La Voix de Dieu résonnera fort et avec insistance et le destin des peuples se décidera, parce que Dieu Lui-Même prononcera le Jugement à travers les puissances de la nature. Et personne ne pourra s'opposer à Son Verdict de Juge, parce qu'il sera juste et frappera les hommes qui ont causé cette grande misère et qui ne veulent pas reconnaitre leur injustice. Ce sera un événement outre mesure triste et d’innombrables hommes perdront la vie, mais l'événement est inexorable, parce que les hommes ne peuvent plus être ébranlés par rien de ce qui est issu de la volonté humaine, et il doit donc être mis en marche un événement que la volonté humaine ne peut pas éviter ou arrêter et qui donc provoquera une grande horreur, parce que chacun verra devant lui la mort et devra se préparer à la fin temporelle. Et cet événement s'approche toujours davantage, les jours passent les uns après les autres sans que l'humanité change, et la Longanimité de Dieu hésite toujours avant que Sa Voix résonne. Mais maintenant les événements mondiaux s’approchent de leur fin parce que l'événement de la nature se prépare, parce que l'intérieur de la Terre est en émoi et attend seulement l'instant où Dieu donnera la liberté aux puissances de la nature de sorte qu’elles puissent se déchaîner. Parce que les hommes ne s'arrêtent pas, donc Dieu intervient et impose un arrêt. Les choses graves sont terminées, mais pire en sera la conséquence, parce qu'une terrible misère viendra sur les hommes et ils se trouveront dans une totale perplexité face aux puissances déchaînées de la nature. Ils ne pourront pas s’enfuir, retenir ou faire diminuer leur fureur, ils seront exposés à celles-ci et ils ont seulement un Sauveur, auquel ils peuvent se confier dans leur misère, auquel ils peuvent demander de l’Aide et Qui a le Pouvoir de les aider. Mais seulement peu le reconnaissent, peu se sentent coupables et attendent qu’Il rende Son Verdict de Juge dans la reconnaissance de leur état de péché. Et Dieu s'occupera aussi de ces peu aux heures de la destruction que la Volonté divine laissera venir, parce que la misère spirituelle ne peut pas être enlevée autrement et la misère terrestre est constamment poussée vers le haut par la volonté humaine. Et vu que les hommes ne trouvent pas une fin, Dieu décide de la fin d'une lutte qui touche tout le monde. Et un cri d'horreur résonnera sur toute la Terre et fera se raidir les hommes, parce que la grandeur du malheur fera tendre l'oreille à tous et les fera trembler dans la crainte d’une répétition. Et le but de Dieu est que l‘humanité entière y participe, qu’elle écoute Son Verdict de Juge, qu’elle reconnaisse sa culpabilité et la Justice de Dieu. Parce que chaque combattant se croit encore dans son droit, et seulement la puissance est prise en compte et pas le droit, et la Bénédiction de Dieu ne peut pas se poser sur des actions qui sont abominables, parce qu'elles enfreignent le Commandement divin de l'amour. Et Dieu punira les hommes avec la même chose qu’ils font aux autres, seulement Son Œuvre de Destruction sera miraculeuse, pour qu'ils Le reconnaissent dans celle-ci. Parce que même le spirituel encore emprisonné, s’indignera d’être retiré de l'Ordre divin contraint et percevra douloureusement cet état, parce que même s’il est devenu libre à cause de la volonté humaine, il ne peut pas se réjouir de sa liberté, parce qu'elle n'est pas une liberté qui correspond à un état de perfection, car au spirituel il est enlevée la possibilité d'une activité et c’est de cela qu’il s'indigne. Et il s'activera là où lui en sera offerte l'occasion. En particulier il s'unira avec le spirituel encore lié et cherchera à le stimuler pour casser son enveloppe, et il l'aidera à