De leer van Christus is een samenstel, die alleen op innerlijkheid berust en elke uiterlijkheid ontbeert. Alleen dat, wat zo’n effect heeft, dat dit het wezen van de mens overeenkomstig de wil van God vormt, zal steeds als de leer van Christus kunnen gelden. De uiterlijke vorming daarentegen draagt niet aan de verandering van het wezen bij. Ze laat het innerlijke onberoerd.
Toen Jezus de Zijnen in Zijn leer onderwees, gaf Hij hun geen voorschriften of aanwijzingen voor wat betreft de duidelijk zichtbare vorm, waarin ze naar buiten toe deze leringen van Hem onder de mensen moesten verspreiden. Hij maakte dus het opvolgen van Zijn leer niet afhankelijk van uiterlijkheden, maar het goddelijke woord moest zuiver en eenvoudig onderwezen, aangenomen en opgevolgd worden. Er zijn ook geen aanwijzingen gegeven voor een bouwwerk, dat vol kracht en macht voor eeuwige tijden moest blijven bestaan.
Jezus heeft alleen de werkzaamheid van discipelen, die God wilden dienen en hun opvolgers, in beelden voorgesteld, doordat Hij Petrus de sleutelmacht gaf om naar zijn inzicht los te maken of te binden. Hij heeft hem daarmee voorbestemd om zich voor de goddelijke leringen in te zetten en ze daar te verspreiden, waar de mensen bereidwillig waren om ze op te nemen. Maar ze aan degenen, die nog te zeer door de geest van de wereld gevangengehouden werden, te ontzeggen, want zij herkenden niet, wat hun geboden werd. En dus maakte Jezus het verspreiden van Zijn leer afhankelijk van het willen ontvangen door de mensen.
Wat jullie bindt, zal ook in de hemel gebonden zijn. Wat jullie losmaken, zal ook in de hemel losgemaakt zijn. Deze woorden zijn er alleen maar de bevestiging van, dat de Heer op aarde Zijn discipelen aanwees om Zijn goddelijke woord te verspreiden. En als de discipelen de mensen als bereidwillig om het woord te ontvangen herkenden, moesten ze hen binnenleiden in de goddelijke liefdesleer, waarvan het opvolgen een totaal vrij worden uit de gebonden vorm oplevert.
Waar echter de vreugde van het ontvangen van het goddelijke woord ontbreekt en dit slechts als holle klank aangenomen wordt, kan het proces van het vrij worden zich niet voordoen en bijgevolg zal in het hiernamaals dezelfde geboeide toestand het lot zijn van degene, die aan het woord van Zijn dienaren op aarde geen geloof schonk.
Maar Zijn dienaren op aarde zijn degenen, die zonder allerlei uiterlijkheden enkel in het streven om God de Heer te dienen en de mensheid te helpen, de leer van Christus onder de mensen op aarde verspreiden. Deze dienaren van Hem zullen dus verlossend werkzaam kunnen zijn, omdat ze niets anders meer nastreven, dan de mensen verlossing te brengen uit de gebonden toestand. Ze zullen echter ook beseffen, dat de mensen eeuwig niet bevrijd worden, als ze deze innerlijke leer van Christus niet aannemen en er niet naar leven. Ze zullen ook in gebonden toestand het hiernamaals binnengaan.
De leer van Christus is iets, wat zo diep innerlijk is, dat het niet vervangen kan worden door vormen en uiterlijkheden en degene, die ophoudt met de vormen en uiterlijkheden, maar innerlijk onberoerd blijft en dus de leer van Christus niet overeenkomstig de wil van God opvolgt, zal gebonden blijven. Al het goddelijke verheft jullie, al het menselijke trekt jullie omlaag. De leer, die Jezus de Zijnen op aarde gaf, was goddelijk en moet dus ook tot verlossing uit de diepte leiden.
Als echter mensenwerk deze zuivere leer misvormt, zal, als er meer acht geslagen wordt op dat mensenwerk, de leer aan kracht verliezen, want alleen het zuiver goddelijke is vol kracht en deze kracht heeft een verlossende werking, terwijl al het menselijke de wil van de mens verzwakt en het verklaart de gebondenheid, zolang de mens de leer van Christus juist in die vorm in ontvangst neemt, die afwijkt van wat de Heer Zelf op aarde onderwezen heeft.
