Het is een onbeschrijflijk grote verdienste het woord Gods te verspreiden. Dat wat door Gods genade aan de mensen wordt overgebracht, moet niet alleen het bezit van een enkeling blijven. Integendeel, het moet verder worden geleid naar de vele mensen die het nodig hebben voor hun zielenheil. De mensheid bevindt zich erg in nood. Ze staat zo ver van God af, dat ze ook Zijn wil niet meer herkent en in volledige onwetendheid door het leven op aarde gaat. De taak van de mens op aarde vereist echter kennis van wat God van de mensen verlangt en dus moet deze hun worden overgebracht. En daarom kiest God mensenkinderen uit die bereid zijn Hem te dienen en geeft hun de opdracht de mensen Zijn wil bekend te maken. Hij zelf onderricht hen tevoren, opdat ze nu hun weten kunnen doorgeven aan de medemensen. Zonder daadkrachtige hulp gaat de mensheid te gronde en daadkrachtige hulp kan alleen het woord van God zijn.
Maar tegenwoordig wordt door de mensen alles afgewezen wat aan God doet denken of op gebruikelijke, traditionele wijze over God wordt geleerd. En daarom geeft God de mensen opnieuw Zijn woord. Hij geeft hun opheldering over hun bestemming en hun taak. Hij wil door Zijn woord dichter bij hen komen. Hij wil ze vertrouwd maken met alles wat de schepping in zich draagt. Hij laat hun de samenhang van alle dingen inzien en geeft hun de geboden die basisvoorwaarde zijn voor het opgaan naar God. En bereidwillige mensen moeten de goddelijke gaven helpen verbreiden. Ze moeten er vlijtig naar streven de goddelijke openbaringen voor de mensheid toegankelijk te maken. Ze moeten als ijverige dienaren van God voortdurend Zijn werkzaamheid verkondigen. Ze moeten de medemensen laten delen in het kostelijke geschenk van genade, opdat het goddelijke woord ingang zal vinden onder de mensen, hun geloof zal versterken en hen aanspoort alles te doen om naar Gods welgevallen te leven, dus de geboden van de liefde voor God en de naaste te vervullen.
Als de mens op de hoogte is van Gods wil, kan hij pas ter verantwoording worden geroepen wanneer hij deze niet nakomt. De onwetenden kunnen weliswaar niet ter verantwoording worden geroepen, maar ze kunnen ook niet hun bestaan op aarde benutten en tot hogere geestelijke rijpheid komen, ofwel ze moeten uit eigen aandrang buitengewoon werkzaam zijn in liefde. Dat wil zeggen: de liefde moet in hen zijn, maar dan zullen ze ook op de hoogte zijn van de zin en het doel van het aardse bestaan en van hun taak. Want God deelt Zijn woord mee aan allen die het begeren, alleen niet altijd uiterlijk zichtbaar, maar in de vorm van de overdracht van gedachten. Maar diegenen tot wie het woord zo komt dat ze het kunnen opschrijven, hebben in het bijzonder ook de verspreiding van dit woord als taak, want ze ontvangen grote genade en moeten daarom ook geven. Ze moeten het evangelie verkondigen aan allen die het niet afwijzen.
Amen
VertalerIl est indescriptiblement méritant de répandre la Parole de Dieu. Ce qui est transmis aux hommes par la Grâce de Dieu ne doit pas rester uniquement un bien individuel, mais être diffusé à beaucoup d'hommes qui en ont besoin pour le salut de leur âme. L'humanité est dans une grave misère, elle est si loin de Dieu qu’elle ne reconnaît plus Sa Volonté et passe au travers de la vie terrestre dans une totale ignorance. Cependant la tâche terrestre de l'homme exige le savoir de ce que Dieu attend des hommes, et ainsi ce savoir doit leur être transmis, et donc Dieu élit pour cela des fils terrestres qui sont prêts à Le servir, et Il leur donne la charge d'annoncer aux hommes Sa Volonté. Lui-Même les instruit auparavant pour que maintenant ils puissent transmettre au prochain leur savoir. Sans une aide active l'humanité meurt, et l'aide active peut être seulement la Parole de Dieu, mais pour l'instant les hommes refusent tout ce qui les inciterait à se tourner vers Dieu ou bien qui est enseigné d’une manière traditionnelle sur Dieu. Et donc Dieu donne de nouveau aux hommes Sa Parole. Il leur fournit l'éclaircissement sur leur destination et leur tâche. Il veut être près d'eux au moyen de Sa Parole, Il veut leur faire connaître ce qui se cache dans la Création ; Il leur fait reconnaître le lien entre toutes les choses et Ses Commandements qui sont la Condition de base pour la remontée vers Dieu. Et les hommes de bonne volonté doivent aider à répandre ce Don divin ; ils doivent être fervents, rendre accessibles à l'humanité les Révélations divines ; ils doivent toujours et toujours annoncer Son Action en tant que fervents serviteurs de Dieu ; ils doivent faire participer le prochain aux délicieux Dons de la Grâce, pour que la Parole divine trouve accès parmi les hommes, fortifie leur foi et les stimule à se donner du mal pour vivre en étant complaisants à Dieu, c'est-à-dire en s'acquittant des Commandements d'amour pour Dieu et pour le prochain, si l'homme connaît la Volonté de Dieu, il peut être appelé à en répondre seulement s'il ne les acquitte pas. Certes, les ignorants ne peuvent pas être tenues pour responsables, et ils ne peuvent pas utiliser leur vie terrestre et arriver à une haute maturité spirituelle, à moins d’être extraordinairement actifs dans l'amour par leur propre poussée, en eux il doit y avoir l'amour, mais alors ils sauront aussi le sens et le but de la vie terrestre ainsi que leur tâche ; parce que Dieu communique Sa Parole à tous ceux qui la désirent, seulement pas toujours d’une façon visible extérieurement, mais sous la forme d'une transmission mentale. Mais ceux auxquels la Parole arrive de sorte qu’ils puissent l'écrire, ont aussi l’obligation de répandre cette Parole, parce qu'ils reçoivent une grande Grâce et donc ils doivent aussi la redonner. Ils doivent annoncer l'Évangile à tous ceux qui ne la refusent pas.
Amen
Vertaler