6000 De verrijzenis van het vlees

13 juli 1954: Boek 65

De wil de waarheid te kennen verzekert het ware denken en het juiste inzicht. U, die in de waarheid wilt wandelen u zult de zuiverste waarheid ontvangen en geen dwaling behoeven te vrezen - u zult steeds gezegend zijn als u de waarheid verspreiden wilt. Wat u echter nog onduidelijk is - wat u nog aanleiding tot twijfel geeft - leg dat aan MIJ voor, opdat IK u kan onderrichten en het dan licht in u kan worden.

De leer van de "verrijzenis van het vlees" zoals u mensen haar graag zou willen opvatten, wordt ongegrond als u al iets met het geestelijk weten bekend bent. Als u dichter bij de waarheid gekomen bent en probeert de zin van al Mijn Woorden geestelijk te verklaren. Want wat IK verteld heb is waarheid, die eeuwig onveranderlijk blijft bestaan. Maar de zin die u erin meent te lezen heb IK waarlijk niet in Mijn Woord gelegd. Voor ieder mens die ernstig naar de waarheid zoekt is het echter mogelijk de geestelijke zin van Mijn Woorden te begrijpen. Wie MIJZelf om opheldering vraagt, wie dus probeert in de waarheid door te dringen, die zal ook spoedig helder en duidelijk de geestelijke zin van het Woord inzien - en hij zal niet meer in letters blijven steken.

De "verrijzenis van het vlees". Deze woorden betekenen voor u mensen hetzelfde als het leven nà de dood. En voor u mensen betekent "leven" hetzelfde als lichamelijk rondlopen. Zo legt u deze woorden uit zolang uw geest nog niet ontwaakt is en zolang het u nog onbekend is wat onder "leven" eigenlijk te verstaan is. Mensen die niet aan een voortleven nà de dood geloven, denken, dat hun bestaan eindigt bij hun lichamelijke dood. Voor hen betekent het verblijf in hun lichamelijk omhulsel "leven". Zij weten weliswaar dat zij door de dood dit omhulsel verliezen, maar zij geloven niet aan een driedeling van lichaam, ziel en geest. Voor hen bestaat alleen het lichaam - het vlees - en met de dood ervan houdt voor hen het begrip "leven" op te bestaan.

De "verrijzenis van het vlees" betekent voor hen de opstanding van het lichaam. Zij verstaan daaronder alleen hun lichamelijk omhulsel. En voor hen is de leer van de "verrijzenis van het vlees" moeilijk te verteren, terwijl van kerkelijke zijde geëist wordt ze te geloven. En toch kan ook deze leer nog tot een zegen zijn als de mens daardoor aan een "opstanding" - aan een leven nà de dood gelooft. Want door dit te geloven verandert hij misschien ook zijn wezen en deze verandering kan tot zijn ontwaken leiden, tot een doorstraling met Mijn GEEST. Dan snapt hij ook de woorden "verrijzenis van het vlees" en dan vat hij ook de geestelijke zin ervan.

Verrijzenis betekent: Vanuit de dood tot het leven ontwaken, opstaan uit een toestand van slaap - uit het donker in het licht treden. En zo zal ook alles aan het daglicht komen wat tevoren in het donker van de geestelijke nacht verborgen lag. Het verrijst en openbaart zich, het wordt levend om te getuigen. In een toestand van dood geschiedt niets waarvan getuigenis kan worden afgelegd. Maar wat in het leven geschiedt - in de staat waarin u op aarde in het vlees leeft, dat openbaart zich dan en staat op om vóór of tegen u te getuigen. Niet echter dat het materiële vleselijke lichaam weer uit het stof verrijst om u opnieuw te bekleden tot een nieuw leven.

Want het vleselijke lichaam is alleen een vergankelijk omhulsel voor de ziel, die echter onvergankelijk is en niet sterven kan. Die wel "geestelijk dood" kan zijn bij het scheiden van deze aarde, maar ook in het hiernamaals nog tot leven kan ontwaken, die dus ook daar nog kan "opstaan" als zij de weg tot MIJ in JEZUS CHRISTUS vindt en IK haar zo het leven geven kan.

In JEZUS CHRISTUS nam ook IK "vlees" aan toen IK op de aarde kwam - en ook dit "vlees" moest de aardse dood doorstaan. Maar IK verrees uit de dood om u mensen te tonen dat ook uw leven met de dood van het lichaam niet beëindigd is, dat ook uw ziel kan verrijzen en eeuwig leven.

