De goddelijke Wil om vorm te geven liet werken ontstaan die zichtbaar zijn voor het menselijk oog om Zich Zelf aan hen te openbaren in de werken van de schepping. Zijn doel is de mens ertoe te brengen HEM Zelf te onderkennen om dan zijn liefde te winnen en zijn wil naar Zich Zelf te keren. Zodra GOD's Grootte en Heerlijkheid, Zijn Liefde, Almacht en Wijsheid wordt herkend, stuurt de mens ook aan op het hoogste WEZEN.
Doch zonder dit inzicht keert zijn geest zich naar de dingen die hem begeerlijk voorkomen voor het leven op aarde. De mens draagt een liefde in zich die toch verkeerd kan zijn wanneer ze uitgaat naar datgene wat vergankelijk is. Hij zal altijd iets nastreven en het voorwerp van zijn streven moet goddelijk zijn - iets Geestelijks dat volmaakt is, dan is zijn liefde goed. GOD Zelf is het volmaaktste geestelijk WEZEN en het vereist de diepste liefde om naar dit volmaaktste WEZEN te streven. Daarom moet HIJ ook worden onderkend en daarom openbaart HIJ Zich aan de mensen doordat HIJ scheppingswerken voor hun ogen laat ontstaan die getuigen van Zijn Liefde, Almacht en Wijsheid. En de mens die opmerkzaam GOD's schepping aanschouwt, moet HEM leren liefhebben. Hij moet GOD's Liefde voelen en Zijn Wijsheid, Die elk scheppingswerk zijn bestemming heeft toegewezen en hij moet, tegenover Zijn Grootte en Zijn niet te overtreffen WEZEN verzinken in eerbied en ontzag.
Het herkennen van de eeuwige GODHEID heeft onherroepelijk de liefde tot HAAR als gevolg en de mens stuurt bewust op GOD aan, hij probeert met HEM in verbinding te treden, hij biedt zich zelf aan Degene DIE hem heeft voort gebracht aan als Zijn schepsel, om met Hem in verbinding te blijven omdat hij HEM bemint. De liefde tot GOD is de drijfveer van een ijverig streven, zonder liefde behoort de mens toe aan de wereld omdat zijn verkeerde liefde naar haar uitgaat. Om GOD te kunnen liefhebben, moet HIJ echter herkend worden en GOD Zelf helpt de mensen Hem te leren herkennen. HIJ toont Zich aan hen in Zijn Grootte en Macht. In Zijn scheppingen is Hij de mens tastbaar nabij, want alles wat uit Zijn Wil is ontstaan, is in zijn oorspronkelijke substantie geestelijke kracht, dus uitgestroomd uit DATGENE wat HIJ Zelf is - het Krachtcentrum, een onuitputtelijke Bron van Liefdekracht.
GOD is de eeuwige LIEFDE Zelf, HIJ is KRACHT en derhalve in ieder van Zijn scheppingswerken tegenwoordig, wat de mens begrijpelijk wordt als hij GOD heeft herkend, als hij in het WEZEN van de Liefde is doorgedrongen door zijn eigen werkzaam zijn in liefde. Heeft hij dit niveau van inzicht bereikt, het WEZEN en de Kracht van de Liefde te beseffen, dan zoekt hij GOD ook niet meer in de verte, maar is HIJ hem in elk scheppingswerk nabij en zijn liefde tot HEM groeit gedurig en laat hem voortdurend rijpen in inzicht.En ieder mens kan tot het besef van de eeuwige GODHEID komen als hij Haar werken ernstig beschouwt en een serieuze wil heeft door te dringen in een gebied dat vroeger voor hem gesloten was: GOD's werkzaam zijn in en het besturen van het Universum.
GOD stilt de dorst naar kennis van de mens die HEM tracht te doorgronden in een verlangen naar waarheid en streven naar inzicht. Want HIJ wil herkend worden, HIJ wil Zich aan de mensen openbaren, zodat ze met HEM in verbinding kunnen treden. HIJ wil bemind worden door Zijn schepselen en daarom maakt HIJ Zich bekend als Zelf een WEZEN vol van Liefde, Dat hoogst volmaakt is en met het volste recht aanspraak kan maken op de liefde van Zijn schepselen. Maar HIJ wil de mensen niet dwingen HEM te beminnen en daarom staat het eenieder vrij de goddelijke schepping tot zich te laten spreken of er onverschillig aan voorbij te gaan.
Altijd is GOD de mensen nabij in Zijn werken, maar voelbaar alleen voor hen die proberen HEM te herkennen en daarom de grootst mogelijke aandacht aan al die dingen schenken waardoor ze omgeven zijn. Dezen zullen HEM voelen en in liefde tot HEM ontbranden, ze zullen proberen HEM te doorgronden, ze zullen hun gedachten laten dwalen in de oneindigheid en vragen opwerpen die door geestelijke zijde beantwoord worden en ze zullen tot inzicht komen, waarvan het gevolg een streven naar volmaaktheid is om dichter bij het hoogste en volmaakste WEZEN te kunnen komen omdat de mens voelt dat dit het einddoel van zijn aardse leven is, dat hij zich verenigt met GOD uit Wiens Kracht hij eens is voortgekomen.