le faire. Dieu cherche avec cela à forcer les hommes à s'activer de nouveau dans quelque chose d'édifiant, pour que de nouveau il lui soit donné la possibilité d'occuper de nouvelles Créations pour pouvoir continuer son parcours de développement. Et Dieu n'empêche pas le spirituel devenu libre par la volonté humaine, et Il donne même Son Assentiment en agitant la matière à l'intérieur de la Terre, de sorte que le spirituel tende vers la Lumière et cherche à casser son enveloppe. Dieu retire pour peu de temps Sa Volonté et laisse libre cours à la volonté du spirituel, et étant donné que celui-ci est encore totalement immature, cela signifie une œuvre de destruction d'une dimension immense. Et ainsi la volonté humaine se verra opposer une volonté plus forte, bien qu'apparemment elle semble manquer de tout Amour et de Sagesse divine et qu'elle trouve la pleine Approbation de Dieu. Mais l'humanité ne s’abaisse pas devant Dieu, elle ne s'arrête pas dans sa lutte de destruction, elle est asservie par les démons et se laisse pousser par eux, elle est adonnée à des pouvoirs toujours plus mauvais et elle le montre dans ses œuvres et ses actes. Et pour imposer un frein à cette chute, la Volonté et l'Omnipotence de Dieu s'activent visiblement. Il ébranle la Terre ainsi que l'humanité, pour qu'elle se repente et qu’elle change. Parce que c’est le dernier temps qui peut encore être utilisé pour les âmes. Et c’est pourquoi Dieu fait entendre Sa Voix, Sa Force et Sa Puissance et Il crie aux hommes : Arrêtez-vous dans votre fureur, parce que vous menez vos âmes à la ruine ; changez avant qu’il ne soit trop tard et rappelez-vous de Celui Qui gouverne le Ciel et la Terre, Qui est votre Créateur et votre Conservateur car vous piétinez avec les pieds Son Amour. Pensez à votre fin, parce qu'elle est proche.
Amen
TraducteursLuid en indringend zal de stem van God weerklinken en het lot der volkeren zal worden beslist, want God zelf zal het vonnis uitspreken door de krachten der natuur. En tegen Zijn rechtspraak zal niemand zich kunnen verzetten, want het zal rechtvaardig zijn en de mensen treffen die zich schuldig hebben gemaakt aan grote ellende en hun onrecht niet willen inzien.
Het zal een buitengewoon treurig gebeuren zijn en talloze mensen zullen om het leven komen. Het gebeuren is echter niet tegen te houden, omdat de mensen door niets meer kunnen worden geschokt, wat menselijke wil bewerkstelligt. En daarom moeten de mensen worden opgeschrikt door een gebeuren dat door menselijke wil niet kan worden afgewend of beëindigd en dat een grote ontzetting teweegbrengt, omdat ieder de dood voor ogen staat en zich moet voorbereiden op het tijdelijke einde. En dit gebeuren komt steeds dichterbij. Dag na dag gaat voorbij zonder dat de mensheid verandert en de lankmoedigheid Gods talmt nog steeds om de mensen nog de gelegenheid te geven om te keren voordat Zijn stem weerklinkt.
Maar nu loopt ook het wereldgebeuren ten einde, omdat het natuurgebeuren op til is, omdat het binnenste der aarde in oproer raakt en alleen op het moment wacht waarop God de krachten der natuur de vrijheid verleent dat ze zich uit hun boeien kunnen bevrijden. Want de mensen kunnen er geen punt achter zetten, dus grijpt God in en roept Hij het een halt toe. Het slechte wordt beëindigd, maar iets wat nog veel erger is zal er het gevolg van zijn, want de mensen raken in vreselijke nood en staan in algehele radeloosheid tegenover de ontketende krachten der natuur. Ze kunnen noch vluchten, noch het woeden ervan tegenhouden of verminderen. Ze zijn er aan overgeleverd en hebben maar één Redder aan wie ze zich kunnen toevertrouwen in hun nood, die ze aan kunnen roepen om hulp en die de macht heeft hen te helpen.
