0585 Woord van God - Werk - Brood des levens - Kracht

16 september 1938: Boek 12

Wie Mij in alles een goed geloof schenkt, zal voor altijd gezegend zijn.

Maar het werk aan zichzelf is daartoe een voorwaarde, want alleen hierdoor zal het voor jullie mogelijk zijn tot inzicht te komen. Zie, velen willen graag de eeuwige heerlijkheid binnengaan, maar ze bedenken niet dat ze er dan ook naar moeten streven, en dat het onvergelijkelijk mooie loon ook verworven moet worden. Ze nemen mijn woord slechts met de oren op en leggen het naar believen weer terzijde, waar ze eigenlijk alles diep in hun hart moeten laten binnendringen en steeds alleen daarnaar moeten leven. Alleen dan is mijn woord het ware leven.

En daarom zal iemand een ware meester van zijn leven genoemd kunnen worden, die mijn woord tot richtsnoer neemt en zich inspant mijn wil te doen, zich aan mijn geboden te houden en zo de liefde te beoefenen. En dan is mijn woord voor hem de bron van alle levenskracht. Het is mijn leidende woord dat hem binnen voert in de eeuwige waarheid, die hij nu inziet, omdat mijn woord hem daartoe de kracht geeft. Jullie hoeven je dus steeds alleen maar in te spannen om naar Mij te luisteren, dan zullen jullie door mijn woord in alle waarheid geleid worden en niet meer verkeerd kunnen gaan. Door de ethergolven vernemen jullie de stem van Degene die in jullie, rondom jullie en boven jullie is.

En jullie gaan als het ware als ontvangers van deze stem op aarde voort en jullie vermoeden niet hoe de geest van God jullie reeds omsluit en jullie, die je aan Mij overgeven, niet meer laat ontsnappen.

Als jullie bereid zijn mijn woord te horen, dan zijn jullie in de kring van mijn engelen opgenomen en jullie zullen verder niets meer tegen mijn wil kunnen doen, wanneer jullie je vol vertrouwen aan Mij overlaten.

Leg je oor aan mijn hart en luister naar de stem: onder jouw hand zal het werk ontstaan dat voor de wereld opnieuw zal getuigen van mijn liefde. En het is je opgedragen de goddelijke Geest in je te laten spreken om aan een nieuwe wereld van vrede de beloofde verlossing te brengen, wat betekent dat ieder die naar mijn woord leeft, deel zal hebben aan de heerlijkheid van God. Want voor deze zullen er geen grenzen zijn tussen de aarde en de hemel. Hij zal ongehinderd van deze zijde naar gene zijde kunnen gaan, hij zal zijn blik mogen laten zweven in alle heerlijkheid en er zal voor hem niets verborgen blijven. Want degenen die mijn woord hebben, hebben de kracht en deze kracht laat hen alle hindernissen overwinnen die tussen de aarde en het hemelse paradijs staan. En mijn woord zal blijven bestaan tot in alle eeuwigheid.

Proberen jullie echter het in je op te nemen als het ware brood des levens, dan zal het jullie in de sferen van het paradijs binnenleiden en jullie eeuwige gelukzaligheid verschaffen.

Amen

(Het Grote Johannesevangelie, van Jakob Lorber, Deel 8, Hoofdstuk 189, vers 20, gelezen op 22.09.1938:

“Want waarlijk, Ik zeg jullie: een rein en geestelijk sterk mens is heer over de natuurgeesten, evenzo heer over de elementen en ook over alle dieren en alle planten en mineralen, van welke aard of soort die ook mogen zijn! Want als zijn ziel vervuld is van Gods geest, waarin alle macht en kracht uit God woont, kan hij ook de hele natuur gebieden en zelfs bergen moeten zich dan buigen voor de macht van zijn wil en zijn onwankelbaar geloof en vertrouwen in de ene, ware, almachtige God.”)

Vertaald door: Gerard F. Kotte

Deze openbaring is niet opgenomen in de themaboekjes.

Downloads

Download-aanbod voor boek _book
 ePub  
 Kindle  
  Meer downloads

Deze openbaring

 als MP3 downloaden  
Afdrukvoorbeeld
 Kladschriften

Translations