Vergelijk Kundgabe met vertaling

Meer vertalingen:

Zonde tegen de GEEST

Het moet als een zonde tegen de GEEST worden beschouwd als de mensen het door MIJ aan hen aangeboden Woord als waarheid inzien en het toch niet willen aannemen, d.w.z. Mijn dienaren op aarde afwijzen of er geen waarde aan hechten om Mijn Woord in ontvangst te nemen. Het is een bijzondere genade als Mijn Woord aan de mens wordt overgebracht, want het is het brood dat uit de hemelen komt en daarom ook een bijzondere uitwerking heeft op de menselijke ziel. Het is gegeven door de Stem van de GEEST, het is Mijn GEEST, DIE Zich met de Geestvonk in de mens verbindt, het is het hoogste geestelijke goed, een genadegave van 'n heel onvoorstelbare waarde en het moet met dank worden ontvangen en ook als kostbare genadegave worden gewaardeerd door hem die het als Mijn geschenk inziet, die zich door de waarheid voelt aangeraakt, die moet erkennen dat het naar zijn inhoud waardevol en van goddelijke oorsprong is.

En begrijpelijkerwijs zondigt zo'n mens tegen de GEEST, als hij Mijn Woord onverschillig aanneemt, als hij zich verzet om zich de inhoud tot geestelijk eigendom te maken, doordat hij er over nadenkt en zijn standpunt tegenover zijn inhoud bepaalt. Want IK Zelf ben hem nader gekomen en hij schenkt geen aandacht aan MIJ, IK heb aan zijn deur geklopt en wenste binnengelaten te worden en hij neemt MIJ niet op, IK spreek tot hem en hij luistert niet naar MIJ, IK bied hem brood en wijn aan, Mijn vlees en Mijn bloed en hij wijst af, wat voor hem verkwikking en versterking moet zijn voor zijn levensweg op aarde.

En bij wie IK eenmaal dichterbij ben gekomen, zonder te zijn opgenomen, zal zeer lang moeten worstelen voor hem weer de genade ten deel valt, hij zal door MIJ niet makkelijk weer worden uitgenodigd voor het avondmaal, want hij nam Mijn eerste uitnodiging niet aan. En de zonde tegen de GEEST weegt uitermate zwaar, want ze kan 'n totaal gebrek aan inzicht als gevolg hebben, het kan de mens volledig verblinden in de geest, omdat IK Zelf hem dan het vermogen om in te zien afneem, als hij eenmaal het licht tracht te doven door zijn weigering, omdat hij wel het schijnen van het licht waarneemt en toch de weg niet begaat die voor hem helder wordt verlicht, omdat hij liever op de oude weg verder gaat, waarvan IK hem wil afhalen en op de juiste weg leiden.

Wie het werkzaam zijn van de GEEST kan inzien, heeft ook de verplichting kennis te nemen van de inhoud van de kennisgevingen, die afkomstig zijn uit Mijn rijk, want IK doe de mensen op aarde waarlijk een kostbaar goed toekomen en als het geloof aanwezig is dat het geestelijke goed afkomstig is van MIJ, moet het ook gewaardeerd worden als goddelijk geschenk, het moet vol vreugde worden ontvangen en overal heen verbreid, opdat ook de medemensen die niet in staat zijn zelf de Stem van de GEEST in zich te vernemen, in de zegen van Mijn openbaringen terecht komen.

En die het als Mijn geschenk in ontvangst nemen, zullen gezegend zijn, want ze ontvangen MIJ Zelf en verblijven voortaan in Mijn genade. IK Zelf ben nu bij hen en Mijn tegenwoordigheid verzekert hun voortdurend leiding, voortdurend hulp in elke nood en een mate van genade, die ze zelf door hun liefde tot MIJ kunnen vergroten en op aarde zeker hun doel bereiken - dat ze zich vormen tot lichtwezens omdat Mijn Woord hun tegelijkertijd kracht verschaft, om welke reden ieder mens begrijpelijkerwijs leeg heengaat die zondigt tegen de GEEST.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Gerard F. Kotte

Sünde wider den Geist....

