• Terug

Sleutel tot kennis – Poort – Geloof – Poortwachter

De niet-onderzochte geestelijke kracht is de ontbrekende sleutel tot kennis. En deze geestelijke kracht valt weer niet te bewijzen, maar ze kan enkel door het geloof bevestigd worden. Maar de gelovige mens zal ook het bewijs kunnen leveren. Dat wil zeggen dat voor hemzelf de uitingen van de geest het bewijs zijn, terwijl de ongelovige mens ook een duidelijk werkzaam zijn van de geest ontkennen zal en daarom nooit tot het inzicht kan komen.

Er is hier een grens getrokken door Gods wijsheid. Degene, die deze grens in het geloof overschrijdt, heeft ook de sleutel tot de kennis gevonden. Maar de ongelovige moet er genoegen mee nemen geen kennis te hebben, voor zover hij de kennis niet aannemen wil, die de gelovige mens hem geeft.

Het geloof is dus de poort en aan gene zijde van deze poort is de geest uit God werkzaam. Maar degene, die niet door deze poort naar binnen wil gaan, zal de goddelijke geest en zijn kracht nooit gewaarworden, want hij ontzegt zichzelf de toegang tot dat, wat van God getuigt. Hij zal ook nooit het werkzaam zijn van de geest verstandsmatig kunnen onderzoeken. En juist dat maakt dat de ongelovige, die alles afwijst wat hij geloven moet, bewezen wil hebben.

Het geloof vraagt niet naar bewijzen. Hij aanvaardt overeenkomstig het gevoel in het hart. Wat voor de gelovige mens onbegrijpelijk lijkt, bewijst hij met Gods liefde, wijsheid en almacht. Hij erkent God en zodoende zoekt hij niet meer naar bewijzen, maar hij vindt in het wezen van de eeuwige Godheid de bevestiging van dat, wat hij geloven moet. En het gevoel van het hart geeft hem hier nauwkeurige richtlijnen voor en zodoende komt de geest van God tot uiting, doordat hij het hart ertoe brengt om dat, wat hem aangeboden wordt, aan te nemen of af te wijzen. En de geest uit God onderwijst het hart werkelijk goed. Dit hart zal precies de waarheid van de leugen weten te onderscheiden en dus de juiste kennis hebben.

Maar er is de mens, wiens wil zich niet van de sleutel tot de kennis bedient, nooit opheldering te geven. Hij staat voor een gesloten poort, die ondoordringbaar is en niet het minste doorkijkje toestaat. En hij kan op geen enkele andere manier in het gebied achter de poort komen en de poortwachter zelf, het geloof, moet de deur voor hem openen of deze zal voor eeuwig voor hem gesloten blijven.

Amen

Key to knowledge.... Gate.... Faith - Gatekeeper....

The unexplored spiritual power is the missing key to knowledge. And again, this spiritual power cannot be proven but can only be affirmed through faith. The believing person, however, will also be able to provide the proof, that is, the utterances of the spirit will be proof for him, whereas the unbelieving person will also deny the obvious working of the spirit, and therefore will never be able to recognise it. A boundary has been drawn here by God's wisdom. Whoever crosses this boundary in faith has also found the key to knowledge. But the unbeliever must be content to stand outside of knowledge unless he wants to accept the knowledge that the believer imparts to him. Faith is therefore the gate, and beyond this gate works the spirit out of God.... However, anyone who does not want to enter through this gate will never be able to feel the divine spirit and its power, for he will deny himself access to that which testifies to God.... Nor will he ever be able to intellectually explore the working of the spirit. And this is precisely what rejects the unbeliever who wants to have everything proven that he is supposed to believe. Faith does not ask for proof, it affirms according to the feelings of the heart. What seems incomprehensible to the believer is confirmed by God's love, wisdom and omnipotence.... He recognises God and therefore no longer looks for evidence, but finds confirmation of what he should believe in the essence of the eternal Deity.... And the feeling of the heart gives him precise guidelines, and thus the spirit out of God expresses itself by causing the heart to accept or reject what is offered to it. And the spirit out of God truly instructs the heart correctly. It will know exactly how to distinguish truth from lies, and thus be able to recognise correctly. But information can never be given to a person whose will does not make use of the key to knowledge. He stands before a closed gate which is impenetrable and does not allow the slightest insight. And there is no other way for him to enter the area behind the gate, and the gatekeeper himself, faith, has to open the door for him or it will remain closed to him forever....

Amen