Vergelijk Kundgabe met vertaling

Meer vertalingen:

Voorbede voor Lucifer

Geen wezen onttrek Ik Mijn Liefde, al is het nog zo diep gezonken, al is het nog zo ver van Mij verwijderd. Want het is eens uit Mijn Liefde voortgekomen en zal eeuwig in Mijn Liefde blijven. En dit geldt ook voor het eerstgeschapen wezen, wiens zondigheid het oneindig ver van Mij verwijderde, wiens aanmatiging de val in de diepste diepte tot gevolg had en dat eeuwige tijden nodig heeft tot het weer de weg naar Mij heeft teruggevonden, tot het weer in zijn vaderhuis zal terugkeren en als Mijn zoon weer door Mij wordt opgenomen, tot ook zijn liefde Mij weer geheel en al toebehoort.

Dit wezen was van eeuwigheid voorbestemd voor de hoogste gelukzaligheid en daarom was het geschapen als Mijn evenbeeld, dat onbeperkt over licht en kracht kon beschikken en daarom was ook zijn gelukzaligheid onbegrensd. Dat dit wezen gevallen is, deed het zondig worden in een mate, waarvoor u mensen elk begrip ontbreekt. Want het bezat het hoogste inzicht. Het zondigde bewust tegen Zijn Schepper en Vader, Die het ook herkende als zijn Oorsprong, echter niet wilde erkennen. Dit was zijn zonde, omdat het door het afwijzen van Mij Zelf, Mijn Liefde afwees en zo dus de verwijdering van Mij - zo diep als een afgrond - tot stand bracht. Het wierp zich bewust op als Mijn tegenstander, als Mijn vijand, en streed voortaan tegen Mij.

Voor een terugkeer van dit wezen zijn eeuwigheden nodig, omdat het dezelfde weg terug moet gaan om bij Mij te komen en omdat ook het zich van Mij afkeren eeuwigheden heeft gevergd, omdat de klim omhoog ook bij hem trede voor trede moet worden afgelegd en niet willekeurig kan worden overgeslagen. Een plotselinge wilsverandering van dit wezen is daarom niet mogelijk, omdat het zich niet gevangen liet nemen zoals alle andere gevallen wezens. Want hem, als Mijn eerstgeschapen lichtdrager, liet Ik de vrijheid, toen hij weigerde dezelfde gang door de schepping te gaan.

Maar deze weigering werd voor Mij een dienst, evenals voor het door zijn schuld in de diepte gevallen wezenlijke. Hij diende Mij nu als tegenpool, in de vrije wilsbeslissing van het andere gevallene. Ook aan hem is elke mogelijkheid om terug te keren in het vaderhuis ontsloten, omdat ook hem Mijn nooit eindigende Liefde geldt. Maar de wil van geen enkel wezen dwing Ik om Mij volgzaam te zijn. Dit is het verschil, dat Ik niemand door Mijn Macht bind, terwijl hij zijn wezens geketend houdt. Wanneer Ik het wezenlijke bind in de scheppingswerken en het de vrije wil ontneem, dan is dit een werk van Mijn Liefde voor het ongelukkige, dat Ik alleen maar aan zijn macht ontruk, om het in staat te stellen, eens vrij te kunnen kiezen.

Maar hij zelf staat onder geen enkele macht. Hij is vrij en alles wat hij doet is zijn innerlijke aandrift en deze is waarlijk slecht. En nooit zal hij zijn weerstand tegen Mij opgeven, zolang hij sterk is. Pas wanneer hij van zwakte op de grond ligt, zal hij naar Mij roepen.

Maar anders is het gesteld met de wezens, die hij in de diepte heeft gestort, die door de afstand Mijn Kracht van Liefde kwijt raakten, ofschoon Ik Zelf hun de liefde niet onttrok en die door zijn macht eeuwig in de diepte zouden worden vastgehouden, wanneer Ik het totaal krachteloze niet zou bijstaan en het zolang aan zijn invloed zou onttrekken, tot het weer zoveel kracht bezit, vrij te kunnen beslissen in de keuze van zijn heer. Dan eist Mijn tegenstander zeer zeker zijn recht op, dat Ik hem niet zal weigeren, omdat de wezens hem eens vrijwillig zijn gevolgd. Dus dan, in het stadium als mens, vindt de geestelijke strijd plaats; de beïnvloeding van de vrije wil van de mens door goede of slechte krachten. En de liefde geeft in deze strijd de doorslag. De liefde moet en zal steeds zegevieren.

En u zult nu begrijpen, dat en waarom liefdevolle voorbede voor dit worstelende geestelijke het beste resultaat heeft. U zult begrijpen, dat Mijn Macht niet mag ingrijpen, omdat Ik geen wezen dwing; dat tegenover Mijn tegenstander steeds alleen maar liefde kan worden gesteld en dat dat het enige wapen is, waarvoor hij bezwijkt. Het maakt hem zwak, zodat hij het aan hem toebehorende vrijlaat.

