• Terug

"Mij is gegeven alle macht in de hemel en op aarde"

"Mij is gegeven alle macht in de hemel en op aarde." Deze woorden kon Ik terecht zeggen toen Ik op aarde leefde. Want het was mijn Vader die in Mij was en die Mij deze macht gegeven had. Met wie Ik één geworden was en die Mij daarom geheel vervulde, zodat Hij zelf in Mij en door Mij werkte.

En deze macht behield Ik ook na mijn aardse leven, want alleen mijn aardse omhulsel was voor mijn hemelvaart iets menselijks. Alles wat zich in haar borg was God, die zich in Jezus Christus voor alle wezens zichtbaar maakte. En dus sprak de mens Jezus wel de woorden: "Mij is alle macht gegeven" - maar de Godheid in deze mens beschikte zelf over die macht.

Ik kon Mijzelf dus omschrijven als Degene die alle macht had in de hemel en op aarde, omdat er geen scheiding was tussen Mij, de eeuwige Geest van de Schepper, en Hem die Mij in zich had opgenomen. En deze macht zal Ik ook aan geen ander wezen buiten mijzelf overdragen, want zij behoort tot mijn Oerwezen dat in zich liefde, wijsheid en almacht is. Wie dit begrijpt weet ook dat dus alleen mijn wil regeert. Dat er dus alleen wezens met volmacht kunnen zijn die volgens mijn wil handelen of wezens die zich tegen mijn wil verzetten. Dat dus de eerst genoemden met Mij regeren, terwijl de laatst genoemden geregeerd moeten worden.

Ofschoon nu mijn wil en mijn macht in eeuwigheid niet zullen verminderen, zal Ik deze toch niet altijd gebruiken, maar Ik laat soms ook de Mij nog vijandige wil zijn gang gaan - maar steeds tot een bepaalde grens, om duidelijk te maken wiens macht onbegrensd is. Want alleen mijn macht waarborgt zowel het bestaan als de vooruitgang en de mogelijkheid volmaakt te worden, terwijl het vijandig werkzaam zijn een totale vernietiging zou betekenen als het niet op het juiste moment beëindigd zou worden.

Mij is dus de macht gegeven. Dat moet voor u mensen een aanwijzing zijn tot wie u zich moet wenden, wie u alles geven kan, aan wie u zich moet toevertrouwen als u een machtige Behoeder en Beschermer nodig heeft. Niet de "verre" God zal u deze hulp geven maar alleen Hij die als goddelijke Verlosser Jezus Christus de volle macht heeft - omdat zich in Hem de eeuwige Godheid, de Geest van de oneindigheid belichaamde en omdat u met God pas in verbinding treedt door Jezus Christus. Alleen omdat u Mijzelf pas erkent als u Mij in Jezus Christus aanroept, omdat er buiten Jezus Christus geen God is die machtiger zou zijn dan Hij.

En zo is er ook maar Een die in het hele heelal regeert en aan wie alle scheppingen onderworpen zijn, en in wiens opdracht ontelbare wezens deze scheppingen verzorgen en die alles tot stand brengt volgens Zijn eeuwig heilsplan. Van Mijzelf ontvangen zij mijn aanwijzingen, door Mijzelf zijn zij uitgerust met de voor hun opdracht benodigde kracht en door Mijzelf wordt alles zo geleid dat het overeenkomt met mijn liefde en wijsheid.

En geen wezen aan wie het onderhouden en verzorgen van vele scheppingen is opgedragen zal zich tegen mijn wil verzetten. Want mijn wil doorstroomt hen omdat het volmaakte wezens zijn die door mijn wil doorgloeid, door mijn wijsheid doorstraald en met mijn kracht vervuld zijn - en daarom steeds alleen uitvoerders van mijn wil zijn.

Waar zich echter mijn wil tijdelijk terugtrekt, daar komen onrijpe, Mij nog afkerige wezens tevoorschijn en werken Mij wel tegen - maar steeds onder mijn controle, zodat ook zij door mijn wil bedwongen worden als Ik dat nodig acht. Want slechts Een regeert in de hemel en op aarde. Een staat alle macht ter beschikking. Voor Hem moeten alle wezens van licht en duisternis zich buigen, want mijn macht is onbegrensd en zal dat blijven tot in alle eeuwigheid.

Amen

«À Moi il a été donné tout Pouvoir dans le Ciel et sur la Terre !»

