Comparar anuncio con traducción

Otras traducciones:

Partes pensantes.... Influencia del poder bueno o malo....

Desde el reino espiritual fluye constantemente hacia ti un caudal de pensamientos que sólo necesitas recibir para hacerlos tuyos. Tu voluntad determina el tipo de pensamiento que captas, ya que puedes hacer tuya la transmisión espiritual tanto de la luz como de la oscuridad, según tu voluntad. Las partes pensantes del ser humano forman un sistema que está tan finamente construido que se activa con cada emanación recibida, es decir, en cuanto los pensamientos lo envuelven como una ola se activa aceptando lo que le atrae, es decir, lo que por voluntad propia favorece. Se decide y concede acceso a una parte, mientras rechaza la otra, y esto según su actitud hacia el bien, el poder divino o el poder hostil a Dios. Esto, porque ante la afluencia de pensamientos de ambos poderes, el ser humano encuentra gratas las fuerzas espirituales luminosas o las fuerzas espirituales oscuras y, por tanto, acepta las unas mientras rechaza las otras. Así, la actitud básica hacia Dios es decisiva en cuanto al los pensamientos que la voluntad del ser humano permite que influyan en él, pues una vez que su sistema pensante los ha absorbido, siempre permanecerán a su disposición, ya que cada vez que el ser humano quiere ocuparse de ellos, salen a la superficie. Si la voluntad del ser humano está orientada hacia el bien, sus pensamientos también lo estarán, es decir, sólo contendrán mensajes que le lleguen del reino de la luz y, por tanto, no contradigan la voluntad divina. El ser humano se ocupará principalmente de las cosas espirituales y despreciará las cosas mundanas, sentirá hambre espiritual y, por tanto, aceptará de las transmisiones espirituales lo que corresponda a su deseo, mientras que despreciará lo otro. Y así cada persona forma su propio ideario; se le transmite desde todos los lados, es decir, las fuerzas buenas y malas se esfuerzan por abrir su mundo de pensamientos al ser humano y hacer que se incline a aceptar lo que le ofrecen. Si el ser humano se conecta con Dios en el pensamiento o en la oración, es comprensible que también acepte el ideario que le ofrecen las fuerzas conectadas con Dios, y estas fuerzas se resistirán a la influencia del poder contrario, y esto se expresa de nuevo en la voluntad del ser humano, que por tanto ahora se afirma o se niega al ideario que se le ofrece. (Nota del Traductor. La palabra „ideario“ se refiere al conjunto de ideas, pensamientos, conceptos, etc. que posee o puede llegar a poseer una persona. Fin de la nota). Y, por lo tanto, la persona que desea a Dios puede estar segura de que también piensa correctamente, ya que, a través de su deseo de Dios, se hace receptiva al influjo espiritual de las fuerzas buenas y percibe el ideario del poder contrario como erróneo y digno de rechazo. Las fuerzas espirituales buenas entrenan con ahínco su capacidad de juzgar el bien y el mal y vigilan que la persona dispuesta no sea presa de ninguna mala influencia....

Amén

Traductor
Traducido por: J. Gründinger

Denkapparaat De toevloed van goede of slechte gedachten

Uit het geestelijke rijk stromen er voortdurend ideeën en opvattingen naar u toe, die u alleen behoeft op te nemen om ze uzelf eigen te maken. Uw wil is beslissend van welke aard deze denkbeelden zijn die u aanneemt, want u kunt zowel het geestelijke overbrengen van het licht - als ook dat van de duisternis u tot eigen maken - al naar uw wil.

Het denkapparaat van de mens is zo fijn geconstrueerd, dat het in werking gezet wordt bij elke geestelijke aanstraling; d.w.z. zodra de gedachten het als een golf omspoelen, treedt het in werking doordat het aanneemt wat hem bevalt, dus door de wil van de mens begunstigd wordt. Want deze beslist, hij verleent in zekere zin een deel van de gedachten toegang, terwijl hij de andere van de hand wijst, en dit naar gelang zijn houding tegenover het goede, het goddelijke, of tegenover de aan GOD vijandige macht. Want de toevloed van gedachten van beide machten, van de geestelijke kracht vol van licht of de duistere geestelijke kracht, ervaart de mens als weldadig of onaangenaam - en neemt daarom de ene aan, terwijl hij de andere afwijst.

Zodoende is de wezenlijke instelling tot GOD beslissend welke ideeën de wil van de mens op zich laat inwerken, want wat zijn denkapparaat eenmaal heeft opgenomen, dat blijft hem voortdurend ter beschikking, want het komt steeds aan de oppervlakte zodra de mens zich daarmee wil bezighouden.

Is nu de wil van de mens naar het goede gekeerd, dan zullen ook de opgenomen gedachten daarmee overeenstemmen, d.w.z. alleen zulke mededelingen bevatten die hem uit het lichtrijk toestroomden - dus de goddelijke Wil niet tegenspreken. Zo'n mens zal zich voornamelijk met geestelijke zaken bezig houden en wereldse zaken buiten beschouwing laten. Hij zal geestelijke honger bespeuren en dät aannemen uit wat geestelijk wordt doorgegeven, wat overeenstemt met zijn verlangen, terwijl hij het andere niet telt.

En zo bouwt ieder mens zijn geestelijk bezit zelf op; het wordt hem van alle zijden aangebracht, d.w.z. goede en slechte krachten spannen zich in hun gedachtenwereld aan de mens te ontsluiten en hem gewillig te maken aan te nemen wat ze hem aanbieden.

Verbindt de mens zich nu in gedachten of in gebed met GOD, dan zal hij vanzelfsprekend ook die zienswijze aannemen die hem door de met GOD verbonden krachten wordt toegestuurd - en door deze krachten wordt ook de invloed van de aan GOD vijandige macht geweerd. Dit zijn allemaal gevolgen van de wilsuitingen van de mens, die zich positief of negatief instelt tegenover het hem aangeboden gedachtengoed.

En daarom kan de mens die naar GOD verlangt gerust zijn dat hij ook juist denkt, want hij stelt zichzelf in staat - door het verlangen naar GOD - de toevloed van geestelijk goede krachten op te nemen. En hij voelt de denkbeelden van de vijandige kracht als vals en niet waard om aan te nemen. De goede geestelijke krachten vormen zijn oordeelsvermogen ijverig voor het goede en het verkeerde, en zij waken er over dat de gewillige mens aan geen slechte invloed ten prooi valt.

Amen

Traductor
Traducido por: Gerard F. Kotte