Het geestelijke contact kan steeds tot stand worden gebracht, maar zelden op een zo duidelijke manier, dat het werkzaam zijn van geestelijke krachten duidelijk te herkennen is. Vindt een dergelijke verbinding van het rijk hierna met de aarde plaats, dan is daaraan ook een doel verbonden. En dit maakt het weer begrijpelijk, dat er met zorg wordt toegezien op de inhoud van de bekendmakingen die van boven nu tot de mensen komen.
Aangaande de geloofwaardigheid ervan moet van alle bedenkingen worden afgezien. Want wat bestemd is voor de gehele mensheid en niet alleen voor een enkeling, wordt niet willekeurig of in het wilde weg aan de mensen overgebracht. De geringste tegenstrijdigheid zou de mensen aanleiding geven tot afwijzing. En daar het Gods wil is, hun zuivere lering aan te bieden, zal hij dus ook verhinderen dat het van boven aangebodene is vermengd met dwaling.
De gevende krachten zijn niet willekeurig toegelaten om te onderrichten. Ze ontvangen hun onderrichtingen van God en kunnen er uit eigen wil niets aan toevoegen, want ze voeren alleen de goddelijke wil uit. Ze staan zelf vast in de waarheid en zullen begrijpelijkerwijs geen onwaarheid uitdelen. Maar onwetende wezens zijn krachteloos. Ze kunnen wel de gedachten bezwaren van mensen die op dezelfde trap van onvolmaaktheid staan, maar ze zijn niet in staat geschriften correct te dicteren. Want wereldse capaciteiten vallen in het hiernamaals uit, zodra de toestand van rijpheid gebrekkig is.
Het proces van de overdracht van geestelijke bekendmakingen op deze manier is een daad van geestelijke overdracht van kracht. Geestelijke kracht kan alleen worden overgedragen door een lichtwezen, omdat dit ook een ontvanger en drager is van kracht. Maar onwetende wezens of wezens met een gebrekkig weten, ontbreekt het ook aan kracht. En bijgevolg kunnen er niet zulke geschreven dictaten tot stand komen, omdat die immers eerst het gevolg zijn van uitstraling van geestelijke kracht.
De aan de mens toebedeelde levenskracht is niet voldoende om in een zo korte tijd geschriften met geestelijke inhoud te laten ontstaan. Er zijn dus ontegenzeglijk geestelijke krachten aan het werk. En andere dan wetende krachten kunnen niet iets geven wat ze zelf niet bezitten. Maar wetende krachten zijn verbonden met God. Dat wil zeggen: hun wil is Gods wil en wat ze realiseren, doen ze in opdracht van God.
Onwetende krachten zouden, wanneer ze het zouden kunnen, op deze manier de hele wereld met dwaling bedelen. En de geestelijke chaos zou niet te overzien zijn. Weliswaar kunnen onrijpe wezens door middel van gedachten op eveneens onrijpe mensen inwerken. En dan is het gevolg een geheel verkeerd denken, een verkeerde zienswijze onder de mensen, die echter steeds door nadenken werd verkregen.
Maar overgebrachte mededelingen die zonder nadenken tot de mensen komen, zijn overdrachten van geestelijke kracht. Dat wil zeggen: geestelijke wezens die zelf over buitengewone kracht beschikken, brengen deze verder over op een mensenkind dat bereidwillig is te ontvangen, dat zijn wil geeft, dat wil zeggen zich als ontvangststation gereed houdt.
Dit proces is duidelijk herkenbaar, want de resultaten zijn aanwezig. Ze zijn ontstaan zonder enig hulpmiddel. Ze kunnen niet met het denken van de mens worden uitgelegd, want het verstandelijk denken brengt in een zo korte tijd een dergelijke inhoud van betekenis niet tot stand. Bijgevolg moet er een kracht aan het werk zijn, die buiten het aardse haar oorsprong heeft.