Amen
VertalerLa Volontà divina di Formazione fece sorgere delle Opere che sono visibili per l’occhio umano, per rivelare Sé Stessa nelle Opere della Creazione. La Sua meta è di guidare l’uomo, per fare riconoscere Sé Stesso, per poi conquistare il suo amore e di rivolgerlo a Se Stesso. Quando la Grandezza e Magnificenza di Dio, il Suo Amore, Onnipotenza e Saggezza vengono riconosciuti, anche l’uomo cerca di avvicinarsi all’Essenza più sublime. Senza questa conoscenza però rivolge il suo senso a cose che gli sembrano desiderabili per la vita sulla Terra.
L’uomo porta in sé un amore che può però essere errato, se è per ciò che è temporaneo. Egli tenderà sempre a qualcosa e l’oggetto del suo tendere deve essere divino, qualcosa di spirituale che è perfetto, allora il suo amore è giusto. Dio Stesso è l’Essere Spirito più Perfetto che richiede l’amore più profondo per Essere avvicinato, e per questo Egli Si rivela agli uomini, facendo apparire delle Creazioni davanti ai suoi occhi che testimoniano il Suo Amore, Onnipotenza e Sapienza. E l’uomo deve imparare ad amare Dio nell’osservare attentamente la Sua Creazione. Deve percepire l’Amore di Dio Che ha assegnato ad ogni Opera di Creazione la propria destinazione, ed egli deve sprofondare in riverenza nei confronti della Sua Grandezza ed Insuperabilità. Il riconoscere l’eterna Divinità ha inevitabilmente per conseguenza l’amore per Lui, e l’uomo tende coscientemente verso Dio, egli cerca di entrare in unione con Lui, porta sé stesso come Sua creatura al suo Procreatore per rimanere in unione con Lui, perché Lo ama. L’amore per Dio è la Forza di spinta del fervente tendenza, senza amore l’uomo appartiene al mondo, perché questo possiede il suo amore sbagliato.
Per poter amare Dio, Egli però deve Essere riconosciuto, e Dio Stesso aiuta gli uomini ad imparare a riconoscerLo. Egli Si mostra loro nella Sua Grandezza e Potenza, nelle Sue Creazioni Egli E’ vicino agli uomini da poterLo toccare, perché tutto ciò che è sorto dalla Sua Volontà, è nella sua sostanza Forza primordiale spirituale, cioè deflusso di ciò che E’ Egli Stesso, il Centro di Forza, una Fonte inesauribile della Forza d’Amore. Dio E’ l’eterno Amore Stesso, Egli E’ la Forza e quindi presente in ogni Sua Opera di Creazione, cosa che diventa comprensibile per l’uomo, quando ha riconosciuto Iddio, quando è penetrato nell’Essere dell’Amore mediante il proprio agire d’amore. Quando ha raggiunto questo gradino di conoscenza di afferrare l’Essere e la Forza dell’Amore, allora non cerca più Dio in lontananza, ma Egli E’vicino a lui in ogni Opera di Creazione, ed il suo amore per Lui cresce costantemente e lo fa continuamente maturare nella conoscenza.
Ed ogni uomo può giungere alla conoscenza dell’eterna Divinità nella seria osservazione delle Sue Opere e seria Volontà, a penetrare in una Regione a lui altrimenti serrata, l’Agire e Regnare di Dio nell’Universo. Dio calma la sete di sapere dell’uomo che cerca di sondarLo nel desiderio della Verità e nel tendere alla conoscenza. Perché Egli vuole Essere riconosciuto, Egli vuole rivelarSi agli uomini affinché possano mettersi in contatto con Lui; Egli vuole Essere amato dalle Sue creature, e per questo Si fa conoscere come Egli Stesso E’ un Essere pieno d’Amore, Che E’ nella più sublime Perfezione e Che può rivendicare a pieno diritto l’amore delle Sue creature. Ma non vuole costringere gli uomini all’amore, e perciò ognuno è libero di far parlare a sé la divina Creazione oppure passare oltre con indifferenza.
Dio è sempre vicino agli uomini nelle Sue Opere, ma percepibile soltanto per coloro che cercano di riconoscerLo e perciò donano a tutte le cose intorno a loro la piena attenzione. Questi Lo percepiranno e s’infiammeranno d’amore per Lui, cercheranno di sondarLo, lasceranno volare i loro pensieri nell’Infinito e porranno delle domande che vengono risposte da parte spirituale, e giungeranno alla conoscenza la cui conseguenza è un tendere alla Perfezione, per potersi avvicinare all’Essere più sublime e perfetto, perché l’uomo sente che questa è la meta finale della sua vita terrena, che si unisca a Dio, dalla Cui Forza è proceduto una volta.
Amen
Vertaler