• Indietro

Dio E’ riconoscibile nella Creazione

Tutto intorno a voi dovrebbe dimostrarvi un Creatore oltremodo amorevole e saggio, ma voi considerate la Creazione soltanto con occhi morti, non vedete la vita che fluisce attraverso tutto, molte volte non sapete lo scopo e la destinazione delle singole Opere di Creazione, non potete vederle in tutti i loro particolari e così considerate tutto come naturale e non riconoscete la Perfezione di Colui il Quale ha fatto sorgere tutto. Voi stessi siete la corona della Creazione, siete degli esseri consapevoli dell’io, capaci di pensare, con una forza vitale e la libera volontà, potete utilizzare la Creazione secondo la vostra volontà, potete persino essere attivi creativamente, potete indagare e rendervi soggette le Forze della natura. Potete davvero valere come signori della Creazione, perché è sorta per voi, affinché adempia il suo scopo. Ma non conoscete il senso e lo scopo della Creazione, non sapete che l’ha fatto sorgere un Amore ultragrande, perché in lei voi uomini dovete maturare, come anche ogni Opera di Creazione stessa ha un compito spirituale. Non sapete, che la Sapienza di Dio ha riconosciuto tutto ciò che serviva a questo compito e che la Sua Potenza ha anche eseguito tutto ciò che hanno deciso l’Amore e la Sapienza. Il compito dell’intera Creazione però è il rimpatrio di tutto lo spirituale una volta caduto, e voi uomini vi trovate nell’ultimo stadio di questo processo di rimpatrio, mentre tutto ciò che è intorno a voi, percorre ancora il suo percorso in differenti stadi, ma come ultima fine deve terminare anche come uomo il cammino terreno. Dato che ora possedete la facoltà di poter riflettere, vi dovrebbe far riconoscere tutto ciò che vi circonda anche un Creatore, un Essere il Quale può pensare e volere come voi, ma che Si trova nella più sublime Perfezione, perché sulla Terra voi siete l’Opera di Creazione la più altamente sviluppata, quindi il Creatore deve superare in Perfezione tutto ciò che Egli ha creato. Egli però dev’essere un Essere, dato che tutte le Sue Opere di Creazione perché sono create ad uno scopo, deve premettere una Facoltà di pensare ed una Volontà, e poiché voi stessi siete consapevoli dell’io, anche questo Essere più sublime dev’Essere uno Spirito consapevole dell’Io, il Quale agisce nell’Amore e nella Sapienza. Tutto questo dovrebbe farvi riconoscere la Creazione e perciò non dovrebbe essere difficile, unirvi mentalmente con questo Creatore e riconoscerLo così come oltremodo perfetto. Ma voi uomini passate quasi sempre oltre in modo cieco su ciò che vi dimostra un Creatore. Non avete nessun desiderio di sondare, quale scopo potrebbe avere la Creazione, considerate tutto con sensi orientati al mondo, vi accontentate del fatto di vivere in mezzo alla Creazione e non desiderate nessun chiarimento sulla sua motivazione e scopo. Ma i vostri pensieri vengono guidati sempre di nuovo nel campo spirituale, perché anche l’attività mentale è un mezzo per trovare il vostro Dio e Creatore. Siete sempre di nuovo indotti a riflettere e circondati da onde di pensieri, che vi affluiscono dal Regno spirituale, che fanno anche parte dei più grandi Miracoli della divina Forza creativa e possono essere accettati o rigettati da voi, dato che possedete una libera volontà. Ma è l’ultimo stadio nel processo di Rimpatrio, e questo deve venir sfruttato bene, per condurre alla fine il processo con successo. E dato che la meta nella vita terrena è la libera unificazione con Dio, da Parte Sua viene fatto di tutto per guidare i pensieri degli uomini a Lui, il Quale E’ bensì il suo Creatore come anche suo Padre, perché l’essere è proceduto primordialmente dal Suo Amore. E se la Creazione che lo circonda non riesce ad ottenere, che l’uomo rifletta su questa ed impari a riconoscere un Dio e Creatore, lo deve indurre il suo destino di vita, che poi può anche essere molto sofferto, ma può comunque portare l’uomo sulla via verso Dio, ma poi è anche raggiunta la meta, da cui dipende la sua beatitudine nel Regno spirituale, perché ogni uomo sa che la sua permanenza su questa Terra non è eterna. Ma che non può scomparire, lo credono solo pochi. La sorte sarà poi orrenda per coloro che non volevano riconoscere un Dio e Creatore malgrado tutti i mezzi ausiliari, che venivano rivolti all’uomo nella vita terrena, perché l’uomo può riconoscere Dio, se egli stesso soltanto lo vuole. Ma non ne può essere costretto, perché il suo perfezionamento può essere raggiunto solamente nella libera volontà. Ogni uomo può riconoscere su di sé una Potenza e dovrebbe unirsi con questa e cercare di renderseLa incline, allora il suo corso terreno non sarà stato vano, sarà terminato il processo di Rimpatrio, che ha avuto bisogno di tempi eterni e che deve comunque venir svolto da ogni essere una volta caduto.