Maar slechts weinigen erkennen en aanvaarden Hem. Weinigen voelen zich schuldig en wachten onderdanig op Zijn rechtspraak in het besef van hun zondigheid. En over deze weinigen zal God zich ook ontfermen in de uren der vernietiging, die de goddelijke wil laat gebeuren, omdat anders de geestelijke nood niet kan worden opgeheven en de aardse nood voortdurend door menselijke wil wordt opgevoerd. En omdat de mensen er geen einde aan maken, bepaalt God het einde van een strijd die de hele wereld in beroering brengt. En er zal een schreeuw van ontzetting over de aarde schallen die de mensen doet verstijven. Want de grootte van de rampspoed zal alle de oren doen spitsen en laten sidderen voor een herhaling.
En God doelt erop dat de gehele mensheid belangstelling toont, dat ze zal luisteren naar Zijn rechtspraak, dat ze de schuldigen onderkent en Gods rechtvaardigheid. Want nog zal ieder die strijdt menen in zijn recht te staan. Nog wordt alleen de macht gewaardeerd en niet het recht en Gods zegen kan niet rusten op handelingen die te verafschuwen zijn omdat ze ingaan tegen het goddelijke gebod der liefde.
En God zal de mensen straffen met hetzelfde wat zij doen. Alleen is Zijn werk van vernietiging nog geweldiger, opdat ze Hem daaraan herkennen. Want ook het geestelijke komt in opstand dat - nog onvrij - uit de goddelijke ordening wordt weggerukt en deze toestand als kwellend ervaart. Want al zou het ook door menselijke wil vrij worden, het kan zich niet verheugen in zijn vrijheid omdat het niet de vrijheid van de volmaaktheid is. Maar het geestelijke is de mogelijkheid afgenomen om werkzaam te zijn, waarover het in opstand komt. En het zal actief zijn waar het gelegenheid wordt geboden. Maar in het bijzonder zal het zich verbinden met het nog gekluisterde geestelijke en trachten dit te bewegen zijn omhulsel eveneens open te breken, waarbij het dit behulpzaam is. Het probeert daardoor de mensen te dwingen weer opbouwend werkzaam te zijn opdat het weer de mogelijkheid gegeven is nieuwe scheppingen te betrekken om de ontwikkelingsgang voort te kunnen zetten.
En God hindert het geestelijke dat door menselijke wil is vrij geworden niet, zoals Hij ook Zijn toestemming geeft als de materie in het binnenste der aarde zich roert, als het geestelijke streeft naar het licht en probeert zijn omhulsel open te breken. God trekt voor korte tijd Zijn wil terug en hij laat de wil van het geestelijke de vrije loop, wat echter - daar dit nog helemaal onrijp is - een werk van verwoesting van kolossale omvang betekent. En zo plaatst zich tegenover de menselijke wil een wil die de eerste overtroeft, die schijnbaar elke goddelijke liefde en wijsheid lijkt te ontberen en die de algehele toestemming van God krijgt.
Maar de mensheid buigt zich niet voor God. Ze stopt niet met haar vernietigingsstrijd. Ze is door demonen overmand en laat zich door hen aandrijven. Ze wordt steeds meer een prooi van de kwade macht en toont dit in haar werken en maatregelen. En om deze achteruitgang een halt toe te roepen, komen Gods wil en almacht openlijk in actie. Hij doet de aarde schudden en met haar de mensheid, opdat ze tot bezinning mag komen en veranderen. Want het is de laatste tijd die nog benut kan worden voor de ziel. En daarom zal God Zijn stem laten weerklinken, krachtig en geweldig. En Hij roept de mensen toe: Houd op met uw woeden dat uw ziel in het verderf sleurt. Verander uzelf eer het te laat is en denk aan Diegene die regeert over hemel en aarde, die uw Schepper en Behoeder is en wiens liefde u met voeten treedt. Denk na over uw einde, want het is zeer nabij.
Amen
Traducteurs