• Terug

Houding van verstandsmensen tegenover de gaven van de geest....

Er zullen altijd mensen zijn die moeilijk voor Mij en Mijn leer te winnen zijn, omdat zij teveel gebruikmaken van hun verstand, maar weinig hun hart laten spreken, dat Mij eerder herkent dan het verstand. Want hierdoor probeert mijn tegenstander zich te laten horen, terwijl het hart Mij zal horen. Ik ben ook wel met het verstand te herkennen, maar altijd pas als het hart mij al herkend heeft. Van gaven van de geest weet een verstandsmens niets, van bekwaamheden die de mens in zichzelf kan ontwikkelen, maar die niet lichamelijk verklaard kunnen worden. Een verstandsmens beweegt zich in een andere richting dan een man wiens geest gewekt is, en aangezien beiden verschillende wegen gaan, zijn ook hun doelen verschillend. Het ene doel vol van licht en het andere somber en sinister.

Wanneer mensen de waarheid zoeken langs de weg van het verstand, dan trekken zij voor zichzelf de grenzen omdat hun verstand beperkt is, terwijl de geest over alle grenzen heen kan vliegen en elk gebied voor hem ontsloten is. En zo zal een mens zich nooit wetend kunnen noemen, die alleen zuiver verstandelijk onderzoekt, maar de geest nog niet heeft doen ontwaken. En het feit dat hij verworven kennis niet als werk van de geest wil erkennen, bewijst de ontoereikendheid van zijn intellectuele kennis. Maar Ik duld hem en zijn geestelijke zwakheid, omdat hij dan pas onderricht kan worden, wanneer hij inziet dat de laatste kennis toch voor hem verborgen blijft, wanneer hij inziet hoe weinig hij kan doen met zijn verstandelijke kennis, die hem uiteindelijk toch onbevredigd laat en die hij niet kan vermeerderen, hoe ijverig hij ook nadenkt. Want kennis moet hem toegevoerd worden. Niet door mensen maar door God. Hij moet Mij daarvoor benaderen, alleen dan neemt hij toe in kennis, in licht, alleen dan neemt hij wijsheid in ontvangst, niet alleen wereldse kennis die ontoereikend is. Hij moet leeg worden om gevuld te kunnen worden. Hij moet zich bevrijden van wereldse kennis om geestelijke kennis te kunnen ontvangen, hij moet het licht zoeken om het te kunnen vinden. Dan pas zal Mijn leer zijn oorsprong aan hem bewijzen, dan pas zal hij Mijn koninkrijk nastreven en dan pas zal Mijn geest kunnen werken en hem kennis bijbrengen die hart en geest aanvaardt omdat ze haar oorsprong heeft bij Mij.

Amen

Atitude das pessoas de espírito aos dons do espírito....

Haverá sempre pessoas que são difíceis de conquistar para Mim e para o Meu ensinamento porque fazem demasiado uso do seu intelecto mas deixam pouco falar do seu coração, que me reconhece mais cedo do que o intelecto. Pois através deste último, o meu adversário procura fazer-se ouvir, enquanto o coração Me ouvirá. Também posso certamente ser reconhecido com o intelecto, mas apenas quando o coração já me reconheceu. Uma pessoa intelectual nada sabe dos dons do espírito, das capacidades que o ser humano pode desenvolver dentro de si mesmo, mas que não podem ser organicamente fundadas. Uma pessoa intelectual move-se por um caminho diferente do de uma pessoa cujo espírito é despertado, e como ambos tomam caminhos diferentes, os seus objectivos são também diferentes.... claro o um e escuro e sinistro o outro objectivo.... Quando as pessoas procuram a verdade através do intelecto, desenham os limites para si próprias, porque o seu intelecto é limitado, enquanto que o espírito pode voar sobre todos os limites e todos os territórios se abrem a ele. E assim uma pessoa nunca será capaz de se chamar a si própria conhecedora se investigar apenas intelectualmente mas ainda não tiver despertado o espírito.... E o facto de não reconhecer o conhecimento adquirido através da actividade espiritual prova a inadequação do seu conhecimento intelectual.... Contudo, tolero-o e à sua fraqueza espiritual porque só pode ser instruído quando se apercebe de que o conhecimento final permanece fechado para ele, afinal.... quando se apercebe do pouco que pode fazer com o seu conhecimento intelectual, o que acaba por o deixar insatisfeito e que não pode aumentar por mais avidamente que pense.... Para o conhecimento deve ser-lhe fornecido.... não de pessoas mas de Deus.... Deve aproximar-se de Mim por isso, só então aumentará o conhecimento, à luz, só então aceitará a sabedoria, e não apenas um conhecimento mundano que é inadequado. Ele deve ficar vazio para poder ser preenchido.... ele tem de se libertar do conhecimento mundano para poder receber conhecimento espiritual, ele tem de procurar luz para poder encontrá-la.... só então o Meu ensinamento lhe provará a sua origem, só então ele se esforçará em direcção ao Meu reino, e só então o Meu espírito será capaz de lhe dar efeito e transmitir-lhe conhecimento que aceite o seu coração e a sua mente, porque ele se origina de Mim...._>Ámen