Comparer communication avec traduction

Autres traductions:

L’occupation du monde inférieur - les obstinés négateurs de Dieu

Des Paroles d'Amour t'arrivent continuellement, et des êtres qui te sont chers s’unissent à toi, pour te rendre réceptive et te préparer pour la réception d'Enseignements d'en haut.

Et ainsi reçois aujourd'hui un Enseignement outre mesure important, qui doit te donner l'éclaircissement sur l’occupation du monde inférieur, par lequel il faut entendre tout ce qui se rebelle contre les êtres spirituels bons et tend à travailler contre ces derniers. Ces êtres évitent en particulier toutes les occasions qui pourraient servir à leur développement vers le Haut, et leur intention constante est d'attirer dans leur entourage ce qui ne se trouve pas encore dans la nuit obscure afin d’augmenter ainsi les infidèles à Dieu. Avec cela il peut sembler que le nombre des êtres obscurs augmente d’une manière incommensurable, vu que la Terre et ses habitants résistent aux efforts des êtres spirituels bons, et s'éloignent toujours davantage de Dieu. Mais maintenant à ce pouvoir obscur J’ai mis une limite pour marquer là où sa force ne peut plus agir, et cela est toujours le cas lorsque des êtres spirituellement mûrs prennent soin affectueusement des hommes, de sorte qu’aux efforts des forces mauvaises ils opposent des Forces bonnes aussi fortes qui agissent perceptiblement sur les hommes, même si cela n’est pas entièrement couronné de succès, mais elles imposent de toute façon un arrêt à l’action maligne. Et donc il se déroule une lutte particulièrement véhémente entre les êtres spirituels bons et les mauvais dans le temps actuel de misère animique, mais la Force de l'amour dépasse celle de la haine. Et ces êtres spirituels bons sont une Bénédiction pour les âmes errantes. Ainsi un homme qui est dans une certaine ignorance et devient faible en esprit, sera particulièrement protégé par ses amis spirituels, et pour l'adversaire ce ne sera pas un travail facile que d'attirer celui-ci dans son entourage, par contre un obstiné négateur de Dieu, qui a eu d’innombrables fois l'occasion de se procurer le savoir sur les Vérités spirituelles, sera dans le plus grand danger, parce que le pouvoir obscur s’emparera de lui avec toute sa perfidie et cherchera à fortifier sa volonté de refus et à lui enlever toute compréhension pour les Vérités spirituelles, afin de le retenir plus solidement dans son pouvoir. Et donc pour un homme qui n'est pas particulièrement avancé dans le savoir terrestre il sera beaucoup plus facile d’arriver à Dieu et à la connaissance, qu'à un arrogant représentant des négateurs de Dieu qui n'observe pas les Commandements de Dieu, convaincu de son savoir. L'ennemi cherchera à s’emparer de lui, et là le monde spirituel bon est impuissant, parce qu'un tel homme se met librement dans la suprématie du mal et avec cela il ne donne pas la permission aux Forces spirituelles bonnes ayant la volonté d'aider de prendre soin de lui, et sans la permission et la volonté de l'homme elles ne peuvent pas effectuer de tentative de salut, et ainsi cette personne devra porter toute seule sa misère spirituelle. Elle devra chercher à se libérer des chaînes de l'ennemi, ou bien tomber dans les bras de ce dernier sans salut pour une durée inimaginable.

Amen

Traducteurs
Traduit par: Jean-Marc Grillet

Het handelen van de onderwereld – Hardnekkige godsloochenaar

U worden voortdurend woorden van liefde toegestuurd en de u goedgezinde wezens verenigen zich om u bekwaam te maken om op te nemen en u voor te bereiden om de leringen van boven te ontvangen. En dus verneem je vandaag ook een buitengewoon belangrijke leer, die u opheldering moet geven over het handelen van de onderwereld, waaronder alles te verstaan is, wat zich tegen de goede geestelijke wezens verzet en ernaar streeft om hen tegen te werken. Deze wezens mijden vooral alle gelegenheden, die hen zouden kunnen dienen om zich opwaarts te ontwikkelen en het is hun voortdurende intentie om wat zich nog niet in de duistere nacht bevindt, binnen hun invloedssfeer te trekken en de schare van de van God afvalligen dus te vergroten.

Het heeft er dus de schijn van, dat het aantal van de duistere wezens tot in het onmetelijke stijgt, omdat de aarde en haar bewoners zich tegen de inspanningen van de goede geestelijke wezens verzetten en ze zich steeds meer en meer van God afkeren.

Nu is echter aan deze duistere macht eveneens een grens gesteld, waar haar kracht niet meer werken kan. En dit is steeds het geval, wanneer geestelijk rijpe wezens zich bijzonder liefdevol om de mensen bekommeren, zodat er tegenover de inspanningen van de slechte krachten net zulke sterke goede krachten gesteld worden en aan hun inwerkingen op de mensen, hoewel ook niet geheel succesrijk, toch te merken is dat er paal en perk gesteld is aan de boze bedrijvigheid.

Er wordt derhalve bijzonder heftige gestreden tussen de goede en de slechte geestelijke wezens in de huidige tijd van de nood van de zielen, maar de kracht van de liefde wint het van die van de haat. En dat is de dwalende zielen tot zegen. Dus zal een mens, die door een zekere onwetendheid zwak wordt in de geest, bijzonder liefdevol beschermd worden door zijn geestelijke vrienden en het zal voor de tegenstander geen makkelijk werk zijn om deze binnen zijn invloedssfeer te trekken.

Daarentegen zal de hardnekkige godsloochenaar, die talloze keren de gelegenheid had om zich de kennis over geestelijke waarheden te verschaffen in het grootste gevaar verkeren, want de duistere macht overmeestert hem met allerlei sluwheid en probeert zijn wil om af te wijzen nog te versterken en hem elk begrip voor geestelijke waarheden te ontnemen om hem des te vaster in zijn macht te krijgen.

En daarom zal het voor een aards, niet bijzonder veel kennis hebbend mens, aanzienlijk gemakkelijker zijn om tot God en tot inzicht te komen, dan voor een arrogante, van zijn kennis overtuigde, maar de geboden van God minachtende vertegenwoordiger van de godsloochenaars. De vijand probeert hem te pakken te krijgen, en daar is dan ook de goede geestelijke wereld machteloos, want zo’n mens begeeft zich vrijwillig in de opperheerschappij van het boze en hij geeft dus aan de hulpbereidwillige geestelijke krachten niet de toestemming om zich over hem te ontfermen. En zonder het toedoen van de wil van de mens is een reddingspoging niet uit te voeren en dus moet deze mens zijn geestelijke nood alleen dragen. Hij moet zich of uit de boeien van de vijand proberen te bevrijden, of hij zal reddeloos aan de vijand vervallen tot in ondenkbare tijden.

Amen

Traducteurs
Traduit par: Peter Schelling