De grootste daad van liefde voor de verlossing van het onvrije bood Jezus Christus aan en Hij ontrukte daardoor de tegenstander al die zielen, die onder Zijn kruis vluchtten. Maar om de weg naar het kruis te nemen, daar hebben veel wezens ook nog hulp bij nodig, die hen dus door liefdevolle voorspraak van de kant van reeds vrije mensen kan worden verleend. Voorbede in liefde is een grote factor bij de verlossing van de zielen, die zich in de macht bevinden van Mijn tegenstander, die het enige wezen is in de gehele oneindigheid, dat heersen wil en dat dwang uitoefent op het oeraanvankelijk in volledige vijheid geschapen geestelijke, die echter niet in Mijn Macht is, inzoverre, dat Ik te beslissen heb hoe hij moet denken, willen en handelen. Van Mij uit is ook dit wezen volledig vrij.

Tot wie zou u dus nu willen voorspreken voor dit wezen? En wat wilt u door uw gebed wel bereiken? Dat Ik zijn wil verander? Dat Ik zijn haat verzacht? Dat Ik hem zal bewegen terug te keren, wat hij vrijwillig moet aanpakken?

Hem staan alle wegen open. Ik hinder hem niet, maar Ik oefen geen enkele dwang op hem uit, zelfs geen dwang door liefde, omdat zíjn val iets anders was en is dan de val der wezens, die hij in het leven riep met Mijn Kracht, en omdat hij de vijand is van hen en hen als vijand behandelt, omdat hij verhindert, dat deze wezens weer gelukkig en gelukzalig worden zoals eens. Tegenover Mij staat hij als tegenstander en hij laadt zonde op zonde op zijn hoofd, zolang hij zijn macht misbruikt en het wezenlijke in het stadium van de vrije wil zo in het nauw brengt, dat de terugkeer voor het wezenlijke naar Mij juist alleen mogelijk is, door de hulp van Jezus Christus.

Alleen de liefde verlost uit zijn macht. En zou u hem willen verlossen, dan zou u van hem moeten houden. En dat betekent, u met hem te verbinden. Uw hulp, die u zult kunnen verlenen, bestaat alleen daarin, zijn aanhang te verlossen, opdat hij zwakker zal worden. Want nooit zal hij veranderen, zolang hem nog iets geestelijks toebehoort. Pas wanneer hij alleen staat, wanneer al het door hem eens ten val gebrachte weer omhoog is geklommen, zal hij zijn haat, zijn hoogmoed en zijn Mij weerspannige wil opgeven. En dan kan Mijn Liefde hem vastpakken en kan Ik weer een liefdevolle Vader voor hem zijn. Want dan begeert hij weer Mijn Liefde, zoals het was in het allereerste begin.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Gerard F. Kotte

