Vi vengono caricate molte prove terrene della volontà, cioè la vostra volontà si deve sovente decidere in faccende terrene ed allora vi domandate anche se la vostra decisione sia stata giusta. Ma per voi si tratta quasi sempre solo del successo terreno. Per voi si tratta meno se avete corrisposto alla Volontà del vostro Padre nel Cielo, il Quale non per caso vi ha messo davanti a quella decisione; perché vuole esaminare la vostra tendenza per la materia, vi vuole indurre a pensare con ogni decisione, affinché pensiate ed agiate in modo giusto e corretto verso la vostra anima. Perché non è la Volontà di Dio che pensiate soltanto al vostro vantaggio terreno, ma che vi prendiate a cuore anche il prossimo. Si tende quasi sempre al proprio vantaggio a spese del prossimo ed è questo, a cui ogni uomo dovrebbe pensare, quando viene messo davanti a delle decisioni terrene.
Inoltre non è indifferente, se con queste decisioni si occupa solamente l’intelletto dell’uomo oppure se si pensa sempre a Colui il Quale unicamente può consigliare nel modo giusto, perché appena Dio viene interpellato per la Guida ed il Consiglio, sarà anche giusto il pensare e la decisione dell’uomo, tutto si svolgerà come da sé, ed ogni ostacolo sarà eliminato; perché Dio vuole Essere interpellato per il Consiglio e l’Aiuto anche in questioni e faccende terrene ed il Suo Aiuto consiste sempre nel fatto che tutto si risolva da sé, com’è bene.
L’esistenza terrena è una lotta e lo rimarrà pure, ma se viene condotta con Dio, allora avrà anche un buon esito, potrà essere terminata vittoriosa e condurrà anche alla meta spirituale. La lotta consiste prevalentemente nel superamento del mondo terreno, benché l’uomo stia in mezzo al mondo. Deve adempiere i suoi doveri, non può sottrarsi ad ogni pretesa che gli viene posta da parte del mondo. Ma può sottrarre sé stesso comunque all’influenza terrena, cioè il suo essere interiore, il suo pensare, sentire e volere, può formare sé stesso in modo che non lo colmi più il desiderio per il mondo, ma gli è desiderabile il Regno spirituale.
Può svolgere in mezzo al mondo i doveri e le pretese che gli vengono posti, perché ha già conquistato la vittoria sulla materia. Allora gli possono toccare anche dei beni terreni, che come il loro amministratore li guarda soltanto e li valuta nel modo giusto nel servizio al prossimo. Fin dove però il cuore dell’uomo è ancora partecipe ai beni ed ai successi terreni, a questo l’uomo deve rispondere a sé stesso. E questo è anche determinante per ogni decisione nella vita terrena.
Ad uno che vuole seriamente, giungerà sempre la Guida e l’Aiuto divini; ma dove la propria volontà è ancora troppo forte, la Volontà di Dio non può essere percepita, e Dio Si tiene anche indietro, finché l’uomo non Gli si dà totalmente. Ed allora delle resistenze ed ostacoli si daranno il cambio, l’uomo non avrà nessun chiaro dono decisionale, il proprio si farà ancora fortemente avanti, cioè il mondo non ha ancora del tutto perduto il suo fascino ed agisce rispettivamente anche sull’uomo. E questa è la lotta, che deve sempre di nuovo essere combattuta da voi, nella quale non dovete soccombere, da cui dovete comunque una volta procedere come vincitori e lo potete anche, se soltanto non dimenticate l’Uno, il Quale vi ha permesso di percorrere questo cammino terreno, affinché giungiate al perfezionamento, affinché Lo riconosciate come la Meta più desiderabile ed ora è questa che perseguite anche unicamente.
