1598 Geloof en vertrouwen in God – Toezending van God

5 september 1940: Boek 25

Degene, Die jullie het leven gaf, zal het ook weten te behouden als het Zijn wil is en wie in het volle geloof zijn leven aan de Schepper van de hemel en de aarde toevertrouwt, hoeft daarom niet te vrezen, ook wanneer hij in het grootste gevaar verkeert. Het mensenkind moet enkel gelovig zijn en op God vertrouwen, als de hemelse Vader Zich om hem moet bekommeren.

En het uur zal komen, waarin iedereen zijn geloof en zijn godsvertrouwen moet bewijzen. En dit uur zal niet door menselijke wil of menselijk werkzaam zijn veroorzaakt worden, maar ze zal de mensen eraan herinneren om aan Degene te denken, Die over alle elementen heerst. En wat jullie tijdens dit uur meemaken, zal jullie verdere leven bepalen, want zoals jullie de zending van God opnemen, zo zal jullie verdere leven geaard zijn. Als jullie je in gelovig vertrouwen naar de Vader toekeren, dan zal Hij jullie nooit zonder bescherming en hulp laten en jullie zullen Zijn kinderen blijven tot aan het einde van jullie leven en eens in de eeuwigheid.

Maar als jullie de weg naar Hem niet vinden, dan is jullie lot zowel op aarde als in het hiernamaals zwaar, want als jullie het aardse leven behouden, zullen jullie moeten worstelen om tot geestelijke kennis te komen, wanneer het uur van zo’n ervaring jullie geen verlichting van de geest bracht. Want dan bepalen jullie zelf jullie toestand in het hiernamaals.

Maar de geestelijke nood vereist een goddelijk ingrijpen en dit gebeurt op geen enkele manier willekeurig. De mensen kunnen de ernstige gevolgen echter van zich afwenden als ze de innige verbinding met God zoeken. De onderwerping van de eigen wil zal de goddelijke wil werkzaam laten worden en de goddelijke wil behoedt het mensenkind voor de ondergang. Hij verzekert hem het leven van de ziel en ook het lichaam, wanneer dit nodig is voor de ziel.

Het leven overgegeven te hebben aan de Heer van de hemel en de aarde zal elke vrees van jullie wegnemen. Jullie weten dat jullie leven in Gods hand is en neem nu in ontvangst, wat Hij jullie stuurt. En het zal werkelijk het beste voor jullie zijn, want God kent Zijn kinderen en Hij bedenkt hen overeenkomstig de toestand van hun ziel. En zodoende zal de mens ook overeenkomstig de toestand van zijn ziel leed moeten dragen, omdat zijn wil anders de weg naar God niet vindt.

Amen

Vertaald door: Peter Schelling

Deze openbaring is niet opgenomen in de themaboekjes.

Downloads

Download-aanbod voor boek _book
 ePub  
 Kindle  
  Meer downloads

Deze openbaring

 als MP3 downloaden  
Afdrukvoorbeeld
 Kladschriften

Translations