• Retour

Rien ne peut disparaître – la porte de la mort – la vraie Patrie

Vous les hommes vous ne devez jamais oublier que Je Suis un Seigneur sur la vie et sur la mort, et que de Moi coule la Force qui est nécessaire à la vie, de même que Je peux aussi terminer toute vie en retirant Ma Force. Mais vu que Moi-même Je suis la Source éternelle de toute la force, alors il correspondra aussi à Ma Nature d'Éternité d’offrir toujours seulement la Vie, de reconduire à la Vie ce qui est mort, parce que l'état de mort, donc la totale absence de Force, ne correspond pas à Ma Nature éternelle et donc elle ne peut jamais être un état voulu de Ma Part. J'ai certes le Pouvoir d'anéantir ce qu’une fois J'ai fait lever mais cela équivaudrait au fait de donner à un être la mort totale. Mais cela aussi ne correspond pas à Ma Perfection que d’inverser ou de changer des Décisions une fois prises. Ce qui s’est levé un jour de Ma Force, ce qui s’est réveillée à la Vie au moyen de Ma Volonté et de Mon Pouvoir, reste éternellement existant, cela peut seulement changer de constitution, parce que cela a été décidé par l'être lui-même. L'être peut donc lui-même se donner la mort, mais il n'est de toute façon pas son propre maitre, car Je suis le Seigneur, même sur la mort, ce qui signifie que Je ne permets pas que l'être se trouve éternellement dans l'état de mort qu’il a choisi lui-même ; Je ne Me repose pas avant qu’il soit de nouveau arrivé à la Vie, or rien ne peut résister à la longue à Ma Force et à Ma Puissance, et même Mon adversaire qui dans le passé a causé ce changement de la vie à la mort, ne peut pas M’empêcher de reconduire tôt ou tard la Force vitale à l'être, afin de le réveiller de la mort à la vie. Je suis le Seigneur sur la Vie et la mort. Et ainsi Je peux décider Moi-même l'heure où le corps humain, l'enveloppe temporaire de l'être spirituel, libère ce dernier, où donc la «mort» termine la vie corporelle, mais cette mort est à nouveau seulement un échange de la forme extérieure. Parce que ce qui est une fois procédé de Moi ne peut plus disparaître pour l’éternité, cela n’est pas subordonné à la loi de la mort qui est certes le destin de tout ce qui est sur cette terre, mais pas de ce qui est «spirituel» dans la forme matérielle. Mais Moi-même Je décide aussi de l’heure de la disparition de ce qui est terrestre, si l'homme ne s'oppose pas avec évidence contre Moi en terminant lui-même sa vie et en prolongeant ainsi de nouveau à l'infini l'état de mort, mais il ne peut jamais faire cesser son existence. Et si maintenant vous avez la certitude que vous ne pouvez jamais plus disparaître et que même la durée de votre vie terrestre est décidée par Moi, alors mettez tranquillement tout dans Ma Main, parce que Je sais vraiment ce que pour vous signifie «la Vie» et comment vous pouvez arriver à cette Vie. Je sais aussi que vous pouvez seulement entrer à la Vie en passant par la porte de la mort, mais cette porte de la mort est seulement un processus entièrement naturel sans lequel une vraie vie n'est pas concevable. Vous demeurez encore sur la Terre, mais votre vraie Patrie est le Royaume spirituel or vous devez passer l’étape du royaume terrestre pour arriver dans Celui spirituel. Mais alors la vie est indestructible, alors la Force, la Lumière et la Liberté vous seront accordées et seulement alors vous deviendrez et resterez éternellement vraiment bienheureux.

Amen

Niets kan vergaan - De poort van de dood - Het ware vaderland

Dat zult u mensen nooit mogen vergeten: dat Ik een Heer ben over leven en dood, dat uit Mij alle kracht stroomt die voor het leven noodzakelijk is en dat Ik ook zo'n leven kan beëindigen doordat Ik hem mijn kracht ontneem. Daar Ik nu echter zelf de Oerbron ben van alle kracht, zo zal het ook met mijn Oerwezen overeenstemmen, altijd alleen leven te schenken, het dode terug te leiden naar het leven, want de toestand van de dood, dus algehele krachteloosheid, beantwoordt niet aan mijn oerwezen en kan daarom ook nooit van mijn kant uit gewild zijn. Ik heb wel de macht te vernietigen wat Ik eens liet ontstaan en dit zou gelijk zijn aan een wezen de algehele dood te geven. Maar ook dit stemt niet overeen met mijn volmaaktheid, eenmaal genomen besluiten omver te werpen of te veranderen.

Wat eenmaal uit mijn kracht is ontstaan, wat door mijn wil en mijn macht tot leven werd gewekt, blijft ook eeuwig bestaan, alleen kan zijn gesteldheid veranderen omdat het wezen daar zelf over beslist. Het wezen kan zich dus zelf de dood aandoen en toch is het niet zelf over zich de baas, integendeel, Ik ben de Heer, ook over de dood. Dat wil zeggen: Ik laat het niet toe, dat het wezen zich eeuwig in de zelf gekozen toestand van doodzijn bevindt. Ik rust niet eerder, dan tot het weer tot leven is gekomen, want op den duur kan niets mijn kracht en macht weerstaan en zelfs mijn tegenstander, die eertijds die verandering van leven naar dood heeft veroorzaakt, kan Mij niet verhinderen de levenskracht toch eens weer het wezen toe te voeren, het dus vanuit de dood te wekken tot leven.

Ik ben de gebieder over leven en dood en zo bepaal Ik ook zelf het uur, waarin het menselijk lichaam, het tijdelijke omhulsel van het geestelijke wezen, dit laatste vrijgeeft, waarin dus ook een "dood" het lichamelijke leven beëindigt, maar deze dood is weer alleen slechts een wisseling van de uiterlijke vorm. Want datgene, wat eens uit Mij is voortgekomen, kan eeuwig niet vergaan. Het is niet onderworpen aan de wet van de dood, dat wel al het materieel-aardse is beschoren, maar niet het "geestelijke" in de aardse vorm. Maar ook het uur van de aardse dood bepaal Ik zelf, als de mens zelf zich niet openlijk tegen Mij verzet en zijn leven zelf beëindigt en daardoor wel de doodstoestand weer eindeloos verlengt, maar nooit zijn bestaan kan beëindigen.

En als u nu de zekerheid hebt, dat u nooit meer kunt vergaan en dat ook de duur van uw aardse leven door Mij is bepaald, leg dan getroost alles in mijn handen, want Ik weet waarlijk, wat voor u "leven" betekent en hoe u dit leven zult kunnen bereiken. Ik weet ook, dat u door de poort des doods pas kunt binnengaan in het leven, maar elke poort des doods is slechts een heel natuurlijke gebeurtenis, zonder welke een echt leven niet is in te denken. Nog vertoeft u op aarde, maar uw ware vaderland is het geestelijke rijk en de stap uit het eerstgenoemde in dit rijk moet gezet worden. Maar dan is het leven onverwoestbaar, dan is kracht, licht en vrijheid uw deel en dan pas zult u naar waarheid gelukzalig zijn en voor eeuwig blijven.

Amen