Het onvermogen om geestelijk te beseffen berust op een gebrek aan wil van de mens om een standpunt in te nemen ten aanzien van geestelijke vragen. Aardse vraagstukken kunnen ook alleen maar opgelost worden, wanneer de mens zich er steeds maar weer mee bezighoudt en zich dus inspant om erin binnen te dringen. Het oplossen van geestelijke vraagstukken vereist een erin willen dalen en de wil om hier opheldering over te krijgen. Elk antwoord vereist van tevoren een vraag. Die vraag getuigt weer van het verlangen naar kennis en het verlangen naar kennis garandeert dan ook het vermogen om te beseffen, zonder welke de mens niet in staat is om de waarheid als zodanig in zich op te nemen.
Maar waar een zeker gebrek aan wil onverschilligheid tot gevolg heeft, zou er op opheldering helemaal geen acht geslagen worden. En zodoende vloeit de kracht wel naar de mens, wanneer hiernaar verlangd wordt, maar aan de mens die er niet naar verlangt, kan ze niet gegeven worden. De geestelijke stromingen willen dat er acht op geslagen wordt. Ze stromen niet in het wilde weg naar de mensen, maar enkel degene die zich bereidwillig opent, zal deze gewaarworden en alleen maar deze zal ook de zegen van de geestelijke opheldering herkennen.
Maar de mensen, die niet de drang in zich voelen om kennis te vergaren, zullen totaal niet onder de indruk raken. Ze horen en toch dringen de woorden niet door tot in het hart. Ze zijn niet in staat om de samenhang van de dingen te begrijpen. Hun verstand neemt niet op wat aan de oren overgebracht wordt, omdat hun zinnen en streven nog toebehoren aan de wereld en geestelijke vragen onbelangrijk lijken.
Dus zullen wereldsgezinde mensen zich afwenden van degenen, die geestelijk actief zijn. Ze zullen een afkeer krijgen van alles wat problematisch is, want het komt hen zin- en doelloos voor om zich in gedachten te verdiepen, die naar hun mening nooit zo opgelost kunnen worden, dat er geen twijfel blijft bestaan. Het blijven steeds alleen maar vermoedens voor hen, waar ze weinig geloof aan schenken en omdat het hen ontbreekt aan het vermogen om het te beseffen, hetgeen hun echter niet gegeven kan worden totdat ze er zelf naar verlangen, is het ook niet mogelijk om zulke mensen te overtuigen.
En het is een groot nadeel voor al deze mensen, dat ze niet vertrouwd gemaakt kunnen worden met geestelijke waarheden. Dat ze voortdurend in het duister tasten en hun geestelijke toestand niet verlicht kan worden, omdat het hen aan de wil ontbreekt om in het licht te wandelen. Ze volgen een dwaallicht na, de pracht en praal van de aardse wereld, en ze worden door dit dwaallicht verblind. Het zachte en toch zo helder stralend licht van het inzicht negeren ze, maar het kan hun niet gedwongen worden gebracht. Daarom zullen de mensen in de geestelijke duisternis moeten blijven, totdat ze zelf naar het licht van het inzicht verlangen en het hun nu gegeven kan worden.
Amen
VertalerL'incapacité de la connaissance spirituelle repose sur l'absence de volonté de l'homme de prendre position sur des questions spirituelles. Les problèmes terrestres peuvent être résolus seulement lorsque l'homme s'en occupe toujours et toujours de nouveau et donc s’efforce de les pénétrer. Résoudre des problèmes spirituels cependant demande de se plonger le plus profondément possible dans la volonté d'en recevoir l'Éclaircissement. Chaque Réponse exige d'abord une interrogation, celle-ci témoigne à nouveau du désir pour la connaissance, et ce désir garantit aussi ensuite la Force de connaissance, sans lequel l'homme est incapable d'accueillir en lui la Vérité comme telle. Mais là où une certaine absence de volonté a pour conséquence une indifférence, là un Éclaircissement ne serait pas considéré, et donc à l'homme afflue la Force lorsqu’elle est désirée, mais à l'homme qui ne la désire pas rien ne peut être transmis. Les Courants spirituels veulent être considérés, ils n'affluent pas à l'homme de manière irréfléchie, mais ils sentiront seulement celui qui s'ouvre à eux avec bonne volonté, et seulement celui-ci reconnaîtra la Bénédiction de l'Éclaircissement spirituel. Mais les hommes qui ne ressentent pas en eux la poussée de devenir instruits resteront totalement sans impression. Ils entendent, mais les Mots ne pénètrent pas de toute façon dans le cœur. Ils sont incapables de saisir le lien des choses, leur esprit n’accueille pas ce qui est transmis aux oreilles, parce que leurs pensées et leur tendance appartient encore au monde et les questions spirituelles leur semblent inutiles. Par conséquent des hommes de mentalité mondaine s'éloignent de ceux qui sont actifs spirituellement, ils refuseront toutes les problématiques, parce qu'à eux il semble dépourvu de sens et de but d’approfondir des pensées qui selon leur opinion ne peuvent pas être résolue de façon à ne laisser aucun doute. Pour eux cela restent toujours seulement des suppositions auxquelles ils donnent peu de foi et vu qu’à eux il manque la Force de connaissance et que celle-ci ne peut leur être donnée avant qu'eux-mêmes n'en aient le désir, il n'est pas possible de convaincre de tels hommes. Et cela est le plus grand désavantage pour tous ces hommes, parce qu’à eux il ne peut pas être apporté de Vérités spirituelles car ils vont toujours et continuellement à tâtons dans le noir et leur état spirituel ne peut pas être éclairé, parce qu'à eux il manque la volonté de marcher dans la Lumière. Ils poursuivent une lumière fausse, la splendeur et le faste du monde terrestre, et sont éblouis par cette lumière erronée. Mais ils ne s'occupent pas de la suave Lumière de la connaissance qui brille de toute façon clairement, mais qui ne peut pas leur être apportée par contrainte, donc les hommes devront s'arrêter dans le noir spirituel, jusqu'à ce qu’eux-mêmes aient le désir pour la Lumière et la clarté, et seulement alors elle pourra leur être offerte.
Amen
Vertaler