• Volver

Diferencia entre “conocimiento” y “cognición”

El grado de cognición corresponde al grado de madurez del alma. No debéis confundir “cognición” con mero conocimiento, porque este último también podéis adquirirlo intelectualmente; también puede corresponder a la verdad si la aceptáis de aquellos que ya han adquirido cognición.... Pero aún no tiene que significar “cognición” para vosotros, porque solo cuando vosotros mismos hayáis alcanzado un cierto grado de amor, podréis ser capaces de penetrar en el “conocimiento”; cobrará vida en vosotros; ahora también os impartirá luz, y por lo tanto, recuperaréis un estado que una vez renunciasteis voluntariamente al intercambiar la luz con la oscuridad, por lo que habíais perdido toda la cognición.

Por lo tanto, no es suficiente que tengáis un saber académico de Mí y de Mi naturaleza, del propósito de vuestra existencia como ser humano y de Mi plan de salvación para el regreso de lo espiritual.... porque no entenderíais todo eso mientras no podáis demostrar todavía el grado de amor que os garantiza una luz interior, el obrar de Mi Espíritu.... Pero la “cognición” es la señal de que las cualidades divinas en vosotros, que yacen mientras estéis sin amor, están brotando de nuevo en vosotros.... La cognición es luz, que tenéis que recuperar para ser felices, con tal de que vosotros mismos anheléis la luz durante vuestra existencia terrenal. Porque también podéis llevar un estilo de vida en amor, pero sin sentir ningún sed de conocimiento en vosotros; pero entonces la luz de la cognición fluirá repentinamente a través de vosotros cuando desecháis el cuerpo terrenal y entráis en el reino del otro mundo.

Pero una persona espiritualmente despierta debe ser capaz de distinguir entre “conocimiento” y “cognición”.... no debe equiparar el conocimiento intelectual con la cognición, pero también debe saber que la cognición correcta también requiere y prueba un alto grado de amor y que vosotros, los humanos, podéis consideraros afortunados cuando se os presenta un conocimiento profundo y, por lo tanto, lleguéis a la cognición a través de eso.... Porque esto último ya significa entrar en vuestro estado original, donde fuisteis irradiados con luz y amor, donde aún no habíais caído en la oscuridad, pero en el que os encontráis todavía como seres humanos mientras sois todavía inmaduros, es decir, de un espíritu no despierto.

Pero nunca podré hacer feliz a alguien con la luz de la cognición que aún no puede demostrar los requisitos que permiten el obrar de Mi Espíritu.... Porque es Mi Espíritu, la parte de Mí Mismo que os transmite esta cognición a vosotros, los humanos, que os da un conocimiento que entendéis, que os haga feliz, que ilumine vuestro estado espiritual, que os permita reconocer claramente todas las conexiones, y por lo tanto puede ser considerado como prueba de la madurez del alma avanzada....

Porque la cognición correcta siempre traerá felicidad, y nunca se debe confundir con un revoltijo de conocimiento, que no se comprende, porque Mi Espíritu aún no puede estar activo, aunque el entendimiento haya absorbido ese conocimiento. Entonces queda como un conocimiento muerto que no tiene ningún valor para la maduración de un alma. Entonces uno sólo puede advertir en adquirirse tal conocimiento, porque de antemano es necesario un estilo de vida en el amor para que ese conocimiento cobre vida.

El amor es necesario porque despierta el espíritu en el hombre a la vida, y solo entonces este encenderá una luz correcta, y solo entonces el “conocimiento” se convertirá en “cognición”. Sólo entonces el alma habrá alcanzado un cierto grado de madurez, que suprime las tinieblas espirituales.... sólo entonces se puede hablar de una luz, que ilumina al hombre desde dentro y les da una cognición clara sobre todos los procesos espirituales, sobre el principio original y el propósito final de todo lo que existe, y sobre el significado y propósito de la existencia humana en la tierra....

Y tan pronto como el hombre tenga esta cognición, tan pronto como puede entenderlo por sí mismo, comprenderá también Mi naturaleza y comprenderá completamente Mi Plan de salvación desde la Eternidad, porque ahora conoce las conexiones, ve todo brillante y claramente, y para él ahora no hay otra meta que volver al estado original en el que era feliz.... Él ahora se esfuerza por la unificación Conmigo con todos sus sentidos, y también lo logrará y volverá a Mí de Quien una vez partió...._>Amén

Het verschil tussen kennis en inzicht

De graad van inzicht stemt overeen met de graad van uw zielerijpheid. U mag inzicht niet met loutere wereldse kennis verwisselen, want dit laatste kunt u uzelf eigen maken door uw verstand. Deze kennis kan dan ook met de waarheid overeenstemmen als u ze van hen overneemt die al tot inzicht gekomen zijn, toch behoeft dat voor u nog geen inzicht te betekenen.