De Heer heeft Zijn discipelen, van wie het wezen vol innerlijkheid was, uitverkozen. En voortaan zullen degenen, die zich innerlijk naar Zijn wil vormen Zijn volgelingen zijn, want hun zal inzicht gegeven worden, zodat ze deze zuivere leer van Christus herkennen en die overeenkomstig de wil van God verspreiden.
Amen
VertalerO ensinamento de Cristo é uma estrutura que se baseia apenas na interioridade e carece de qualquer exterioridade. Portanto, somente aquilo que tem o efeito de moldar a natureza do ser humano de acordo com a vontade de Deus pode ser considerado como o ensinamento de Cristo. A forma exterior, por outro lado, não contribui para a mudança do ser, ela deixa o ser interior intocado. Quando Jesus instruiu os Seus nos Seus ensinamentos, Ele não lhes deu nenhum regulamento ou instruções sobre a forma externamente reconhecível na qual eles deveriam espalhar os Seus ensinamentos entre as pessoas. Ele, portanto, não fez a observância dos ensinamentos depender das aparências externas, mas apenas a Palavra divina deveria ser ensinada, aceita e seguida pura e simplesmente..... Também não havia indícios de um edifício que deveria permanecer no poder e na força por toda a eternidade. Jesus apenas retratou a atividade dos discípulos dispostos a Deus e seus seguidores dando a Pedro o poder das chaves para soltar ou amarrar de acordo com seu conhecimento. Assim o chamou a defender os Seus ensinamentos divinos e a difundi-los onde as pessoas estivessem dispostas a recebê-los, mas a negá-los àqueles que ainda estavam demasiado aprisionados pelo espírito do mundo, pois não reconheciam o que lhes era ordenado. E assim Jesus fez a divulgação do Seu ensinamento depender da vontade das pessoas de o receberem.... O que você amarrar também será amarrado no céu.... o que você perder também será solto no céu.... Estas palavras são apenas a confirmação de que o Senhor na Terra instruiu Seus discípulos a espalhar Sua Palavra divina e que os discípulos reconheceram as pessoas como estando dispostas a receber a Palavra divina, a fim de apresentá-las ao ensinamento divino do amor, cuja observância resulta em completa liberdade da forma banidora. Entretanto, onde falta a vontade de receber a Palavra divina e ela só é aceita como som vazio, o ato de libertação não pode ocorrer, e assim o mesmo estado banido será o destino de qualquer pessoa no além que não acredite na Palavra de Seus servos na Terra. Seus servos na terra, porém, são aqueles que espalham o ensinamento de Cristo na terra entre as pessoas sem nenhuma aparência externa, apenas em um esforço para servir ao Senhor Deus e ajudar a humanidade. Estes servos da Sua vontade poderão, portanto, ser redentoramente activos, uma vez que nada mais lutam do que a redenção das pessoas do seu estado banido..... No entanto, eles também perceberão que as pessoas não serão eternamente libertadas se não aceitarem este ensinamento interior de Cristo e não viverem de acordo com ele. Eles também entrarão no além, no estado banido. O ensinamento de Cristo é algo tão profundamente interior que não pode ser substituído por formas e exterioridades, e assim qualquer um que mantém formas e exterioridades mas interiormente permanece intocado e assim não segue o ensinamento de Cristo segundo a vontade de Deus também permanecerá vinculado. Tudo o que é divino te levanta, tudo o que é humano te puxa para baixo.... O ensinamento que Jesus transmitiu aos Seus na Terra era divino e, portanto, também deve levar à redenção do abismo. Porém, se o trabalho humano desfigura esse puro ensinamento, o ensinamento perderá sua força se for dada mais atenção ao trabalho humano, pois só o puramente divino é poderoso, e essa força tem um efeito redentor, enquanto tudo o que é humano enfraquece a vontade do ser humano e isso explica a escravidão, desde que o ser humano aceite o ensinamento de Cristo de uma forma que se desvie do que o próprio Senhor ensinou na Terra. O Senhor mencionou os Seus discípulos cuja natureza estava cheia de intelectualidade.... e continuarão a existir os Seus discípulos na Terra que interiormente se moldam segundo a Sua vontade.... porque serão iluminados para reconhecer o puro ensinamento de Cristo e para o difundir de acordo com a vontade de Deus.....
Amém
Vertaler