Amen
TraduttoreEr worden u veel aardse wilsbeproevingen opgelegd, dat wil zeggen: uw wil moet vaak beslissen in aardse aangelegenheden en u zult u dan ook afvragen of uw beslissing juist was. Maar het gaat u meestal alleen om het aardse succes. Het gaat u er minder om of u gevolg hebt gegeven aan de wil van uw Vader in de hemel Die niet voor niets u voor die beslissing plaatste, want Hij wil uw verlangen naar de materie beproeven. Hij wil u aanleiding geven er bij elke beslissing ook aan te denken dat u tegenover uw ziel juist en rechtvaardig denkt en handelt. Want het is niet Gods wil dat u alleen maar aan uw aards voordeel denkt, maar dat u ook dat van de naaste ter harte neemt. Meestal wordt eigen voordeel op kosten van de medemens nagestreefd en dat is waar ieder mens aan zou moeten denken wanneer hij voor aardse beslissingen wordt geplaatst.
Verder is het niet onbelangrijk of alleen het verstand van de mens zich met deze beslissingen bezighoudt, of dat er steeds aan Diegene wordt gedacht Die alleen goede raad kan geven. Want zodra God om leiding en advies wordt gevraagd, zal ook het denken en de beslissing van de mens juist zijn. Alles zal zich als het ware vanzelf voordoen en elke hindernis zal uit de weg zijn geruimd, want ook bij aardse vragen en aangelegenheden wil God worden gevraagd om raad en hulp. En Zijn hulp bestaat altijd daarin dat zich alles vanzelf voordoet zoals het goed is.
Het aardse bestaan is een strijd en zal dat ook blijven, maar wordt deze met God gevoerd, dan zal de strijd ook goed aflopen. Hij zal succesvol beëindigd kunnen worden en ook naar het geestelijke doel leiden. Maar de strijd bestaat voornamelijk in het overwinnen van de aardse wereld, ofschoon de mens midden in de wereld staat. Hij moet zijn plichten vervullen, hij kan zich niet aan elke eis onttrekken die van de kant van de wereld aan hem wordt gesteld. Maar hij kan zichzelf, dat wil zeggen zijn innerlijk wezen, zijn denken, voelen en willen toch aan de invloed van de aardse wereld onttrekken. Hij kan zichzelf zo vormen dat niet meer het verlangen naar de wereld hem vervult, integendeel, hem het geestelijke rijk het waard is om naar te streven. En hij kan te midden van de wereld aan de plichten en eisen voldoen die aan hem worden gesteld, omdat hij de overwinning op de materie al heeft behaald. En er kunnen hem dan ook aardse goederen ten deel vallen waarvan hij zich alleen als beheerder beschouwt en die hij op juiste manier gebruikt in dienst van de naaste. Maar in hoeverre het hart van de mens nog bij aardse goederen en aardse successen betrokken is, dat moet de mens voor zichzelf beantwoorden. En dat is dus ook doorslaggevend voor de desbetreffende beslissing in het aardse leven.
Iemand die ernstig wil, zal steeds de goddelijke leiding en hulp ten deel vallen. Maar waar de eigen wil nog te sterk is, kan de wil van God niet worden vernomen en houdt God zich ook in, zolang de mens zich niet geheel en al aan Hem onderwerpt. En dan zullen weerstanden en hindernissen elkaar aflossen. De mens zal niet de gave hebben om duidelijk te beslissen. Het eigene zal nog sterk op de voorgrond treden, dat wil zeggen de wereld heeft nog niet helemaal haar aantrekkingskracht verloren en werkt daarmee in overeenstemming ook op de mens in. En dat is de strijd die steeds weer door u moet worden uitgevochten, waarin u niet zult mogen bezwijken, waaruit u toch eens als overwinnaar tevoorschijn zult moeten komen en het ook zult kunnen, wanneer u maar die Ene niet vergeet Die u deze gang over de aarde liet gaan opdat u daarin tot voltooiing zult komen, opdat u Hem zult onderkennen als het meest nastrevenswaardige doel en dit nu ook alleen nastreeft.
Amen
Traduttore