Pas als uzelf uw liefde op een bepaalde hoogte hebt gebracht, zult u kunnen binnendringen in het "weten" en het zal voor u dan levend worden en het zal u nu ook innerlijk licht verschaffen. U verkrijgt bovendien de staat terug die u eens vrijwillig hebt opgegeven, doordat u het licht verwisselde voor de duisternis - en daardoor elk inzicht verloren hebt.

Een aangeleerde schoolse kennis over MIJ en Mijn Wezen, over de bedoeling van uw aardse bestaan als mens en over Mijn heilsplan van het terugvoeren van het gevallen geestelijke is niet voldoende. Want u begrijpt dat alles niet zolang u nog niet op die graad van liefde kunt bogen die u een innerlijk licht, het werkzaam zijn van Mijn geest in u, garandeert. Doch inzicht is het teken dat de goddelijke eigenschappen in u weer te voorschijn kwamen, die verborgen lagen zolang u zonder liefde bent. Inzicht is licht, dat u weer moet terug winnen om zalig te zijn, aangenomen dat u zelf naar licht verlangt gedurende uw aardse leven. Want u kunt ook een levenswandel voeren in de liefde, evenwel geen verlangen naar kennis in u bespeuren. Dan zal echter plotseling het licht van het inzicht u doorstromen als u dit aardse lichaam aflegt en ingaat in het rijk hierna.

Een geestelijk ontwaakt mens moet onderscheid kunnen maken tussen kennis en inzicht - hij moet verstandelijke kennis niet gelijkstellen met inzicht en hij moet ook weten dat juist inzicht ook een hoge graad van liefde vereist. Dit alles bewijst dat u, mensen u gelukkig kunt noemen als u door de liefde wordt binnengeleid in een diep "weten" en daardoor tot inzicht komt. Want dit betekent reeds het binnengaan in uw oertoestand, waarin u met licht en liefde doorstraald werd, waarin u nog niet ten prooi was gevallen aan de duisternis, waarin u zich echter als mens nog bevindt zolang u nog niet rijp, d.w.z. een niet ontwaakte Geest hebt.

Nooit echter kan IK een mens met het licht van het inzicht verblijden, die zelf nog niet aan de voorwaarde heeft voldaan die het werken van Mijn geest toelaat. Want het is Mijn geest, deel van MIJZELF, die u, mensen dat inzicht geeft, die u een weten ontsluit dat u begrijpt, dat u gelukkig maakt, dat uw geestestoestand verlicht, dat u elke samenhang duidelijk laat inzien en dus een bewijs van gevorderde zielerijpheid genoemd kan worden.

Het ware inzicht maakt steeds gelukkig en mag nooit verward worden met opgeblazen kennis die niet wordt begrepen, omdat Mijn geest nog niet werkzaam kan zijn, ofschoon het verstand die kennis heeft opgenomen. Dan blijft het toch een dode kennis, zonder waarde voor de ontwikkeling van de ziel. Ja, dan kan er alleen voor gewaarschuwd worden zich zo'n kennis eigen te maken, want eerst is er een leven in de liefde voor nodig deze kennis levend te laten worden.

De liefde is nodig, want die wekt de Geest in de mens tot leven en deze zal dan eerst een waar licht ontsteken en pas dan wordt de kennis tot inzicht. Dan eerst heeft de ziel de graad van rijpheid bereikt die de geestelijke duisternis opheft. Dan kan er pas van een licht worden gesproken dat de mens van binnenuit verlicht - en hem duidelijk inzicht geeft over al de geestelijke voorvallen, over het oerbegin en het einddoel van alles wat bestaat en over de zin en het doel van het menszijn op aarde.

Zodra de mens dit inzicht bezit, zodra hij zelf alles kan duiden, zal hij ook Mijn Wezen begrijpen en het volste begrip hebben voor Mijn heilsplan van eeuwigheid. Want nu doorziet hij de samenhang, hij ziet dan alles helder en duidelijk en er is voor hem nu ook geen ander doel meer dan weer zijn oertoestand te bereiken, waarin hij zalig was. En hij streeft dan met al zijn zinnen weer naar de vereniging met Mij, van wie hij eens is uitgegaan.

Amen