• Terug

Met het verstand onderzoeken – Gelovigen en ongelovigen

Met hoe meer overgave de mens zich aan de zorg van God toevertrouwt, des te gemakkelijker zal zijn aardse leven zijn, want het is de wil van de Vader in de hemel, dat er altijd aan Hem gedacht wordt. Alleen zo kunnen jullie de kracht uit Hem in ontvangst nemen, die hij onbeperkt toe laat komen aan degene, die deze begeert. De mens onderzoekt vaak, waar een enkele vraag om opheldering uitsluitsel zou kunnen geven en toch zal hij ondanks verwijzingen naar onderricht van boven hier geen beroep op doen, omdat hij niet gelooft. En bijgevolg zal hij dwalen, want de juiste kennis zal hij zonder geloof niet vinden.

Het resultaat van de gelovige mens zal steeds van die van de ongelovige afwijken. Het zijn twee verschillende grondbeginselen, die ook verschillende resultaten opleveren. Nooit kan hetzelfde resultaat verwacht worden, wanneer ook de wil om te onderzoeken actief werkzaam is. Dat wil zeggen dat hij alleen maar zuiver verstandsmatig één of ander geestelijk vraagstuk op wil lossen.

Er moet een onderscheid gemaakt worden tussen een mens, die het geloof afwijst en een mens, die nog zoekend en zwak in het geloof is, maar die tot geloven bereid is, als hetgeen hem onderwezen wordt, hem acceptabel lijkt. Deze mens vraagt, maar de ander beweert. Hij stelt verstandsmatig een leer samen en is volledig overtuigd van de waarheid hiervan. Hij heeft daarvoor echter niet in de geringste mate gebruik gemaakt van de goddelijke kracht, dus kan het resultaat ook geen goddelijke waarheid zijn, want de mens die niet aan God vraagt, is geenszins geheel zonder invloed van geestelijke kracht, maar de tegenstander leidt hem nu en steeds met een werkzaamheid, die tegen God gericht is. Daarom laat deze tegenstander ook niet toe, dat het menselijke denken zich nu in de waarheid bevindt, maar ze zal alles doen om het denken te verwarren.

Het verlangen naar de waarheid is ook meestal niet de beweegreden van zijn onderzoeken, maar het vooruitzicht op aards succes spoort hem ertoe aan om zijn verstand te gebruiken. Hij zoekt dus, bewust of onbewust, geen verbinding met wetende krachten, maar hij brengt zuiver verstandsmatig de resultaten van andere onderzoekers samen en stelt een nieuw beeld samen. Hij haalt de wijsheid niet bij de eeuwige Wijsheid Zelf, maar hij maakt zich de gedachtegang van andere eveneens dwalende zielen eigen en het eindresultaat moet onvermijdelijk ook dwaling zijn.

Amen

L’esprit qui cherche - Croyants et sceptiques

Plus fidèlement l'homme se confie à la Providence de Dieu, plus facile sera sa vie terrestre, parce que c’est la Volonté du Père dans le Ciel qu'on pense à Lui en tout temps. Seulement ainsi vous pouvez accueillir de Lui la Force qu'Il laisse arriver sans limite à celui qui la désire. Souvent l'homme enquête là où une simple demande pour obtenir une explication pourrait lui apporter l'éclaircissement mais malgré les indications de l'Enseignement, il ne le demandera pas en haut parce qu'il ne croit pas. Et par conséquent il marchera dans l'erreur, parce que sans foi il ne peut pas trouver la juste connaissance. Le résultat de l'homme croyant déviera toujours de celui du mécréant ; ce sont à la base deux prédispositions différentes qui procurent aussi des résultats différents. On ne peut jamais atteindre le même succès, même si la volonté d'enquêter est très active, c'est-à-dire si on veut résoudre seulement un problème spirituel avec le simple entendement. Il doit être fait une différence entre un homme qui refuse la foi et un homme faible de foi qui cherche encore, mais qui est prêt à croire si ce qui lui est offert lui semble acceptable. Cette personne demande, mais l'autre affirme. Ce dernier s’agence lui-même intellectuellement un enseignement et il est totalement convaincu de sa vérité, mais il n'a demandé aucune aide à la Force divine, donc le résultat ne peut pas être une Vérité divine, parce que l'homme qui ne demande pas à Dieu, n'est pas influencé par la force spirituelle, mais maintenant il est sous l’influence de la force opposée, et agit toujours d’une manière contraire à Dieu. Donc cette force contraire ne permet pas que la pensée de l'homme se trouve dans la Vérité, mais elle fera tout pour confondre la pensée de l'homme. Le motif de sa recherche n'est presque jamais le désir pour la Vérité, mais l'espoir d’un succès terrestre le pousse à employer son entendement. Donc il ne cherche aucune liaison avec les Forces sages, ni consciemment ni inconsciemment, mais il met ensemble les résultats purement intellectuels d'autres chercheurs et se construit une nouvelle image. Il ne cherche pas la Sagesse de l'éternelle Sagesse Elle-même, mais il fait sien le cours des pensées d'autres hommes errants et le résultat doit être inévitablement aussi une erreur.

Amen