Vanwege de grote geestelijke nood ben Ik neergedaald naar de aarde, want Ik had medelijden met de mensen die door mijn tegenstander gekluisterd waren. Zij konden hem geen weerstand meer bieden en riepen hun God om een redder. Doch slechts weinigen geloofden nog vast en onwankelbaar dat de Messias zou komen zoals het geschreven stond. Maar die weinigen verwachtten Hem met vurig verlangen, zij verwachtten Hem als hun Redder uit de diepste nood en verdrukking. En ter wille van hen ben Ik neergedaald, omdat hun roep om hulp mijn oor bereikte, omdat Ik hun geloof niet wilde teleurstellen. Bovendien was de tijd voor de zending van de mens Jezus gekomen. Ik wilde de gehele mensheid verlossen uit de boeien van de tegenstander en Ik wilde ook verlossing brengen aan degenen die reeds gestorven waren, maar nog niet mijn rijk konden binnengaan voordat de grote zondeschuld teniet was gedaan, die aanleiding was voor het bestaan der mensen op aarde.
In deze mens Jezus kwam Ikzelf op de aarde om alle mensen het heil te brengen, om hen te bevrijden uit de keten die al voor eeuwig lange tijd op hen drukte en voor hen de weg naar mijn rijk vrij te maken - naar het rijk van eeuwige vrede en zaligheid. Toen Ik naar de aarde afdaalde, waren maar weinig mensen bereid Mij op te nemen, dat wil zeggen: alleen weinige erkenden Mij omdat zij een leven in liefde leidden. Zodoende was de schaar van mijn aanhangers niet erg groot, ofschoon Ik voortdurend bezig was de mensen tot werken in liefde aan te sporen, met als gevolg dat zij Mij dan ook hadden kunnen herkennen als hun God en Vader van eeuwigheid. Want de grote nood bestond daarin dat er onder de mensen weinig liefde was, dat zij al geheel vastgebonden waren door degene die zelf zonder enige liefde was en als vijand tegenover Mij stond. Tegen hem wilde Ik de strijd opnemen om hem door de overwinning de zielen te ontrukken die hij gebonden hield.
Daarom leefde Ik zelf de mensen een leven voor van onzelfzuchtige liefde, omdat de liefde het wapen was dat Ik tegen mijn tegenstander gebruiken wilde en dat ook de mensen de kracht gaf hem tegenstand te bieden. Zonder liefde behoorden zij hem geheel en al toe. De liefde echter kan hij niet weerstaan. De liefde is het enige wapen waar hij voor bezwijkt, die echter in de tijd van mijn komst op aarde slechts bij weinig mensen te vinden was. De liefde was de enige verbinding met Mij, hun God en Vader van eeuwigheid. En deze verbinding moest tot stand worden gebracht, wilden de mensen mijn woord vernemen. Mijn woord kon in hen niet meer weerklinken, omdat zij door hun gebrek aan liefde ook geen geloof meer hadden aan een God die tot hen wilde spreken. En daarom kwam Ikzelf naar de aarde om de mensen aan te spreken, om hun opnieuw mijn wil te verkondigen, om hun opnieuw mijn geboden van de liefde te geven, om hun opnieuw het evangelie te verkondigen - de goddelijke leer, die hen tot zaligheid zou voeren.
Maar Ik moest de mensen nog een grote hulp verschaffen. Ik wilde hen eerst bevrijden uit de macht die hen gebonden hield, die hun wil verzwakte en de mensen verhinderde mijn wil te vervullen. Ik wilde hen verlossen uit zijn macht. En daarvoor koos Ik Mij de vorm van de mens Jezus, om in Hem een werk van liefde en barmhartigheid te volbrengen dat de mensen bevrijding bracht uit alle nood. Alle mensen die van hun beul verlost wilden worden, moesten zich aan mijn zijde scharen.
