création.... un être assemblé par un art superbe, créé d’après Ma volonté pour pouvoir accomplir sa tâche terrestre.... Je l’ai « créé », et il n’était pas une « évolution » issue des créations déjà existantes,.... à partir des êtres semblables à des hommes.... Car cette forme devait héberger un esprit originel, un être extériorisé jadis de Moi, qui a été Mon portrait et doit le redevenir.... Et c’est pourquoi il devait être muni d’intelligence, de libre arbitre et de conscience du moi, et ces qualités-là ne sont pas le fruit d’une évolution progressive depuis des êtres de nature animale, mais elles ont été données à la forme humaine dès le moment où l’esprit originel a pris possession de la première forme.... et à sa naissance elles seront toujours données à chaque homme et appartiendront à son âme au moment où celle-ci anime l’être humain en souffle divin....

Par la suite, les hommes se sont reproduits selon Ma loi naturelle ; mais ils resteront toujours les mêmes créatures telles que l’a été le premier homme, Adam. Ils ne se transformeront pas en d’autres créatures ; mais toute transformation future sera un acte de l’âme qui peut au début M’être encore opposée, cependant pendant sa phase d’homme elle peut atteindre l’ultime perfection.... Mais le corps humain restera tel que Je l’avais créé quand l’âme d’Adam en a pris possession.... En effet, l’acte de création de la terre (avec tous ce qui est dans, sur, et au-dessus d’elle ; avec toutes les créations mortes ou vivantes) a demandé un temps infiniment long, mais à partir du moment où toutes les particules d’un esprit originel se sont de nouveau rassemblées et que, pour le spirituel déchu, le dernier processus du retour à Moi a commencé, une phase du développement vers le haut a été en quelque sorte terminée....

Et pour cette voie terrestre de l’homme, il M’a fallu créer un nouvel ouvrage – une forme à la hauteur de toutes les exigences, pour être capable de réussir la dernière épreuve du libre arbitre. Et ainsi, l’homme peut donc se considérer comme une création spécifique de Ma part, car c’est le seul être sur cette terre qui est doué d’intelligence, de raison et de libre arbitre.... ce qui est le signe de l’origine divine d’un être qui est capable de reconnaître de ce fait un Dieu et Créateur au-dessus de lui Qui lui a donné la vie. Et à condition que son libre arbitre y aspire sérieusement, cet être peut atteindre sur cette terre l’ultime perfection....

Amen

Vertaler
Vertaald door: Jean-Marc Grillet