En wordt er dan een kracht erkend, dan kunnen alleen goede wezens de gevers zijn. Want zij alleen kunnen kracht uitdelen en verder leiden, omdat ze zelf met kracht zijn doorstroomd. Omdat ze ontvangers van kracht uit God zijn, dus dezelfde wil hebben als God.
Op het ongewone van het gebeuren wordt al heel gauw geen acht geslagen. En er wordt de scherpste kritiek uitgeoefend op de inhoud. Maar deze is niet te weerleggen. En dat zou al voldoende moeten zijn om te concluderen dat er een gever is die niet in het rijk van de boze is te zoeken.
De tegenstander bedient zich waarlijk van andere middelen, dan de mensheid te wijzen op het goede en edele. Hij verkondigt geen liefde, maar haat. Hij probeert niet het licht te brengen, maar het denken van de mensen in de war te brengen. Maar hier worden de mensen duidelijk en begrijpelijk wijsheden aangeboden, die alleen maar wetende krachten kunnen overbrengen. En alle wezens die wetend zijn, werken in opdracht van God.
Amen
VertalerSpiritual contact can always and forever be established, yet rarely in such obvious ways that the working of spiritual forces is clearly recognisable. If such contact from the beyond to earth happens then it is also for a purpose and this, in turn, explains that the contents of the proclamations which are conveyed to people from above are carefully safeguarded. All reservations regarding their credibility must be put aside, for that which is intended for the whole human race and not just for an individual human being is not being arbitrarily or indiscriminately imparted to a person. The least contradiction in the contents would cause people to reject it. And since it is God's will to offer them a pure teaching He will also prevent the information from above being interspersed with errors. The giving forces are not arbitrarily permitted to teach; they receive their instructions from God and cannot add to it of their own will, for they only carry out the divine will. They are living in truth themselves and, understandably, will not distribute untruth. Ignorant beings, however, are powerless.... They are certainly able to harass the thoughts of people which are on the same level of imperfection as they are but they lack the ability to dictate correct manuscripts.... For worldly abilities are excluded in the beyond as soon as the state of maturity is imperfect.... The process of transmitting spiritual proclamations in this way is an act of spiritual transference of strength.... However, only a being of light is able to distribute spiritual strength, because it is also a recipient and bearer of strength. But ignorant beings or beings with inadequate knowledge also lack strength, consequently, such transcripts cannot take place because they are, after all, the outcome of emanation of spiritual strength in the first place. People's allocated vitality is not enough to produce documents of spiritual content in such a short space of time.
Thus spiritual forces are undeniably at work, and other forces apart from the knowledgeable ones are incapable of giving something they don't possess themselves. Knowledgeable forces, however, are united with God, that is, their will is God's will, and whatever they undertake is done on God's instructions. Were they able to do so, ignorant forces would spread error all over the world in this way and the spiritual chaos would be incalculable. Immature beings are certainly able to mentally influence likewise immature people which results in a completely wrong way of thinking, a completely wrong attitude amongst humanity, but this has always been achieved through deliberation. However, people who receive transmissions without deliberation are experiencing remote effects of spiritual strength, that is, spiritual beings with extraordinary strength at their disposal pass these on to a receptive earthly child which only offers its will, i.e. which keeps itself open as a receiving terminal. This process is visibly recognisable, because the results exist.... they came into being without any means of help, they cannot be explained as a product of human intelligence, for intelligent thought is unable to produce such content within such a brief time span. Consequently it has to be the working of a force which originates from outside the earthly sphere. And if a force is being acknowledged then only good beings can be the givers, for they alone can distribute and forward strength because they are permeated by strength themselves, since they are recipients of strength from God, thus they also share God's will. The fact that the process is extraordinary is very soon ignored and the content is most harshly criticised.... This, however, cannot be refuted and that itself should be enough to infer a giver who cannot be found in the realm of evil. The adversary truly uses other means than to refer humanity to that which is good and noble.... He does not preach love but hatred.... he does not try to bring enlightenment but intends to confuse people's thinking. But here is wisdom clearly and understandably presented to people which only informed forces are able to convey, and all knowledgeable beings work on the instruction of God....
Amen
Vertaler