In het besef van de noodsituatie van een geestelijk gezonken mensheid zal het wereldgebeuren, dat zowel oorzaak als ook middel ter opheffing van deze noodsituatie is, ook begrijpelijk voor u zijn. Er is in dit opzicht een buitengewoon laag peil op te tekenen, als er van de kant van de mensen geen voorbereidingen getroffen worden om zich op een geestelijk leven, na het aardse sterven, voor te bereiden.
En de gevolgen van deze onverschilligheid zijn niet te overzien. Het is onverantwoord, als de mens zich niet inzet voor zijn zielenheil. Want zijn onverschilligheid heeft tot gevolg, dat zijn geestelijke bekwaamheden onontwikkeld blijven en de mens er dus op los leeft, zonder de geringste geestelijke vooruitgang te kunnen boeken en zijn leven is niet nuttig geleefd.
Daarentegen wordt de geestelijk strevende mens een natuurlijke schadeloosstelling geboden. Hij leeft zijn leven bewust en het zal dus ook niet zonder vreugde zijn. Alleen zijn deze vreugden anders gevormd dan die van de aards strevende mens. Hij vindt troost en innerlijke verheffing in het goddelijke woord. Hij vindt nu pas het juiste levensdoel en hem ontbreekt niets uiterlijks, omdat hij dit niet nastreeft. Hij bezit de innerlijke tevredenheid en schrikt niet van aardse nood, want hij verlangt naar iets anders dan aardse goederen. Dus het wereldgebeuren zal hem ook niet in die mate beroeren, dat het zijn innerlijke vrijheid verstoort. Dit wereldgebeuren zal er veeleer toe bijdragen, dat zijn geloof versterkt wordt.
Maar waar een zodanige instelling niet beschikbaar is, daar is het volledig geestelijke verval de oorzaak van het wereldgebeuren. De mens wil nooit het geestelijke erkennen. Hij stelt zich wel af en toe in verbinding met degenen die weten, maar louter uit eigenbelang. Hij hoopt slechts kennis te verkrijgen, die hij in aards opzicht goed kan gebruiken, maar hij denkt nooit aan zijn ziel. Hij gelooft om zonder voorkennis en een geestelijke instelling binnen te kunnen dringen in een gebied, dat echter werk aan zichzelf en werkzaamheid uit liefde als voorwaarde heeft. En deze opvatting is verkeerd.
Want wat hij nu aan ervaringen verzamelt, zal hem nooit zijn doel laten bereiken. Hij kan deze ervaringen niet benutten, hem ontbreekt de sleutel, die eerst het geestelijke gebied voor hem ontsluit. Hij ontvangt iets, wat niet begrijpelijk voor hem is en hij is daar dus totaal niet van onder de indruk. Hij zal datgene, wat ontvangen is, nu echter niet kunnen benutten, omdat geestelijk goed alleen dan begrijpelijk is, als het door het hart nagestreefd wordt. Dat wil zeggen dat de mens zichzelf waardig maakt voor de ontvangst.
De nood op aarde moet nu in de mens deze drang opwekken, die alleen het geestelijke nastreeft. De nood moet de mens zo vormen, dat geestelijke belangstelling in hem ontwaakt en de wens bij hem opkomt om zijn geestelijke kennis ter wille van de waarheid te ontwikkelen. Dan zal ook deze nood voor de mensen tot zegen zijn en de geestelijk lage stand zal opgeheven worden, want God beoogt slechts, dat de mens zijn aardse opdracht herkent en haar vervult.
Amen
VertalerEn el reconocimiento de la situación difícil de una humanidad espiritualmente hundida, también comprenderéis lo que está sucediendo en el mundo, que es la causa y el medio para remediar esta emergencia. Es un punto bajo extraordinario en el sentido de que la humanidad no está tomando medidas para prepararse para una vida espiritual después de la muerte terrenal. Y las consecuencias de esta indiferencia no se pueden prever. Es irresponsable si el hombre no trata de salvar su alma. Porque su negligencia tiene como consecuencia que sus facultades mentales permanecen subdesarrolladas y que el hombre vive allí sin poder lograr el más mínimo progreso mental y que su vida no es vivida adecuadamente.
Por otro lado, a la persona que lucha espiritualmente se le ofrece un equilibrio natural; él vive su vida conscientemente, por lo que tampoco no será sin alegría, solo que estas alegrías son de una forma diferente a las del hombre que lucha por lo terrenal. Él encuentra consuelo y crecimiento en la palabra divina y solo ahora encuentra el verdadero propósito de la vida, y no le falta nada externo porque no se esfuerza por alcanzarlo.... Él tiene la satisfacción interna, no le asusta la necesidad terrenal, porque desea otra cosa que un bien terrenal. Así que los asuntos mundiales no le afectan en la medida en que perturbe su paz interior, más bien, que este asunto mundial aún ayudará a consolidar su creencia.
Pero donde no existe tal actitud, los asuntos mundiales son la causa del completo declive espiritual. El hombre nunca quiere reconocer lo espiritual, a veces se pone en contacto con personas que saben, pero solo por interés propio. Solo espera obtener conocimientos, que puede aprovechar bien terrenalmente, pero nunca considera su alma. Él cree que puede penetrar en un área sin conocimiento previo y actitud mental, pero que requiere un trabajo en sí mismo y que tiene la actitud amorosa como condición, y esta opinión es errónea. Porque lo que ahora acumula en experiencias nunca le permitirá alcanzar el objetivo. No puede usar este bien, carece de la llave que le abre el área espiritual; recibe algo que no puede entender y, por lo tanto, le deja completamente sin impresión.
Sin embargo, no podrá utilizar lo recibido porque el bien espiritual solo puede entenderse si el corazón se esfuerza por conseguirlo, es decir, el hombre se hace digno de la recepción. La necesidad en la tierra ahora debe despertar en el hombre aquel impulso que sólo desea lo espiritual.... La necesidad debe educar a los hombres de tal manera que el interés espiritual despierte en ellos y se mueva un deseo vivo por adquirir un conocimiento espiritual por el bien de la verdad.... Entonces esta necesidad será una bendición para los hombres y la emergencia espiritual será resuelto porque solo esto el propósito de Dios, que el hombre reconozca su tarea terrenal y trate cumplirla.... Amén
Vertaler