Vergelijk Kundgabe met vertaling

Meer vertalingen:

Het niet inzien van onrecht - Opkomen voor recht

De verblinding van de mensen gaat zo ver, dat ze niet meer in staat zijn te onderscheiden waar het recht ophoudt en de onrechtvaardigheid begint. Ieder mens oordeelt naar zijn gevoel en dit gevoel beantwoordt aan zijn levenswandel, zijn innerlijke gesteldheid en zijn instelling tot God en de wereld. Het ene is het gevolg van het andere. Het leven van de mens is doorslaggevend, hoe hij het handelen van de medemens beoordeelt. En bijgevolg wordt het onrecht niet meer als zodanig herkend en verafschuwd, maar wordt het geduld en goed gevonden, want de mensheid leeft niet meer in overeenstemming met de goddelijke Wil, maar ver verwijderd van de geboden Gods gaat ze haar weg, ver verwijderd van de geboden der liefde. Als ze er echter op gewezen wordt, de geboden Gods na te komen, wordt zelfs deze aanwijzing als onrecht beschouwd, terwijl de mens openlijk onrechtvaardigheden kan bedrijven, zonder dat dit wordt afgekeurd door de medemensen. En die eersten worden veroordeeld en openlijk gebrandmerkt. En dat is het verkeerde denken van de mensen, het afwijken van het rechte pad.

Maar hij, die rechtschapen denkt, zal zijn recht niet meer kunnen verdedigen. Hij zal zich moeten buigen, zodra hij de aardse macht vreest. En toch moet hij zich niet in de war laten brengen, hij moet handelen en spreken, wat zijn hart hem gebiedt. Hij zal weten, dat - als hij strijdt voor recht en rechtvaardigheid - hij zich inzet voor God, Die Zelf het meest rechtvaardige Wezen is en ditzelfde ook van de mensen vraagt. Hij zal weten, dat zijn zwijgen hetzelfde is als het dulden van ongerechtigheid; dat hij moet spreken, als hij daardoor onrechtvaardigheid kan verhinderen. Hij mag zich ook niet laten afschrikken door dreigingen van de wereld, als het erom gaat de ziel van de medemens te behoeden voor dwaling of verkeerde onderrichting, want deze hebben weer ontelbare verkeerde of onrechtvaardige handelingen tot gevolg. Recht is alles, wat de mens voor God kan verantwoorden of wat zijn geweten hem bij strengste zelfkritiek veroorlooft. Maar wie God Zelf als Rechter over zich, over zijn handelen en denken erkent, zal ook juist worden geleid door de stem van het geweten, die God als vermaner en waarschuwer ieder mens in het hart heeft gelegd.

Amen

Vertaler
Vertaald door: Gerard F. Kotte

Não reconhecimento da injustiça.... Defendendo o que é certo....

A cegueira das pessoas vai tão longe que elas não são mais capazes de distinguir onde termina o direito e começa a injustiça. Cada pessoa julga segundo os seus próprios sentimentos, e estes sentimentos correspondem ao seu modo de vida, à sua atitude interior e à sua atitude para com Deus e o mundo. Uma é a consequência da outra, é a vida do homem que determina como ele julga as ações do seu semelhante. E consequentemente a injustiça já não é reconhecida e detestada como tal, mas é tolerada e aprovada, pois a humanidade já não vive de acordo com a vontade divina, mas percorre o seu caminho longe dos mandamentos de Deus, dos mandamentos do amor. Mas se se aponta para o cumprimento dos mandamentos de Deus, mesmo esta indicação é considerada uma injustiça, enquanto que o ser humano pode praticar uma injustiça aberta sem desaprovar os seus semelhantes. E esses são condenados e denunciados publicamente. E este é o pensamento errado dos homens, o desvio do caminho certo.... Mas a pessoa de pensamento correto não será mais capaz de defender o seu direito, ela terá que se curvar assim que temer a violência terrestre. E, no entanto, ele não deve se deixar distrair, deve fazer e falar o que seu coração lhe ordena, deve saber que se ele luta pela lei e pela justiça, ele está defendendo Deus, que Ele mesmo é o Ser mais justo e também exige o mesmo das pessoas. Ele deve saber que seu silêncio é igual a tolerar a injustiça, que ele deve falar se ele pode assim evitar a injustiça. Ele também não deve ser desencorajado pelas ameaças do mundo onde é necessário proteger as almas dos outros seres humanos de erros ou falsos ensinamentos. Para estes, mais uma vez, resultam em incontáveis ações erradas ou injustas. Certo é tudo o que uma pessoa pode justificar diante de Deus ou que a sua consciência lhe permite fazer com a mais estrita autocrítica. Mas quem reconhece o próprio Deus como juiz de suas ações e pensamentos também será guiado pela voz da consciência, que Deus colocou no coração de todo ser humano como admoestador e admoestador._>Amém

Vertaler
Vertaald door: DeepL