IK liet echter ten teken van de waarheid van Mijn Woorden ook Mijn lichaam verrijzen. Nochtans was het geen verrijzenis van het vlees - want Mijn lichaam was vergeestelijkt. De ziel had het geestelijke kleed aangetrokken, ze had alle geestelijke substanties aan het aardse lichaam onttrokken omdat dit door Mijn leven en sterven reeds geheel vergeestelijkt was. De stoffelijke substanties van het lichaam, die eigenlijk evenzo geestelijke substanties zijn, hadden hun eindbestemming reeds op aarde bereikt en konden zich zo bij de ziel aansluiten. En omdat IK het zo wilde kon dat zichtbaar geschieden, tot versterking van het geloof van Mijn discipelen.

En omdat wat geestelijk volmaakt is niet aan de aarde gebonden is, kon IK MIJ in geestelijke sferen verheffen toen IK ten Hemel voer. En zo zult ook u mensen nà uw opstanding een lichaam hebben, een geestelijk kleed, maar dit zal er uit zien als was het uw vlees, want wat u gezaaid hebt zult u oogsten. Hebt u gezondigd in het vlees, dan zal uw zielekleed dat verraden. Hebt u goede daden en werken verricht, dan zult u "stralen" en zo voor iedereen kenbaar zijn. Maar nooit zal uw ziel het zware aardse kleed weer omdoen dat alleen voor deze korte aardse tijd uw verblijfplaats was, om in de materiële wereld haar opdracht te vervullen.

Wie de zin en het doel van de materiële schepping kent - de ontwikkelingsgang van het gevallen geestelijke door de schepping met het doel de weg omhoog te gaan tot MIJ, die heeft die opheldering niet meer nodig. Maar hij moet de leer van de "verrijzenis van het vlees" - die onzinnig is door verkeerde uitleg, ook kunnen weerleggen. Als u echter beslist van de verrijzenis van het "vlees" wilt spreken, neem dan met deze uitleg genoegen: dat Mijn Woord zal opstaan om te getuigen, voor of tegen u.

Want IK ben het vleesgeworden Woord en IK benader ieder mens in het Woord. En als de laatste dag gekomen is en u allen voor de Rechter moet verschijnen dan zal Mijn Woord u tot een oordeel worden, u die Mijn Woord aannam maar het al naar gelang uw eigen wil gebruikt hebt. Dit vlees zal verrijzen, want het werd u als voedsel aangeboden. U moet "Mijn vlees eten en Mijn bloed drinken" - d.w.z. u moet dus Mijn Woord hongerig aannemen en u erdoor laten versterken. Want u zult zich moeten verantwoorden voor MIJ hoe u Mijn Liefdegave benut hebt.

Deze uitleg is geheel volgens de waarheid. Ze moet u aansporen om uw leven in het vlees op deze aarde goed te gebruiken, doordat u zich door MIJ te eten en te drinken laat geven, IK, DIE het WOORD van eeuwigheid ben, DAT om uwentwille "vlees" is geworden. Uit beide uitleggingen zal u ware wijsheid tegenstralen, zelfs als u nog niet in het geestelijk weten bent doorgedrongen. En elke uitleg van MIJ zult u bereidwillig aannemen als u een ontwaakte geest hebt, want elke zal u bevredigen, terwijl de verkeerde uitleg van Mijn Woord een afkeer in u opwekt of opwekken zou, omdat deze verkeerde uitleg afkomstig is van Mijn tegenstander wiens doel het is de gedachten van de mensen te verwarren, hen van de waarheid af te brengen en hun ieder geloof in een leven nà de dood te ontnemen.

Zo'n verkeerde uitleg getuigt ook van het geestelijk lage niveau van de mensen, in het bijzonder echter van hen die Mijn Woord aan de mensen brengen, maar zelf nog niet in de geestelijke betekenis van Mijn Woord zijn doorgedrongen. De letter doodt - pas de geest maakt levend. En om deze geest moet u allen vragen. U moet bidden dat uw denken verlicht wordt en u moet streven naar de zuivere waarheid, en uw gebed zal dan waarlijk weerklank bij MIJ vinden.

Amen

Vertaald door: Gerard F. Kotte

Deze openbaring is opgenomen in het volgende themaboekje:
Themaboekje Titel Downloaden
7 GOD en de kerken Deel II ePub   PDF   Kindle  

Downloads

Download-aanbod voor boek _book
 ePub  
 Kindle  
  Meer downloads

Deze openbaring

 als MP3 downloaden  
Afdrukvoorbeeld
 Kladschriften

Translations