Comparer communication avec traduction

Autres traductions:

Les puissances adverses ne participent pas aux événements de la nature

Le cours du monde est conditionné avec une éternelle régularité qui reste toujours égale, et donc un monde ou un autre, c'est-à-dire les différents corps mondiaux, ne peuvent pas arbitrairement se subordonner à des lois qui seraient orientées contre l'éternelle Divinité. Donc il est aussi impossible que les forces du monde inférieur prennent part de quelque façon au Gouvernement de la Création ou bien puissent exprimer leur pouvoir de sorte que les effets seraient visiblement opposés la Volonté divine. Il serait paradoxal que Dieu puisse laisser Ses Créations à d’autres forces, pour que celles-ci les influencent en les dérangeant ou en les dégradant ; et il serait encore moins concevable que ces forces puissent s’élever en tant qu’adversaires de l'éternelle Divinité. Parce que dans le Cosmos, tout est subordonné à la Volonté divine sans exception. Et la force antagoniste est seulement tolérée pour mettre à l'épreuve son pouvoir sur l'âme incarnée en homme, ainsi d'un coté elle peut affaiblir la volonté humaine et sa résistance jusqu'à l'extrême, mais d'autre part elle peut pousser celle-ci jusqu'à la plus haute contre-offensive et donc stimuler l'âme humaine à la plus haute activité. Mais la force de l'adversaire ne va pas au-delà pour aucun motif. Et si maintenant on voulait croire que dans la Création de Dieu les forces rebelles puissent se manifester, cela est une énorme erreur. Le cours des mondes reste égal dans l'Éternité, et toutes les Constellations, tous les Soleils, tous les corps célestes se déplacent dans l'Ordre qui leur est destiné depuis l'Éternité, et tout changement aura toujours pour base le sage Plan de l'Éternité déterminé depuis l'Éternité. Et cela doit maintenant expliquer aussi que le Créateur de toutes choses est toujours à l'Œuvre lorsque de grands tournants concernent une de Ses Œuvres de Création, la Terre, ce qui pourraient faire arriver facilement les ignorants à la supposition qu'ici le pouvoir opposé, le mal dans le monde spirituel, développerait ses immenses forces, pour faire rage et causer la confusion parmi les hommes. Il y a certes des démons à l'œuvre, mais indirectement, dans la transformation de la surface de la Terre, ils ont fait valoir leur influence sur l'âme humaine et affaibli tellement sa volonté de résistance et tourné sa volonté vers elle-même, que maintenant la Divinité veut mettre fin à cette action et donc montrer à l'humanité la Perfection de Sa Puissance qui s'étend sur tous les domaines, pour faire retourner vers Lui son esprit, vu que cela n'est pas possible autrement, si la libre volonté de l'homme doit rester intacte, et malgré cela il est offert une aide à l'âme dans sa terrible situation, parce qu'elle s'est déjà profondément emmêlée dans les filets de capture de l'ennemi. Et donc les pensées de l'humanité doivent s’occuper davantage de l’évolution de toutes les Créations. Celui qui observe tout ce qui est créé, est en mesure de reconnaître la Volonté d'Amour qui a motivé le Créateur de toutes choses à faire se lever tout çà, il reconnaîtra aussi la Sagesse qui mène et guide tout ce qui est créé. Et donc il reconnaîtra aussi la Main du divin Créateur dans tous les événements qui ont leur Origine dans le Gouvernement de la nature. Et il reconnaîtra que tout doit se produire et se passer ainsi, parce que Dieu le Créateur du Ciel et de la Terre, ne peut rien faire qui ne soit pas outre mesure pensé sagement depuis l'Éternité.