Prière pour Lucifer

Je ne soustrais à aucun être Mon Amour, aussi bas qu’il se soit précipité, aussi loin qu’il soit encore de Moi, parce qu'autrefois il a été procédé de Mon Amour et il restera éternellement dans Mon Amour. Ceci vaut aussi pour l'être premier créé, dont l'impiété l'a éloigné de Moi à l'infini, dont l'arrogance a eu pour conséquence la chute dans l'abîme le plus profond et des temps éternels seront nécessaires jusqu'à ce que de nouveau il ait retrouvé la voie du retour vers Moi, pour qu'il revienne de nouveau dans Sa Maison Paternelle et soit de nouveau accueilli par Moi comme Mon fils, de sorte que son amour M’appartienne de nouveau totalement. Cet être était appelé depuis l'Éternité à la plus sublime Béatitude et donc il avait été créé à Mon Image et il pouvait disposer sans limites de Lumière et de Force et donc sa Béatitude était aussi illimitée. L'arrogance a été la cause de la chute de cet être, elle l'a rendu pécheur dans une mesure pour laquelle à vous les hommes il manque toute capacité d’imagination, parce qu'il était dans la plus sublime connaissance, il a péché consciemment contre son Créateur et Père, qu’il reconnaissait aussi comme son Origine, parce qu'à travers son refus de reconnaissance de Moi-Même il a repoussé Mon Amour et donc il a aussi établi l'abyssal éloignement de Moi. Il s'est levé consciemment comme Mon adversaire, Mon ennemi, et depuis il a continuellement combattu contre Moi. Un retour de cet être demande une l'Éternité, parce qu'il doit re-parcourir la même voie pour arriver à Moi et parce que l'éloignement de Moi a demandé l'Éternité, et donc pour la remontée il doit re-parcourir la voie marche par marche et aucune ne peut être sautée arbitrairement. Donc un changement soudain de la volonté de cet être n'est pas possible parce qu'il ne s’est pas laissé capturer comme tous les autres êtres tombés, parce qu'à lui, en tant que Mon porteur de Lumière premier créé, J’ai laissé la liberté, lorsqu’il a refusé de parcourir la même voie à travers la Création. Mais ce refus est devenu un service pour Moi comme aussi pour la substance animique (l'essentiel) mort dans l’abîme par sa faute. Maintenant il Me sert comme pôle opposé dans la décision de la libre volonté de ces esprits tombés. Même à lui il a été ouvert toutes les possibilités de retour dans la Maison Paternelle, parce que Mon Amour qui ne cesse jamais vaut pour lui aussi. Mais Je ne veux forcer la volonté d'aucun être à s'adapter à Moi. C’est la différence avec lui, en effet Je ne lie aucun être par Mon Pouvoir, alors qu'il tient lié ses êtres. Lorsque Je lie l'essentiel dans les Œuvres de Création et que Je lui enlève la libre volonté alors cela est une Œuvre de Mon Amour pour les malheureux que J’arrache seulement à son pouvoir pour les rendre capables de pouvoir un jour se décider librement pour Moi. Mais lui-même se trouve sous aucun pouvoir, il est libre, et tout ce qu’il fait résulte de sa propre poussée la plus intérieure, et celle-ci est vraiment mauvaise. Il ne renoncera jamais à sa rébellion contre Moi, tant qu’il est fort, seulement lorsque par faiblesse il sera au sol il M'invoquera. Autrement il est avec les êtres qu'il a précipité dans l'abîme, qui, avec l'éloignement, ont perdu la Force de Mon Amour, bien que Moi-même Je ne leur ai pas soustrait l'Amour, et au travers de son pouvoir ils seraient retenus éternellement dans l'abîme, si Je n'assistais pas le spirituel resté totalement sans Force et ne le soustrayais pas à son influence jusqu’à ce qu’il possède de nouveau assez de Force pour pouvoir se décider librement dans le choix de son Patron. Toutefois Mon adversaire exige son droit que Je ne lui nie pas, parce que les êtres l'ont suivi autrefois librement. Alors, dans le stade en tant qu’homme il se déroule une grande lutte spirituelle pour influencer la libre volonté de l'homme à travers des forces bonnes et mauvaises. Et l'Amour porte cette lutte à la décision. L'Amour remporte et remportera toujours la victoire. Et maintenant vous comprendrez que et pourquoi une affectueuse prière pour ce spirituel qui combat obtienne le plus grand succès. Vous comprendrez que Mon Pouvoir ne doive pas intervenir, parce que Je ne force aucun être, et qu’à Mon adversaire il peut être opposé toujours seulement l'Amour et que celui-ci est l'unique arme à laquelle il succombe, qui l'affaiblit, de sorte qu’il libère ce qui lui appartient. Jésus Christ a porté la plus grande Œuvre d'Amour pour la Libération du spirituel lié et a dédouané de leur adversaire toutes les âmes qui se sont réfugiées sous Sa Croix. Mais pour prendre maintenant la voie vers la Croix, beaucoup d'êtres ont encore besoin d'aide, qui peut leur être prêtée à travers une affectueuse prière de la part des hommes libres. La prière dans l'amour est un grand facteur dans la Libération des âmes qui se trouvent sous le pouvoir de Mon adversaire qui est l'unique être dans tout l'Infini, qui veut dominer et qui exerce la contrainte sur le spirituel qui principalement avait été créée dans la très pleine liberté, qui cependant n'est pas sous Mon Pouvoir puisque Je ne détermine pas ses pensées, sa volonté et ses actes. De Ma Part cet être est totalement libre. Que voulez-vous donc maintenant demander pour cet être ? Et que voulez-vous bien obtenir avec votre prière ? Que Je change sa volonté ? Que J'atténue sa haine ? Que Je le pousse au retour, chose qu'il doit entreprendre librement ? À lui toutes les voies sont ouvertes, Je ne l'entrave pas, mais Je ne pratique sur lui aucune contrainte, pas de contrainte d'Amour, parce que sa chute était et n'est pas quelque chose d'autre que la chute des êtres qu'il a appelé à la vie avec Ma Force et parce qu'il est leur ennemi et agit sur eux comme un ennemi, parce qu'il empêche que ces êtres arrivent de nouveau au bonheur et à la béatitude comme autrefois. Il est face à Moi en tant qu’adversaire et charge péché sur péché sur Ma tête, jusqu'à ce qu’il abuse de son pouvoir et opprime l'essentiel dans l'état de la libre volonté d’une manière telle que son retour à Moi est justement seulement possible avec l'Aide de Jésus Christ. Seulement l'amour libère de son pouvoir et si vous vouliez le libérer, alors vous devriez l’aimer et cela signifierait vous relier avec lui. L’aide que vous pouvez prêter, consiste seulement dans le fait de libérer sa suite, pour qu'il soit affaibli, parce qu'il ne changera jamais tant que du spirituel lui appartient encore; seulement lorsqu’il se trouvera tout seul, lorsque tout le spirituel autrefois précipité de nouveau aura atteint la Hauteur, il renoncera à sa haine, à son arrogance et à sa volonté tournée contre Moi, et alors Mon Amour pourra le saisir, et Je pourrai de nouveau Être pour lui un Père affectueux, parce qu'alors il désirera de nouveau Mon Amour comme il était au début.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Jean-Marc Grillet