Als Sünde wider den Geist muß es betrachtet werden, wenn die Menschen das ihnen von Mir gebotene Wort als Wahrheit erkennen und sie es doch nicht annehmen wollen, d.h. Meine Diener auf Erden zurückweisen oder keinen Wert darauf legen, Mein Wort in Empfang zu nehmen. Es ist eine besondere Gnade, so dem Menschen Mein Wort vermittelt wird, denn es ist das Brot, das aus den Himmeln kommt und daher auch von besonderer Wirkung ist auf die menschliche Seele. Es ist gegeben durch die Stimme des Geistes, es ist Mein Geist, der sich mit dem Geistesfunken im Menschen verbindet, es ist höchstes Geistesgut, eine Gnadengabe von so unfaßbarem Wert, und es soll mit Dank empfangen werden und als köstliche Gnadengabe auch gewertet werden von dem, der es als Mein Geschenk erkennt, der sich von der Wahrheit berührt fühlt, der es inhaltsmäßig als wertvoll, als göttlichen Ursprungs anerkennen muß. Und verständlicherweise versündigt sich ein solcher Mensch gegen den Geist, so er Mein Wort gleichgültig hinnimmt, so er sich sträubt, den Inhalt sich zu geistigem Eigentum zu machen, indem er darüber nachdenkt und Stellung nimmt zu seinem Inhalt. Denn ihm bin Ich Selbst nahegetreten, und er beachtet Mich nicht; Ich habe an seine Tür geklopft und Einlaß begehrt, und er nimmt Mich nicht auf; Ich rede zu ihm, und er hört Mich nicht an; Ich biete ihm Brot und Wein an, Mein Fleisch und Mein Blut, und er weiset zurück, was ihm Erquickung und Stärkung sein soll für seinen Erdenlebensweg.... Und wem Ich einmal nähergetreten bin, ohne Aufnahme gefunden zu haben, der wird sehr lange ringen müssen, ehe ihm wieder die Gnade zuteil wird; er wird nicht leichtlich wieder eingeladen werden von Mir zum Abendmahl, denn er nahm Meine erste Einladung nicht an.... Und es ist die Sünde wider den Geist überaus schwerwiegend, denn sie kann völlige Erkenntnislosigkeit nach sich ziehen, es kann der Mensch völlig erblinden im Geist, weil Ich Selbst ihm dann die Erkenntnisfähigkeit nehme, so er einmal das Licht zu verlöschen sucht durch seine Weigerung, weil er wohl das Leuchten des Lichtes wahrnimmt und doch nicht den Weg beschreitet, der ihm hell erleuchtet wird; weil er lieber auf dem alten Weg weiterwandelt, von dem Ich ihn herüberleiten will auf den rechten Weg. Wer des Geistes Wirken erkennen kann, der hat auch die Verpflichtung, von dem Inhalt der Kundgaben Kenntnis zu nehmen, die Meinem Reich entstammen, denn Ich entbiete wahrlich ein köstliches Gut den Menschen auf Erden, und so der Glaube vorhanden ist, daß das geistige Gut von Mir seinen Ausgang nahm, muß es auch gewertet werden als göttliches Geschenk, es muß voller Freude empfangen und überallhin verbreitet werden, auf daß auch die Mitmenschen in den Segen Meiner Offenbarungen kommen, die nicht fähig sind, selbst die Stimme des Geistes in sich zu vernehmen. Und die es als Mein Geschenk entgegennehmen, werden gesegnet sein, denn sie empfangen Mich Selbst und stehen fortan in Meiner Gnade.... Ich Selbst bin nun bei ihnen, und Meine Gegenwart sichert ihnen ständige Führerschaft, ständige Hilfe in jeder Not und ein Gnadenmaß, das sie selbst durch ihre Liebe zu Mir erhöhen können und sicher ihr Ziel erreichen auf Erden.... daß sie zum Lichtwesen sich gestalten, weil Mein Wort ihnen gleichzeitig Kraft vermittelt, weshalb verständlicherweise jeder Mensch leer ausgeht, der sündiget wider den Geist....

Amen

Vertaler
This is an original publication by Bertha Dudde