Die vrijwillig bij hem bleven, kon Ik geen redding brengen. Maar die zich tot Mij wendden, ontvingen van Mij ook de kracht om zich uit zijn ketenen los te maken. Maar dit verlossingswerk moest ook op menselijke wijze plaats vinden, omdat er geen dwang mocht worden uitgeoefend op de wil van de mensen. Zij moesten geheel vrij zijn of zij het verlossingswerk van de mens Jezus, in wie Ik mijzelf belichaamde, wilden aanvaarden of afwijzen.
Daarom heb Ik als mens Jezus op de aarde geleefd en heb Ik de mensen voorbereid op het grote offer van verlossing, dat de grote zondeschuld, om welke reden zij op de aarde zijn, zou verzoenen. Doch slechts weinigen herkenden Mij en zagen in Mij de Redder, de Messias, die zieners en profeten steeds weer hadden aangekondigd. De nood was overgroot toen Ik naar de aarde kwam, maar het verlossingswerk is volbracht omdat ook mijn liefde overgroot was en de liefde zodoende de zondeschuld teniet deed, doordat zij zichzelf offerde aan het kruis.
En deze liefde zal steeds weer proberen die mensen hulp te bieden, die tot nog toe geen verlossing vonden. Die van de genade van het verlossingswerk nog geen gebruik maakten en daarom nog steeds in de netten van de vijand smachten en zich zonder hulp nooit zouden kunnen bevrijden. Die Ik echter nooit zal opgeven maar steeds tegemoet treed en hen dan wijs op het verlossingswerk van de mens Jezus. Op Hem, die als mens op grond van Zijn liefde de nood van Zijn medemensen inzag en die op grond van Zijn liefde het offer gebracht heeft onder onmetelijke kwellingen te sterven aan het kruis. En Ik zal ook steeds weer in het woord tot de mensen komen en hun melding maken van het grote werk van liefde en erbarmen van Jezus - die Mij zelf opnam, die zich door de liefde geheel verenigde met Mij en die voor u allen tot Redder en Verlosser werd van zonde en dood.
Amen
VertalerJe suis descendu sur la Terre à cause de la grande misère spirituelle, parce que les hommes que Mon adversaire tenait liés M’ont fait Compassion parce qu'ils ne pouvaient pas lui opposer résistance et parce qu'ils criaient à leur Dieu pour un Sauveur. Mais seulement peu croyaient encore solidement et irrévocablement que le Messie viendrait comme il avait été écrit, mais ces peu L'attendaient pleins de nostalgie, Ils l'attendaient comme leur Sauveur de la misère et de l'oppression la plus profonde. Et Je suis descendu pour eux, parce que leur appel d'aide a atteint Mon Oreille, parce que Je ne voulais pas décevoir leur foi. En outre le temps pour la Mission de l'Homme Jésus était venu. Je voulais sauver l'humanité entière des liens de l'adversaire, et Je voulais aussi apporter le Salut à ceux qui étaient déjà défunts, mais que ne pouvaient pas entrer dans Mon Règne avant que soit éliminée la grande faute du péché qui était cause de l'existence de l'homme sur la Terre. Dans cet Homme Je suis venu Moi-même sur la Terre pour apporter le Salut à tous les hommes, pour les libérer des chaînes qui les opprimaient déjà depuis des temps éternels et pour leur libérer la voie pour Mon Règne, pour le Règne de la Paix éternelle et de la Béatitude. Lorsque Je suis descendu sur la Terre seulement peu d'hommes étaient prêts à Me recevoir, c'est-à-dire que seulement peu Me reconnaissaient, parce qu'ils menaient une vie dans l'amour. Et pour cela le groupe de Mes disciples n'était pas grand, bien que J'aie continuellement essayé de stimuler les hommes à agir dans l'amour, et en conséquence à travers cela ils auraient pu Me reconnaitre comme leur Dieu et Père de l'Éternité. Parce que la grande misère consistait dans le fait que parmi les hommes il y avait peu d'amour, qu'ils étaient déjà totalement liés par celui qui est lui-même dépourvu de tout amour, qui était face à