«À Moi il a été donné tout Pouvoir dans le Ciel et sur la Terre !» J'ai pu de façon justifiée prononcer ces Mots lorsque Je marchais sur la Terre, car c’est Mon Père, Lequel était en Moi, Qui M’a donné ce Pouvoir, et avec Lequel Je suis devenu Un, et Qui M’a compénétré totalement, de sorte que Lui-Même agissait en Moi et au travers de Moi. Et ce Pouvoir M’est resté même après Mon chemin terrestre. Seulement Mon enveloppe terrestre était quelque chose d’humain avant Mon Ascension au Ciel ; tout ce qui se cachait dans celle-ci était Dieu qui en Jésus Christ s'est rendu visible à tous Ses êtres. Et avec cela l'«Homme» Jésus a dit les Mots : «À Moi il a été donné tout Pouvoir....», mais la Divinité dans cet Homme disposait Elle-Même du Pouvoir. Je pouvais donc Me désigner Moi-Même comme Celui qui avait tout Pouvoir au Ciel et sur la Terre, parce qu'il n'existait aucune séparation entre l'éternel Esprit du Créateur et Celui Qui M’avait accueilli en Lui. Et Je ne céderai ce Pouvoir à aucun être hors de Moi ; parce qu'il appartient à Mon Être de l'Éternité qui est en Lui Amour, Sagesse et Omnipotence. Celui qui comprend cela sait aussi qu'uniquement Ma Volonté gouverne ; et qu'il peut exister seulement des délégués dans Ma Volonté, ou bien des êtres qui s'opposent à Ma Volonté, de sorte que les premiers pour ainsi dire règnent avec Moi, tandis que les derniers doivent être gouvernés ! Bien que maintenant Ma Volonté et Mon Pouvoir ne puissent pas M’être enlevés dans l’éternité, Je n’emploie pas toujours de tels pouvoirs, mais Je laisse aussi parfois agir la volonté encore contraire à Moi, mais toujours seulement jusqu'à une certaine limite, pour mettre en évidence à Qui appartient le Pouvoir illimité. Seulement Mon Pouvoir assure l’existence comme aussi le progrès et la possibilité de perfectionnement, tandis que l’action contraire, s’il n’y était pas mis fin en temps utile, signifierait une destruction totale ! À Moi donc il est donné le Pouvoir ! Ceci doit être pour vous une indication vers Qui vous devez vous tourner, Qui uniquement peut vous garantir tout, à Qui vous devez vous confier lorsque vous avez besoin d'un Protecteur et d’un Aide très puissant. Un Dieu qui est loin de vous ne vous offrira pas cette Aide, mais uniquement Celui Qui Est en tant que divin Sauveur Jésus Christ dans le plein Pouvoir, parce qu’en Lui s'est incorporée l’«éternelle Divinité». L'Esprit de l'Infinité. Vous Me reconnaissez Moi-Même lorsque vous M’invoquez en Jésus Christ parce que vous vous mettez en contact avec Dieu seulement en Jésus-Christ, parce qu'outre Jésus Christ il n'existe aucun Dieu qui soit plus puissant que Lui. Et ainsi il en existe seulement Un Qui règne dans tout l'Univers, à Qui sont soumises toutes les Créations, dont la tâche est de prendre soin des innombrables êtres de ces Créations, et Qui exécute tout selon Son Éternel Plan de Salut. Ils reçoivent de Moi-même toutes Mes indications, par Moi-même ils sont pourvus avec la Force nécessaire pour leur activité et Moi-Même Je guide tout comme cela correspond à Mon Amour et à Ma Sagesse ! Et aucun être qui s'occupe du maintien et du soin des nombreuses Créations n'agira jamais contre Ma Volonté. Ils sont inondés avec Ma Volonté parce qu'ils sont des êtres parfaits qui sont enflammés de Ma Volonté, rayonnés de Ma Sagesse et comblés de Ma Force, et pour cela ils sont toujours seulement des exécutants de Ma Volonté. Mais là où Ma Volonté se retire temporairement, là se poussent en avant des êtres encore non mûrs, encore infidèles à Moi et qui agissent contre Moi, mais toujours sous Mon Contrôle de sorte que même eux soient ensuite domptés par Ma Volonté, lorsque Je le considère nécessaire. Parce que seulement Un règne dans le Ciel et sur la Terre, seulement à Un revient tout le Pouvoir, et tous les êtres de la Lumière et des ténèbres doivent se plier à Lui, parce que Mon Pouvoir est illimité et il le restera pour toute l'Éternité.

Amen