Amen

God is in de schepping te onderkennen

Alles om u heen zou u een buitengewoon liefdevolle en wijze Schepper moeten bewijzen. Maar u ziet de schepping alleen met dode ogen aan. U ziet het leven niet dat alles doorstroomt. U bent vaak niet op de hoogte van doel en bestemming van de afzonderlijke scheppingswerken. U zult ze niet tot in alle finesses kunnen doorzien. En dus beschouwt u alles als vanzelfsprekend en u beseft niet de volmaaktheid van Degene Die alles liet ontstaan. U zelf leeft te midden van een scheppingswerk en gaat er achteloos aan voorbij, zonder u af te vragen welk doel de hele schepping wel zou kunnen hebben.

En u zelf bent de kroon op de schepping. U bent wezens met een zelfbewustzijn, tot denken in staat, met levenskracht en vrije wil. U zult u nuttig kunnen maken voor de schepping volgens uw wil. U zult zelf scheppend werkzaam kunnen zijn. U zult kunnen onderzoeken en u ook krachten der natuur onderdanig kunnen maken. U zult waarlijk voor heren der schepping kunnen worden gehouden, want ze is voor u ontstaan, opdat ze haar doel zal vervullen.

Maar u kent de zin en het doel van de schepping niet. U weet niet dat overgrote Liefde ze liet ontstaan, omdat u mensen daarin rijp zult moeten worden, evenals ook elk scheppingswerk zelf een geestelijke taak heeft.

U weet niet dat Gods wijsheid alles inzag wat voor deze taak dienstig was en dat Zijn Macht ook alles verwezenlijkte waartoe Liefde en Wijsheid besloot. Maar de taak van de gehele schepping is het terugbrengen van al het eens gevallen geestelijke. En u mensen bevindt zich in het laatste stadium van dit proces van terugvoeren, terwijl alles wat u om u heen ziet nog in verschillende stadia zijn beloop heeft, maar uiteindelijk eveneens als mens de gang over de aarde moet beëindigen. Daar u nu het vermogen bezit na te kunnen denken, zou alles wat u omgeeft ook een Schepper ervan moeten doen inzien. Een Wezen, dat net als u kan denken en willen, maar hoogst volmaakt is.

Want u bent op aarde het hoogst ontwikkelde scheppingswerk, dus moet de Schepper alles aan volmaaktheid overtreffen, wat Hij zelf heeft geschapen.

Hij moet echter een Wezen zijn, daar al Zijn scheppingswerken - aangezien doelmatig geschapen - denkvermogen en een wil vooropstellen. En aangezien u zelf zelfbewust bent, moet ook dit hoogste Wezen een zelfbewust Wezen zijn dat in liefde en wijsheid werkzaam is.

De schepping zou u dit alles moeten laten inzien. En het zou daarom niet moeilijk mogen zijn, u in gedachten bij deze Schepper aan te sluiten en Hem als uitermate volmaakt te onderkennen. Maar meestal gaat u mensen blind voorbij aan alles wat u een Schepper aantoont. U hebt geen verlangen te doorgronden welk doel de schepping zou kunnen hebben. U beziet alles met werelds gericht denken. U stelt u tevreden met het feit, midden in de schepping te leven en u verlangt geen nader uitsluitsel over de beweegreden en het doel ervan. Maar uw gedachten worden steeds weer op het geestelijke gebied gericht. Want ook het denken is een middel om uw God en Schepper te vinden.

Steeds weer wordt u gedwongen na te denken. En u wordt omringd door gedachtengolven die u uit het geestelijke rijk toestromen, die ook tot de grootste wonderen van goddelijke scheppingskracht behoren en door uzelf kunnen worden aangenomen of afgewezen, daar u een vrije wil bezit. Maar het is het laatste stadium in het proces van terugvoeren. En dit moet goed worden benut om het proces tot een goed einde te brengen. En daar het doel van het leven op aarde de vrijwillige aaneensluiting met God is, wordt van Diens zijde alles gedaan om de gedachten van de mens op Hem te richten, Die zowel zijn Schepper als ook zijn Vader is, omdat het wezen in het allereerste begin uit Zijn liefde voortkwam. En wanneer de hem omringende schepping het niet tot stand brengt, dat de mens daarover nadenkt en een God en Schepper leert onderkennen, moet zijn levenslot hem daartoe aanleiding geven. Dat kan dan weliswaar vol leed zijn, maar toch kan het de mens op de weg naar God brengen. Maar dan bereikt hij ook het doel waarvan zijn gelukzaligheid in het geestelijke rijk afhangt. Want ieder mens weet dat zijn verblijf op deze aarde niet eeuwig is.

Maar dat hij niet kan vergaan, geloven er maar weinige. En het lot zal dan verschrikkelijk zijn voor degenen die een God en Schepper niet wilden erkennen, ondanks alle hulpmiddelen die de mens in het aardse leven werden geven. Want de mens kan God onderkennen wanneer hij het zelf maar wil. Maar hij kan er niet toe worden gedwongen, omdat zijn voltooiing alleen kan worden bereikt in vrije wil. Ieder mens kan een Macht boven zich onderkennen. En hij zou zich met deze Macht moeten verbinden en proberen haar voor zich goedgunstig te stemmen.

Dan zal zijn aardse bestaan waarlijk niet tevergeefs zijn. Het proces van terugvoeren dat eeuwige tijden nodig heeft en toch door ieder eens gevallen wezen moet worden gerealiseerd, zal ten einde zijn.

Amen