Moi en tant que Mon ennemi contre lequel Je voulais combattre, pour lui arracher au moyen de la Victoire les âmes qu’ils tenaient liées. Pour cela Moi-même ai vécu une vie d'exemple pour les hommes dans l'amour désintéressé, parce que l'amour était l'arme que Moi-même voulais employer contre Mon adversaire, et qui donnait aussi aux hommes la force de lui opposer résistance. Sans amour ils étaient totalement adonnés à lui, mais il ne peut pas résister à l'amour, l'amour est l'unique arme à laquelle il succombe, qui cependant se trouvait rarement parmi les hommes dans la période de Ma descente sur la Terre. L'amour était l'unique lien avec Moi, leur Dieu et Père de l'Éternité. Et ce lien devait être établi si les hommes voulaient entendre Ma Parole. Ma Parole ne pouvait plus résonner en eux parce qu'à cause de leur absence d'amour ils n'avaient même plus la foi dans un Dieu Qui voulait leur parler. Et pour cela Moi-même suis venu sur la Terre pour parler aux hommes, pour leur annoncer de nouveau Ma Volonté, pour leur redonner Mes Commandements d'Amour, pour leur annoncer de nouveau l'Évangile, la Doctrine divine qui devait mener à la Béatitude. Mais Je devais apporter encore une grande Aide aux hommes : Je voulais d'abord les libérer du pouvoir de celui qui les tenait liés, qui affaiblissait leur volonté et empêchait les hommes d'accomplir Ma Volonté. Je voulais les libérer de son pouvoir. Et pour cela J’ai choisi pour Moi la forme de l'Homme Jésus, pour M’acquitter en Lui d’une Œuvre d'Amour et de Miséricorde qui apportait aux hommes la libération de toute misère. Mais tous les hommes qui voulaient trouver la libération de leur bourreau devaient aussi se mettre à Mon côté. A ceux qui sont restés avec lui volontairement Je ne pouvais pas apporter le Salut, mais ceux qui se sont tournés vers Moi recevaient de Moi la Force de se dénouer des chaînes. Mais cette Œuvre de Salut devait aussi se dérouler dans le cadre de l’humain, parce que les hommes ne devaient pas être forcés dans leur volonté. À eux il devait être laissé l’entière liberté s'ils voulaient reconnaître ou refuser l'Œuvre de Salut de l'Homme Jésus, dans lequel Moi-même Je Me suis incorporé. Pour cela J’ai marché comme Homme Jésus sur la Terre, et J’ai préparé les hommes au grand Sacrifice de Libération qui devait expier la grande faute du péché pour lequel ils marchent sur la Terre. Mais seulement peu M’ont reconnu et ont vu en Moi le Sauveur – le Messie – que les Voyants et les Prophètes ont toujours et continuellement annoncé. La misère était très grande lorsque Je suis descendu sur la Terre, mais l'Œuvre de Salut avait été accomplie, parce que Mon Amour était très grand et l'Amour a ainsi éliminé la grande faute du péché, en Se sacrifiant Lui-Même sur la Croix. Et cet Amour cherchera toujours de nouveau à apporter de l'aide aux hommes, qui jusqu'à présent n'ont pas trouvé la voie du Salut, qui n'ont fait encore aucun emploi des Grâces de l'Œuvre de Libération et à cause de cela ils languissaient encore dans les chaînes de l'ennemi dont ils n’auraient jamais pu se libérer sans aide et qu'auxquels Je ne renonce jamais, mais Je Me mets toujours de nouveau sur leur chemin et leur indique l'Œuvre de Libération de l'Homme Jésus qui a reconnu en tant qu’«Homme», grâce à Son Amour, la grande misère spirituelle de Son prochain et qui, grâce à Son Amour, a offert le Sacrifice de mourir sur la Croix sous des supplices démesurés. Et Je viendrai toujours aux hommes dans la Parole et leur parlerai de la grande Œuvre d'Amour et de Miséricorde de Jésus Qui M’a accueilli Moi-Même, Qui S’Est totalement uni avec Moi au moyen de l'Amour et Qui est devenu pour vous tous le Sauveur et Rédempteur du péché et de la mort.
Amen
Vertaler