Amen

Traducteurs
Traduit par: Jean-Marc Grillet

Tegenkrachten niet betrokken bij het natuurgebeuren

De omloop van de werelden is gebonden aan een eeuwig gelijkblijvende wetmatigheid en dus kan één of ander wereld, dat wil zeggen een afzonderlijk hemellichaam, zich niet willekeurig aan andere wetten, welke in strijd zouden zijn met de door de Godheid gegeven wetten, onderwerpen. Dus is het ook onmogelijk, dat de krachten uit de onderwereld op één of andere manier aan het besturen van de schepping deelnemen of dat ze hun macht zo tot uitdrukking zouden kunnen brengen, dat de effecten hiervan herkenbaar zouden zijn als tegenovergesteld aan de goddelijke wil.

Het zou bijvoorbeeld dwaas zijn om aan te nemen, dat God Zijn scheppingen aan andere, dan Hem dienende krachten, over zou kunnen geven, zodat dezen de schepping verwoestend of afbrekend zouden kunnen beïnvloeden. En nog veel minder zou het denkbaar zijn, dat deze krachten zichzelf zouden kunnen verheffen tot een heersende, de totale schepping leidende, tegenstander van de eeuwige Godheid, want alles in het heelal is zonder uitzondering aan de goddelijke wil onderworpen.

En het is de tegenstander enkel toegelaten om zijn macht aan de in de mens belichaamde ziel te beproeven. Zoals ze enerzijds de menselijke wil en tegenstand tot het uiterste kan verzwakken, maar anderzijds aanleiding kan geven tot de grootste tegenstand tegen deze tegenstander en zo dus ook de menselijke ziel aan kan sporen tot de grootste werkzaamheid. Maar verder dan dit gaat de kracht van de tegenstander geenszins.

En als men nu zou willen geloven, dat krachten die tegen God ingaan, zich in de schepping zouden kunnen uiten, dan is dit een enorme vergissing. De omloop van de werelden blijft voor eeuwigheden dezelfde. En alle sterren, alle zonnen, alle hemellichamen blijven in de voor hen sinds eeuwigheden vooraf bepaalde orde bewegen. En aan elke verandering zal eveneens een sinds eeuwigheid bepaald wijs plan van de Schepper ten grondslag liggen. En dat moet nu ook verklaren, dat de Schepper van alle dingen ook nu aan het werk is, als grote veranderingen één van Zijn scheppingswerken, de aarde, overkomen zal, die de onwetenden gemakkelijk tot het vermoeden zou kunnen laten komen, dat hier de tegenstander, het boze in de geestelijke wereld, zijn enorme kracht ontplooit om zich uit te leven en verwarring onder de mensen te zaaien.

De demonen zijn wel aan de verandering van het aardoppervlak aan het werk, maar niet direct. Ze hebben echter hun invloed op de menselijke ziel doen gelden en haar wil om tegenstand te bieden zo totaal verzwakt en haar wil zo aan hen onderworpen, dat de Godheid nu aan deze werkzaamheid een einde wil maken en ze dus haar onbeperkte macht, die zich over alle gebieden uitstrekt, aan de mensheid zou willen bewijzen om hun gedachten naar Hem toe te laten keren, omdat het anders niet mogelijk is, als de vrije wil van de mens onaangetast moet blijven en toch zal de ziel, die zich al te diep in het vangnet van de vijand verstrikt heeft, hulp geboden worden in haar verschrikkelijke toestand.

En daarom moet het denken van de mensheid zich iets meer bezighouden met het ontstaan van alle scheppingen. Degene, die alles bekijkt, wat geschapen is en in staat is om het lief willen hebben te herkennen, die de Schepper van alle dingen ertoe bewoog om alles te laten ontstaan, zal ook de wijsheid herkennen, die al het geschapene bestuurt en leidt. En zo zal hij dan ook de hand van de goddelijke Schepper herkennen in al het gebeuren, dat in het heersen over de natuur zijn oorsprong heeft. En hij zal inzien, dat alles zo komen en gebeuren moet, omdat God, de Schepper van de hemel en de aarde, niets kan doen, dat niet sinds eeuwigheid buitengewoon wijs bedacht is.

Amen

Traducteurs
Traduit par: Peter Schelling