IK ben, DIE ben, van eeuwigheid tot eeuwigheid. IK ben zonder begin en zonder einde. Want IK ben een GEEST DIE in zichzelf Kracht en Liefde is, uit WIE alles voortkomt wat is, DIE Wil en denkvermogen bezit en zodoende in alle Wijsheid werkzaam is.
IK ben, DIE ben... zonder MIJ is er niets en zonder MIJ kan er niets bestaan wat is. IK ben de Kracht die het hele heelal doorstroomt, de Wil die alles regeert en de Liefde die alles behoudt wat uit Mijn Macht is voortgekomen. Van MIJ is alles uitgegaan wat aan zichtbare en onzichtbare scheppingen het heelal vervult, en eeuwig blijft dat, wat door MIJ geschapen is in samenhang met MIJ, want Kracht is niet te delen, ze is niet te scheiden van de BRON van Kracht, ze blijft wat ze is - uitstraling van MIJ Zelf. Alle scheppingen zijn Wil die tot vorm is geworden die met de Kracht werkzaam is en Mijn gedachten tot werkelijkheid laat worden. Maar IK Zelf ben schepping en Schepper tegelijk, want ze bevat Mijn Kracht, de oersubstantie van MIJ Zelf, in zich; dus moet IK Zelf ook overal zijn waar scheppingen van MIJ aan het licht komen.
IK ben een GEEST DIE Almachtig is, Liefdevol en Wijs, DIE voortdurend aktief is en dus werkzaam is in Liefde en Wijsheid, aan WIE niets onmogelijk is, omdat de Kracht van de Liefde niet is voor te stellen en ze geen grenzen kent. IK ben een GEEST en dus zonder tijd en ruimte, IK ben van eeuwigheid en overal, niets blijft voor MIJ verborgen, niets is voor MIJ onbereikbaar, want IK ben het enig volkomen WEZEN en uit MIJ komt alleen het volmaakte voort. Wat in MIJ zijn oorsprong had, was geestelijk dat als Mijn evenbeeld gevormd was in alle volmaaktheid en door de Kracht van Mijn Liefde tot leven werd gebracht. Het was een deel van MIJ, onlosmakelijk met MIJ verbonden, het was Mijn uitstraling, die IK een vorm gaf, die nu als vrij zelfstandig wezen net als IK, kon scheppen en vorm geven door Mijn Kracht die aan een stuk het wezen toestroomt.
En Mijn GEEST doorstroomt alle wezens die van MIJ zijn uitgegaan. En dus ben IK Zelf in hen, en IK zal nooit ophouden te bestaan, net als ook het wezenlijke dat van MIJ is uitgegaan nooit kan vergaan, omdat het een deel van MIJ, van de Kracht van Mijn Liefde is. En zo getuigt alles van MIJ wat IK geschapen heb, zoals alles Mijn Kracht in zich draagt, want zonder deze Kracht kan niets bestaan. Zichtbaar en onzichtbaar voor het menselijk oog werk IK en Mijn werkzaam zijn is steeds de uiting van Kracht van MIJ, DIE ben van eeuwigheid tot eeuwigheid. Wie MIJ heeft herkend, ziet MIJ overal, hij weet MIJ overal tegenwoordig en hij voelt ME, want met elke ademhaling neemt hij de Kracht van MIJ in ontvangst, die hem Mijn nabijheid verraadt.
En ieder mens die zijn verstand gebruikt, zou MIJ moeten onderkennen, want er is niets dat niet van MIJ getuigt. Het zijn en worden van elk scheppingswerk is in MIJ bepaald en al het geschapene is met Mijn Kracht en Mijn GEEST tot leven gebracht en het leven alleen al is bewijs van Mijn bestaan, het bewijst een Schepper, Die aan Zijn werk het leven gaf, daar geen enkel wezen zich het leven zelf kan geven en in stand houden. En leven draagt alles in zich wat duidelijk zichtbaar is, want zelfs de (schijnbaar) dode materie leeft, niets blijft in zijn uiterlijke vorm bestaan zonder te veranderen, dus is het in zich werkzaam, al is het ook in minimaalste mate, en werkzaamheid is leven.
IK was, IK ben en IK zal blijven in eeuwigheid het volmaaktste WEZEN, DAT tot alles in staat is krachtens Zijn Wil, Zijn Liefde en Zijn Wijsheid, Dat scheppend en gestalte gevend werkzaam is, Dat ontelbare wezens geschapen heeft en hen gelukkig wil maken tot in alle eeuwigheid. Nooit zal een wezen Mijn Volmaaktheid kunnen evenaren en toch trek IK alles naar MIJ omhoog in Mijn nabijheid, om gelukzaligheid te schenken door de uitstraling van Mijn Kracht, die alles doorstroomt wat verlangt naar zijn Oorsprong, dus door rechtstreekse overdracht van Kracht de vereniging met MIJ gevonden heeft, DIE was, ben en blijven zal van eeuwigheid tot eeuwigheid.
