Het keerpunt in het leven van ieder afzonderlijk is gekomen, wanneer de mens zich bewust naar God toekeert. Wanneer hij Hem innerlijk erkent en met Hem in verbinding treedt, wanneer hij bidt in levend geloof in Hem. Dan heeft de ziel de weg van de terugkeer naar Hem bewust aanvaard en dan kan ze ook met zekerheid haar doel op aarde bereiken, dat ze verlost van haar vroegere schuld het rijk hierna kan binnengaan.
De mens moet zich dus alleen bewust naar God keren, niet alleen zekere formules of gebruiken hanteren of door lege woorden het geloof in God willen bewijzen. Want God waardeert alleen wat in het hart van de mens ontstaat, Hem misleiden noch woorden noch gebaren. Maar een gebed in geest en in waarheid bereikt Hem zeker en dan bekommert Hij zich ook om diegene die bewust verbinding met Hem zoekt.
De bewuste band met God is dus ook de geestelijke ommekeer in het leven van de enkeling, die des te succesvoller is, hoe eerder hij begint, maar hij betekent het slagen van de wilsproef die de mens voor zijn bestaan op aarde is gesteld. Voordien is zijn leven een leegloop, want de ziel verwerft niets in de tijd waarin de mens nog zonder God leeft. En zonder Hem leeft de mens zolang hij nog geen levend geloof bezit, want een schools weten over God dat de mens wordt overgebracht, is nog geen levend geloof.
Pas de bewuste overgave aan God zal zijn geloof bewijzen en vanaf dat ogenblik leeft ook de ziel op, dat wil zeggen haar denken, voelen en willen bewegen zich nu op het geestelijke vlak. De band met God is tot stand gebracht en Hij zelf bekommert zich nu ook om de ziel, omdat ze in vrije wil de weg naar Hem heeft gevonden. En weer moet worden benadrukt dat alleen de liefde zoiets teweegbrengt, dat de gedachten van een mens die in de liefde leeft, de juiste weg nemen, de weg naar de eeuwige Liefde, want Liefde spoort aan tot liefde, of ook: de eeuwige Liefde trekt de mens tot zich die zelf liefde beoefent. En in deze wordt ook het geloof levend, het denken van de mens zal zich richten op Hem Die hem heeft geschapen, Die hem nu vastpakt en niet meer zal laten terugvallen, omdat diens vrije wil actief werd, want zowel de liefde alsook het geloof bewijzen de op God gerichte wil en ze bewijzen derhalve ook de geslaagde wilsproef, ten behoeve waarvan de mens op aarde leeft.
Amen
VertalerIl punto di svolta nella vita di ogni singolo è avvenuto, quando l’uomo si rivolge coscientemente a Dio, quando Lo riconosce interiormente ed entra in contatto con Lui, quando prega Lui nella viva fede. Allora l’anima ha intrapreso la via del ritorno da Lui, ed allora può anche raggiungere con sicurezza la sua meta sulla Terra, affinché possa entrare nel Regno dell’aldilà liberata dalla sua colpa di una volta. L’uomo si deve quindi solamente rivolgere coscientemente a Dio, non soltanto svolgere certe formule o usanze o voler dimostrare la fede in Dio con parole vuote. Perché Dio valuta ciò che sorge nel cuore dell’uomo, non Lo ingannano né parole né gesti. Ma una preghiera nello Spirito e nella Verità Lo raggiunge certamente, ed allora Egli Si cura anche di colui che cerca coscientemente il legame con Lui.
Il cosciente rivolgersi a Dio è quindi anche la svolta spirituale che subentra per prima e che ha più successo nella vita del singolo. Ciò significa aver sostenuta la prova di volontà che è posta all’uomo per la sua esistenza terrena. Prima la sua vita è una corsa a vuoto, perché l’anima non conquista nulla nel tempo in cui l’uomo vive ancora senza Dio. E l’uomo vive senza di Lui, finché non possiede ancora nessuna fede viva, perché un sapere scolastico di Dio, che viene apportato agli uomini, non è ancora fede “viva”. Solo la cosciente dedizione dell’uomo a Dio dimostra la sua fede, e da quell’ora rivive anche la sua anima, cioè, il suo pensare, sentire e volere ora si muove su un livello spirituale, è stato stabilito il legame con Dio, ed Egli Stesso Si prende anche Cura di quest’anima, perché ha trovato Lui nella libera volontà.
E di nuovo deve essere sottolineato, che i pensieri di un uomo che vive nell’amore, prendono la giusta via, la via verso l’Eterno Amore, perché l’amore spinge verso l’Amore, oppure anche: l’Eterno Amore attira a Sé quell’uomo, perché egli stesso esercita l’amore. Ed in questo diventa anche viva la fede, ed il pensare dell’uomo si rivolge a Colui, Che lo ha creato, Che ora lo afferra e non lo lascia più ricadere, perché la sua libera volontà è diventata attiva; perché sia l’amore che anche la fede dimostrano la volontà rivolta a Dio e dimostrano con ciò la prova di volontà superata, per il qual scopo l’uomo vive sulla Terra.
Amen
Vertaler