Vergelijk Kundgabe met vertaling

Meer vertalingen:

Voortdurende verbinding met God

Het is mijn wil dat u voortdurend met Mij in verbinding blijft, dat u voortdurend werken van onbaatzuchtige naastenliefde zult verrichten en in het gebed aan Mij denkt. Dat u mijn kracht begeert en u openstelt om ze te ontvangen, wat u alleen bewust door het gebed of door werkzaam te zijn in liefde zult kunnen doen. Mijn wil is alleen dat u Mij niet uit uw gedachten bant of mijn toenadering onmogelijk maakt door liefdeloosheid. Dan gaat u uw weg over de aarde zonder Mij. Dan voegt er zich meteen een ander bij u en deze tracht u aan zichzelf te onderwerpen en dan bent u prijsgegeven aan verderf. Zolang Ik in welke vorm dan ook nog op u in kan werken, wat echter uw vrije wil zelf bepaalt, bent u niet in gevaar. Want dan zult u door de kracht van mijn liefde worden bestraald, die u feilloos opwaarts helpt. Maar zonder Mij bent u krachteloos en blootgesteld aan het werkzaam zijn van mijn tegenstander, die zeer doeltreffende middelen gebruikt om u in zijn macht te krijgen.

Ik let op de geringste wil die zich naar Mij keert, om nu ook Mij zelf aan de mens kenbaar te maken. Maar deze wil moet voorhanden zijn. De mens mag geen weerstand bieden aan het Wezen dat hem geschapen heeft en dat hij als zijn God en Schepper erkent. Hij moet zich laten sturen, zich aan Hem willen overgeven. De mens moet mijn genegenheid willen winnen, dan erken Ik zijn wil als op Mij gericht en dan sta Ik hem steeds behulpzaam en met raad ter zijde en weer de aanvallen van de vijand van de ziel af. Dan opent hij voor Mij de deur van zijn hart en Ik kan hem nu voorzien van mijn liefdeskracht.

Maar de wil van de mens is meestal besluiteloos. Dat wil zeggen: de mens leeft van dag tot dag en slaat alleen maar acht op datgene wat voor zijn lichaam gunstig lijkt. Hij houdt zich niet inhoudelijk bezig met problemen die zijn verhouding tot Mij zouden kunnen ophelderen. En daarom schakelt hij Mij niet zelden helemaal uit zijn gedachten uit, zonder bewust mijn tegenstander ter wille te zijn. Hij leeft alleen maar in de wereld en neemt genoegen met de verwezenlijking van aardse arbeid en plichten, hij denkt niet na. Hij hoeft niet tegen Mij te zondigen, hij hoeft niet liefdeloos te handelen. Hij hoeft nog niet een prooi van mijn tegenstander te zijn en toch heeft hij Mij ook nog niet herkend als doel. En deze bevindt zich in het grootste gevaar zich helemaal aan mijn tegenstander te verliezen, want onbewust streeft hij hem en zijn rijk na.

En Ik kan hem niet helpen zolang hij Mij niet tot zijn gedachten zal laten doordringen. Zolang hij zich niet bewust in het gebed tot Mij wendt en zolang hij alleen maar voor zichzelf leeft, maar niet voor zijn naasten. En de mensen die niet openlijk slecht of materialistisch zijn en toch alleen aan zichzelf denken, zijn in de meerderheid. Ze besteden daarom totaal geen aandacht aan een werkzaam zijn in liefde en kunnen bijgevolg geen liefdeskracht van Mij betrekken. Maar ze vallen ten prooi aan de geringste bestorming door mijn tegenstander, die op de eigenliefde van de mens rekent en daarom snel invloed krijgt. Deze kan Ik echter ook niet verdringen of afweren, omdat Ik niet zal worden aangeroepen om hulp. Omdat de mens Mij zelf nog niet heeft herkend en daarom ook niet de weg naar Mij neemt als hij in nood is.

Om het doel te bereiken dat u mensen voor uw leven op aarde is gesteld, is de verbinding met Mij absoluut noodzakelijk en deze verbinding moet eerst mentaal tot stand worden gebracht, hoewel ze in het begin meer vaag dan zeker is, ofwel de mens moet onbewust werken van liefde verrichten, dan verkrijgt hij van Mij kracht, die hem langzaam ook aan Mij zal laten denken. De scheiding van Mij geeft mijn tegenstander het recht en de mogelijkheid om zijn invloed te laten gelden. Daarentegen weert de verbinding met Mij hem af en maakt diens werkzaam zijn krachteloos. Want een mens die zich met Mij verbindt, reageert niet op de inwerking van de vijand van de ziel. En deze hoeft niet bang te zijn verloren te gaan, omdat Ik degene die aan Mij denkt niet laat vallen.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Gerard F. Kotte

Constant connection with God....

My will is that you constantly remain in contact with Me, that you constantly carry out works of unselfish neighbourly love and remember Me in prayer, that you desire My strength and open yourselves to receive it, which you can only do consciously through prayer or through loving activity.... My will is only that you don't exclude Me from your thoughts or make My approach impossible through unkindness. Then you will walk your earthly path without Me, then someone else will immediately join you and try to make you submissive to himself, and then you will be abandoned to ruin. As long as I can still influence you in some form or other.... but this is determined by your own free will.... you are not endangered, for then you will be illuminated by My strength of love which will infallibly help you to ascend; without Me, however, you are powerless and exposed to My adversary's activity who even uses effective means to gain control over you. I respect the least will which turns to Me in order to now also reveal Myself to the human being, yet this will must be present.... The human being is not allowed to show any resistance towards the being Which created him and Which he recognizes as his God and creator.... he must allow himself to be guided, he must want to surrender to Him, the human being must want to gain My affection, then I will recognize his will as being turned towards Me, and then I will always stand by him with help and advice and fend off the attacks of the enemy of his soul.... Then he opens the door of his heart to Me and I can now provide him with My strength of love.... However, people's will is mostly indecisive, i.e. the person lives into the day and only pays attention to what seems advantageous to his body.... He does not mentally deal with problems which could clarify his relationship with Me.... And therefore he not infrequently completely excludes Me from his thoughts without consciously being at My adversary's will.... He lives only to the world and is content with the fulfilment of earthly work and duties.... he does not think.... He does not need to sin against Me, he does not need to act lovelessly, he does not need to be a slave to My adversary yet, and yet he has not yet recognized Me as the aim either.... And this person is in greatest danger of losing himself completely to My adversary, for he unconsciously strives towards him and his kingdom and I cannot help him as long as he does not let Me enter his thoughts, as long as he does not consciously turn to Me in prayer and as long as he only lives for himself but not for his neighbour. And these people are in the majority who are not obviously bad or materialistic and yet only think of themselves, who therefore completely neglect an activity of love and consequently cannot draw strength of love from Me, but who fall prey to My adversary's slightest onslaught, who counts on the human being's selfish love and therefore quickly gains influence.... but which I cannot suppress or ward off either, because I am not called upon for help, because the human being has not yet recognized Me Myself and therefore does not take the path to Me either if he is in need. The connection with Me is indispensable for the attainment of the aim which you humans have set for your earthly life. And this connection first has to be established mentally, although at first it is more of a question than a certainty.... or else the human being has to unconsciously perform labours of love, then he will acquire strength from Me which will gradually also let him remember Me.... The separation from Me gives My adversary the right and the opportunity to exert his influence.... the connection with Me, on the other hand, repels him and renders his activity powerless.... for a person who unites with Me does not react to the influence of his soul's enemy. And this person need not fear being lost because I will not let anyone fall who remembers Me....

Amen

Vertaler
Vertaald door: Doris Boekers