• Zurück

Zusammensetzung der Seele.... Miniaturschöpfung....

Die Seele des Menschen ist ein Gebilde von unvorstellbar vielen Miniaturschöpfungen. Sie ist gewissermaßen aus diesen Schöpfungen zusammengesetzt, die alle ihre früheren Verkörperungen waren, so daß sie als ganzes Schöpfungswerk Gottes anzusprechen ist, Der Seine unendliche Liebe, Weisheit und Allmacht in der menschlichen Seele unter Beweis gestellt hat. Es kann sich der Mensch davon keine Vorstellung machen, daß er selbst die gesamte Schöpfung in seiner Seele birgt, doch so er nach seinem Tode im geistigen Reich sich selbst zu schauen vermag, wird er voller Ehrfurcht und Liebe zu Gott die Wunderwerke betrachten, die er in sich selbst wiederfindet. Von jeder Verkörperung während seines Entwicklungsganges ist die Seelensubstanz gesammelt, und so ist die menschliche Seele in den einzelnen Substanzen durch die gesamte Schöpfung gewandelt und hat nun eine unvorstellbare Vielseitigkeit aufzuweisen. (24.2.1950) Dann erst wird es ersichtlich sein, wie wunderbar die Schöpfungswerke Gottes sind, und Seine Größe, Seine Liebe, Weisheit und Allmacht tritt so deutlich hervor und läßt alles Wesenhafte in Ehrfurcht und Liebe zu Gott verharren, Der Seine Geschöpfe durch das Innewerden Seiner Kraft und das Erkennen Seiner Selbst maßlos beglückt. Doch es gehört ein bestimmter Reifegrad dazu, daß sich die Seele selbst erschauen kann, und darum ist dies auch eine Seligkeit derer, die im Lichtreich sind. Es ist das Beschauen der Seele inbegriffen in die Verheißung Jesu: "Was keines Menschen Auge je gesehen und keines Menschen Ohr je gehört, das habe Ich bereitet denen, die Mich lieben...." Die Seele kann also in alle Gebiete Einsicht nehmen, sie erschaut, was sie nie zuvor gesehen, was aber in der Schöpfung unleugbar vorhanden ist, und sie ist sich dessen bewußt, daß niemals diese Wunder zu Ende sind, daß sich immer wieder neue Gebilde vorfinden und sie doch des Schauens dieser Schöpfungen nicht müde wird, sondern immer mehr erschauen will und sonach auch immer glückseliger wird. Die Seele ist etwas für menschliche Sinne nicht Wahrnehmbares und daher auch nicht verständlich. Sie ist für den Menschen auf Erden etwas Geistiges, im geistigen Reich aber das Eigentliche, sie ist das, was die geistigen Schöpfungen belebt, sie ist das wahrhaft Lebende im geistigen Reich, weil sie von der Kraft Gottes durchströmt wird. Und so finden sich in ihr alle Gedanken Gottes wieder, die Er zur Form werden ließ durch Seine Willenskraft. Ein manifestierter Gedanke Gottes ist jegliches Schöpfungswerk. Und so ist die menschliche Seele ein Schöpfungswerk größten Umfanges in Miniaturausführung.... doch den Menschen auf Erden ein zweifelhafter Begriff, ein Etwas, von dessen Vorhandensein sie noch nicht völlig überzeugt sind und auch forschungsmäßig niemals Überzeugung erlangen können. Es ist die Seele für die Erdenmenschen ein Nichts oder ein fragwürdiges Objekt, in Wahrheit aber die herrlichste, Gottes Weisheit, Liebe und Allmacht bezeugende Schöpfung, die Ihn verherrlicht im geistigen Reich, die unvergänglich ist und zu ständiger Lobpreisung Gottes Anlaß gibt allen, die im Lichtreich weilen und selig sind....

Amen

De samenstelling van de ziel

De ziel van de mens is een bouwsel van onvoorstelbaar veel miniatuurscheppingen. Zij is als het ware uit deze scheppingen samengesteld die allemaal vroegere belichamingen van haar waren, zodat ze als een totaal scheppingswerk van GOD te bestempelen is, DIE Zijn oneindige Liefde, Wijsheid en Almacht in de menselijke ziel bewezen heeft. De mens kan er zich geen voorstelling van maken dat hijzelf in zijn ziel de gehele schepping bevat. Maar als hij na zijn dood in het geestelijke rijk in staat is zichzelf te schouwen, zal hij vol eerbied en liefde tot GOD de wonderwerken aanschouwen die hij in zichzelf terugvindt. Van elke belichaming (door stenen- planten- en dierenrijk tot mens) gedurende zijn ontwikkelingsgang is de zielesubstantie bijeengebracht, en zo is de menselijke ziel in haar afzonderlijke substanties door de gehele schepping gegaan en kan nu een onvoorstelbare veelzijdigheid laten zien. Dan pas zal het duidelijk worden hoe wonderbaar al de scheppingswerken van GOD zijn en Zijn Grootheid, Zijn Liefde, Wijsheid en Almacht komt op die manier duidelijk naar voren en laat het innerlijk van alle wezens blijvend in eerbied en liefde tot GOD opzien, DIE Zijn schepselen door het zich bewust worden van Zijn Kracht en het besef HEM Zelf te kennen, mateloos gelukkig maakt.

Maar er behoort een bepaalde graad van rijpheid toe dat de ziel zichzelf kan aanschouwen, en daarom is ook dit een zaligheid voor hen die in het lichtrijk zijn. Het zichzelf aanschouwen van de ziel is in de belofte van JEZUS vervat: "Wat geen menselijk oog heeft gezien en geen menselijk oor heeft gehoord heb IK bereid voor hen die MIJ liefhebben!".

De ziel kan dus in alle gebieden inzage hebben. Zij aanschouwt wat zij nooit eerder gezien heeft, wat echter in de schepping onloochenbaar aanwezig is, en ze is er zich van bewust dat deze wonderen nooit ophouden, dat er zich steeds weer nieuwe bouwsels bevinden en zij toch niet moede wordt deze scheppingen te aanschouwen, maar er steeds meer wil zien en daarom ook steeds gelukkiger wordt.

De ziel is voor menselijke zintuigen niet waarneembaar en daarom ook niet begrijpelijk. Zij is voor de mens op aarde iets geestelijks, maar in het geestelijke rijk het werkelijke. Zij is wat de geestelijke scheppingen bewoont, zij is het waarlijk levende in het geestelijke rijk omdat zij met de kracht van GOD vervuld wordt. En zo worden er in de ziel alle gedachten van GOD weer aangetroffen die HIJ tot vorm liet worden door de Kracht van Zijn Wil.

Ieder scheppingswerk is een tot uitdrukking gekomen gedachte van GOD, en zo is de menselijke ziel een scheppingswerk van de grootste omvang in miniatuuruitvoering. Maar voor de mensen op aarde is de ziel een twijfelachtig begrip, een iets, waarvan zij nog niet ten volle overtuigd zijn of dit wel aanwezig is, waarvan zij door onderzoek ook nooit overtuigd kunnen worden. De ziel is voor de mensen van deze wereld een niets of een twijfelachtig object. Maar in waarheid is zij de heerlijkste schepping die getuigt van GOD's Liefde, Wijsheid en Almacht, die HEM verheerlijkt in het geestelijke rijk, die onvergankelijk is en die de aanleiding is tot 'n voortdurend lofprijzen van GOD door allen die in het lichtrijk vertoeven en gelukzalig zijn.

Amen