Amen
VertalerJe Suis Celui qui suis, d'Éternité en Éternité. Je Suis sans début et sans fin. Parce que Je Suis un esprit, qui est en soi Force et Amour, dont procède tout ce qui est, qui possède une Volonté et une Capacité de Penser et Qui ainsi agit en toute Sagesse. Je Suis Celui qui suis, sans Qui il n'y a rien et sans Moi rien de ce qui est ne peut subsister. Je Suis la Force qui compénètre le Cosmos entier, la Volonté qui règne sur tout et l'Amour qui maintient tout ce qui est procédé de Mon Pouvoir. En Moi tout a eu son Origine, ce qui remplit le Cosmos que ce soit des Créations visibles ou invisibles, et ce qui a été créé par Moi reste éternellement en contact avec Moi, parce que la Force n'est pas divisible, elle ne peut pas être séparée de la Source de la Force, elle reste ce qu’elle est – un Rayonnement de Moi-Même. Toutes les Créations sont Ma Volonté devenue forme, elle agit avec Ma Force et fait devenir Action Mes Pensées. Moi-même Suis Création et Créateur en même temps, parce que Je cache en Moi la Force, la Substance d’UR de Moi Même, en Moi, donc Moi-même Je dois aussi Être partout où des Créations se lèvent de Moi. Je Suis un Esprit qui est tout-puissant, affectueux et sage, qui est toujours actif et donc Qui agit dans l'Amour et dans la Sagesse, et auquel rien n’est impossible, parce que la Force de l'Amour est inimaginable et ne connaît pas de frontières. Je Suis un Esprit et donc hors du temps et de l’espace, Je Suis d'Éternité et partout, rien ne Me reste caché, rien ne M'est impossible à atteindre, parce que Je Suis l'Être le plus parfait et de Moi procède seulement la Perfection. Ce qui a eu son Origine en Moi est spirituel, ce qui a été formé à Mon Image en toute perfection et a été vivifié par Ma Force d'Amour. C’était une partie de Moi, uni avec Moi inséparablement, c’était Mon Rayonnement, auquel J'ai donné une forme, et qui maintenant pouvait créer et former en tant qu’être libre, autonome et semblable à Moi au moyen de Ma Force qui coule également à l'être. Et Mon Esprit coule dans tous les êtres qui sont procédés de Moi. Et donc Moi-même Je Suis en eux, et Je ne cesserai jamais d'Être de même que la substance animique qui a eu son Origine en Moi et qui ne peut jamais disparaître, parce qu'elle est une partie de Moi issue de Ma Force d'Amour. Et ainsi tout ce que J’ai créé témoigne de Moi, tout cache Ma Force en soi, parce que sans Moi rien ne peut subsister. J'agis visiblement et invisiblement à l'œil humain, et Mon Action est toujours l’externalisation de Ma Force, laquelle est d'Éternité en Éternité. Celui qui M'a reconnu, Me voit partout, il Me sait partout présent et il Me sent, parce qu'avec chaque souffle il prend la Force de Moi Qui lui révèle Ma Proximité. Et chaque homme pensant devrait Me reconnaitre, parce que tout ce qui est témoigne de Moi. L'être et le devenir de chaque Œuvre de Création est conditionné par Moi, et chaque créature est vivifiée avec Ma Force et Mon Esprit, et la Vie déjà toute seule est la preuve de Mon Être, elle est la preuve d'un Créateur, qui a donné la Vie à Son Œuvre, or aucun être ne peut se donner tout seul la vie et la conserver. Et la Vie porte en soi tout ce qui est visible, parce que même la matière morte vit, rien ne subsistent dans sa forme extérieure, donc tout est actif en soi, même si c’est dans une moindre mesure et l’activité est la vie. J'Étais, Je Suis et Je resterai dans l’Éternité, l'Être le plus parfait, Qui peut tout grâce à Sa Volonté, à Son amour et à Sa Sagesse, Qui s'active en créant et en formant, Qui a créé d’innombrables entités et veut les rendre heureuses pour toute l'Éternité. Jamais aucun être ne pourra arriver à Ma Perfection, et malgré cela J'attire tout à Moi près de Moi, pour offrir la Béatitude au moyen de Mon Rayonnement de Force qui compénètre tout, et a le désir de son Origine, donc au travers d’une transmission directe de Force il trouvera l'unification avec Moi, Qui Étais, Qui Suis et Resterai d'Éternité en Éternité.
Amen
Vertaler