Het worstelen in de geestelijke wereld om de zielen der mensen wordt steeds heftiger. De lichtwereld is onophoudelijk bezig op de wil van de mens in te werken, maar de krachten der duisternis doen dit ook. En de mens is veel eerder geneigd die laatste terwille te zijn, omdat de hang naar de materie sterk is en die duistere krachten door materiële goederen en genietingen hun invloed uitoefenen.
Wat er maar kan worden gedaan om het denken van de mensen los te maken van de materie, voeren de lichtwezens uit. Vaak tot verdriet van de mensen, maar toch vanuit de liefdevolle instelling, alleen om de mensen te helpen. Het einde komt steeds dichterbij, dat alle materie voor de mensen zal laten vergaan. Ze moeten dan alles teruggeven en kunnen er niets van achterhouden. Maar het laatste vergaan van het aardse bezit willen ze niet geloven. En daarom moeten ze tevoren steeds weer ervaren, hoe onbestendig datgene is, waar ze met al hun zinnen naar streven.
De lichtwezens hebben slechts weinig toegang tot de gedachten der mensen. En naar hun ingevingen wordt niet geluisterd. Dat wil zeggen de mensen houden zich niet met zulke gedachten bezig, dat ze nu door de lichtwezens door middel van gedachten zouden kunnen worden onderricht. En daarom moeten ze aan gewelddadige ingrepen zijn blootgesteld, opdat ze gaan nadenken over de vergankelijkheid van aards bezit. En alleen zo zult u mensen de vele slagen van het noodlot kunnen verklaren, die in het verlies van aards materiële goederen of ook wel mensenlevens bestaan; in catastrofes en ongevallen, in verwoestingen van allerlei aard.
Dit zijn allemaal maar middelen, die van de kant van de geestelijke wereld worden aangewend in goddelijke Wil. Die alleen in diepere zin het worstelen tot uitdrukking brengen om de zielen, die in het grootste gevaar zijn helemaal in de tegenstander van God op te gaan, omdat zij zich geheel hebben vastgeketend aan de materie, die hun ondergang is. Er blijft niet veel tijd meer over tot aan het einde. Dus moeten ook zulke slagen van het noodlot hand over hand toenemen, waardoor er nog een kleine kans bestaat, dat de mensen ertoe worden gebracht na te denken.
De strijd in de geestelijke wereld is buitengewoon heftig. Doch de lichtwereld strijdt niet tegen de duistere wereld, maar beide strijden ze om de zielen der mensen. De mens zelf is het voorwerp van de strijd. De mens zelf moet de strijd uitvechten en elke wereld gebruikt die middelen, waardoor ze op succes hoopt.
Alle leed en tegenspoed, alle gebeurtenissen die u mensen zwaar treffen, zijn middelen van de lichtwereld, die voor u alleen het beste wil. Die in liefde voor u steeds alleen datgene doet, wat voor u een zekere hulp kan zijn, wanneer u zich niet verzet. Maar een luxueus leventje en rijkdom, aardse vreugden en wereldse genoegens zijn steeds alleen de middelen van de tegenstander. En deze zult u moeten mijden en u zult zich niet moeten verheugen over het bezit ervan.
Want slechts kort is de tijd van uw leven op aarde. Dan zult u al het moeilijke hebben overwonnen. Dan zult u schadeloos worden gesteld voor het harde leven op aarde, als het u het geestelijke succes heeft opgeleverd, dat u zich vrijwillig heeft losgemaakt van de materie en u voor uw ziel geestelijke goederen heeft verworven. Verlang niet naar datgene, wat heel spoedig van u wordt afgenomen, maar verzamel u geestelijke goederen, die niemand meer van u kan afnemen en die u volgen in de eeuwigheid.
Amen
VertalerDas Ringen in der geistigen Welt um die Seelen der Menschen wird immer heftiger. Die Lichtwelt ist unausgesetzt tätig, auf den Willen der Menschen einzuwirken, aber auch die Kräfte der Finsternis tun dies, und es ist der Mensch viel eher geneigt, letzteren zu Willen zu sein, weil der Hang zur Materie stark ist und durch materielle Güter und Genüsse jene finsteren Kräfte ihren Einfluß ausüben. Was nur immer getan werden kann, um die Sinne der Menschen von der Materie zu lösen, das führen die Lichtwesen aus.... oft zum Leid der Menschen, aber doch im Liebesinne, nur um den Menschen zu helfen.... Immer näher kommt das Ende, das jegliche Materie für die Menschen vergehen lässet, sie müssen dann alles hergeben und können nichts davon zurückbehalten.... Doch das letzte Vergehen des irdischen Besitzes wollen sie nicht glauben, und darum müssen sie zuvor immer wieder erfahren, wie unbeständig das ist, was sie anstreben mit allen ihren Sinnen. Die Lichtwesen haben wenig Zugang zu den Gedanken der Menschen, und ihre Vorstellungen werden nicht angehört.... d.h., die Menschen beschäftigen sich nicht mit solchen Gedanken, daß sie nun von den Lichtwesen gedanklich belehrt werden könnten. Und darum müssen sie gewaltsamen Eingriffen ausgesetzt sein, auf daß sie nachdenklich werden über die Vergänglichkeit irdischen Besitzes. Und so nur könnet ihr Menschen euch die vielen Schicksalsschläge erklären, die im Verlust irdisch-materieller Güter oder auch Menschenleben bestehen.... in Katastrophen oder Unglücksfällen, in Zerstörungen jeglicher Art.... Es sind dies alles nur Mittel, die von seiten der geistigen Welt angewandt werden im göttlichen Willen, die nur im tieferen Sinne das Ringen um die Seelen zum Ausdruck bringen, die in höchster Gefahr sind, sich ganz an den Gegner Gottes zu verlieren, weil sie sich ganz an die Materie verloren haben, die ihr Verderben ist. Es bleibt nicht mehr viel Zeit bis zum Ende. Also müssen auch solche Schicksalsschläge überhandnehmen, durch die noch eine geringe Aussicht besteht, daß die Menschen zum Nachdenken veranlaßt werden.... Der Kampf in der geistigen Welt ist überaus heftig, doch es kämpft die Lichtwelt nicht wider die finstere Welt, sondern beide kämpfen um die Seelen der Menschen.... der Mensch selbst ist das Streitobjekt, der Mensch selbst muß den Kampf zum Austrag bringen, und eine jede Welt wendet die Mittel an, durch die sie Erfolg erhofft.... Alles Leid und Ungemach, alle euch Menschen schwer betreffenden Erlebnisse sind Mittel der Lichtwelt, die euch nur wohlwill, die in Liebe zu euch immer nur das tut, was euch sichere Hilfe sein kann, wenn ihr euch nicht widersetzet.... Doch Wohlleben und Reichtum, irdische Freuden und weltliche Genüsse sind immer nur die Mittel des Gegners, und diese sollet ihr fliehen und euch nicht ihres Besitzes erfreuen.... Denn kurz nur ist eure Erdenlebenszeit, dann habet ihr alles Schwere überwunden, dann werdet ihr entschädigt für das harte Erdenleben, so es euch den geistigen Erfolg eingetragen hat, daß ihr euch freiwillig gelöst habt von der Materie und eure Seele sich geistige Güter erworben hat.... Verlanget nicht das, was sehr bald euch genommen wird, sondern sammelt euch geistige Güter, die niemand mehr euch rauben kann und die euch nachfolgen in die Ewigkeit....
Amen
Vertaler