Vergelijk Kundgabe met vertaling

Meer vertalingen:

De goede Herder - "De mijnen herkennen mijn stem"

Ik ken de mijnen en de mijnen kennen Mij. En als Ik hen roep, zullen ze Mij volgen, want ze herkennen de stem van de Vader, die hen liefheeft en aan wie ze gehoorzaam willen zijn. Mijn oproep zal echter spoedig uitgaan naar u, die de mijnen bent. En Ik zeg het u allen tevoren, omdat u zich veilig voelt, omdat u niet gelooft dat het einde nabij is. Maar Ik heb u nodig en Ik kondig u daarom aan, dat u spoedig mijn stem zult vernemen, de stem van de goede Herder, die Zijn schapen roept.

Ik heb trouwe wachters nodig voor mijn kudde, leiders die over steenachtige wegen en klippen de mijnen omhoog willen begeleiden, die de mijnen voortdurend terzijde staan en hen wijzen op het nabije einde. Deze leiders en wachters zullen uit Mij zelf de waarheid ontvangen en ze aan u overbrengen. Ze komen voort uit de rijen der mijnen en brengen de mensen mijn woord van boven over. Ze staan met Mij in rechtstreekse verbindingen, dus behoren ze zelf tot de mijnen. En als de oproep in hun oren weerklinkt, dan weten ze dat voor hen het uur gekomen is werkzaam te zijn voor Mij en mijn rijk.

Dan zal van hun kant de verbinding met Mij zo innig tot stand worden gebracht, dat er nooit meer een achteruitgang kan zijn voor de ziel die Mij dient, dat ze nooit zonder kracht wordt gelaten, dat ze in korte tijd in staat is uit Mij zelf te spreken. En dan zal ze haar missie op aarde vervullen, die zin en doel is van haar aards bestaan. Dan is ze alleen nog voor Mij werkzaam. En met vreugde zal ze mijn woord verbreiden en vertegenwoordigen, want ze is helemaal overtuigd dat Ik zelf tot haar spreek. En aan elk woord kent ze daarom de grootste betekenis toe. En de mens zal in grote mate kracht ontvangen. Elk gevoel van zwakheid zal van hem afvallen. Elke geestelijke gave zal ten volle worden benut en gebruikt. En waar hij onder mensen vertoeft zal zijn werk succesvol en zegenrijk zijn. En uw werkzaam zijn is ophanden.

Ik ken uw wil en de zwakheid van uw geloof. Maar Ik ben ook op de hoogte van de verandering die zich binnenkort voor u zal voordoen. Ik ben op de hoogte van de nood en het leed van de komende tijd, zoals Ik echter ook uw wil om te geloven en de sterkte van uw geloof ken. En in overeenstemming daarmee zal Ik u met kracht bedenken en u nooit alleen laten, wat er ook komen mag.

En houd u daarom steeds aan mijn woord. Onttrek aan mijn woord de kracht waarmee Ik het heb gezegend. Word in waarheid mijn kinderen, die zich vol vertrouwen aan de Vader overgeven. En geloof dat Hij u zeker zal redden als u in nood bent. Want wie mijn stem herkent, is mijn kind en zijn leven is mijn zorg. Wie in Mij gelooft zal ook in staat zijn mijn stem te horen. Maar wie het klinken van mijn stem in twijfel trekt, is mijn kind niet, ofschoon hij meent eveneens met Mij verbonden te zijn.

De schapen herkennen de stem van hun Herder en ze zullen Hem volgen als Hij hen roept. Maar Ik ben de goede Herder, die niet eerder rust totdat Hij Zijn schapen heeft gevonden.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Gerard F. Kotte

Der gute Hirt.... "Die Meinen erkennen Meine Stimme...."

Ich kenne die Meinen, und die Meinen kennen Mich.... Und so Ich sie rufe, werden sie Mir Folge leisten, denn sie erkennen die Stimme des Vaters, Der sie liebt und Dem sie gehorsam sein wollen. Mein Ruf wird aber bald an euch ergehen, die ihr Mein seid, und Ich sage es euch zuvor schon, weil ihr euch sicher fühlet, weil ihr es nicht glaubt, daß das Ende nahe ist. Euch aber benötige Ich, und Ich künde euch daher an, daß ihr in Bälde Meine Stimme vernehmen werdet, die Stimme des guten Hirten, der Seine Schafe rufet.... Ich brauche treue Wächter für Meine Herde, Führer, die über steinige Wege und Klippen die Meinen zur Höhe geleiten, die ständig den Meinen zur Seite stehen und sie hinweisen auf das nahe Ende. Diese Führer und Wächter werden aus Mir Selbst Wahrheit entgegennehmen und sie euch überbringen, sie gehen aus den Reihen der Meinen hervor und vermitteln den Menschen Mein Wort aus der Höhe; sie stehen in direkter Verbindung mit Mir, also zählen sie selbst zu den Meinen, und so der Ruf an ihren Ohren ertönet, wissen sie, daß die Stunde des Wirkens für Mich und Mein Reich für sie gekommen ist. Dann wird die Verbindung zu Mir so innig von ihrer Seite hergestellt, daß es niemals mehr einen Rückschritt geben kann für die Seele, die Mir dienet, daß sie niemals ohne Kraft belassen wird, daß sie in kurzer Zeit aus Mir Selbst zu reden vermag, und dann wird sie ihre Mission auf Erden erfüllen, die Zweck und Ziel ihres Erdenlebens ist. Dann ist sie nur noch für Mich tätig, und mit Freuden wird sie Mein Wort verbreiten und vertreten, denn sie ist voll überzeugt, daß Ich Selbst zu ihr spreche, und jedem Wort legt sie daher größte Bedeutung bei. Und es wird der Mensch Kraft empfangen in großem Ausmaß. Jedes Schwächegefühl wird von ihm abfallen, jede geistige Gabe voll ausgenutzt und verwertet, und erfolgreich und segenbringend wird seine Tätigkeit sein, wo er unter Menschen weilt. Und dieses euer Wirken steht kurz bevor. Ich weiß um euren Willen und um eure Glaubensschwäche, Ich weiß aber auch um die Veränderung, die sich in kurzer Zeit für euch ergeben wird, Ich weiß um die Not und das Leid der kommenden Zeit, wie Ich aber auch weiß um euren Willen zum Glauben und um die Stärke eures Glaubens. Und entsprechend werde Ich euch mit Kraft bedenken und euch niemals allein lassen, was auch kommen mag. Und darum haltet euch stets an Mein Wort, entziehet Meinem Wort die Kraft, mit der Ich es gesegnet habe, werdet in Wahrheit Meine Kinder, die sich dem Vater vertrauensvoll hingeben, und glaubet, daß Er euch sicherlich erretten wird, so ihr in Not seid. Denn wer Meine Stimme erkennt, der ist Mein Kind, und sein Leben ist Meine Sorge; wer an Mich glaubt, der wird auch Meine Stimme zu hören vermögen; doch wer das Tönen Meiner Stimme in Frage stellt, der ist nicht Mein Kind, und wenn er gleich sich Mir verbunden glaubt. Die Schafe erkennen die Stimme ihres Hirten, und sie werden ihm folgen, so er sie rufet. Ich aber bin der gute Hirt, Der nicht eher ruhet, bis Er Seine Schafe gefunden hat....

Amen

Vertaler
This is an original publication by Bertha Dudde